Uitstel uitlevering databases met hydraulische belastingen
In april 2023 is via de nieuwsbrief van het BOI gemeld dat op korte termijn niet voor alle watersystemen nieuwe databases worden uitgeleverd. Dit artikel licht dit besluit toe. Ook leest u wat dit voor een keringbeheerder betekent bij het beoordelen en ontwerpen van zijn waterkeringen.
Inhoudsopgave
- Geen nieuwe databases met hydraulische belastingen
- Waarom komen er nu geen nieuwe databases?
- Verwachte ontwikkelingen
- Wat als ik waterkeringen wil beoordelen?
- Wat als ik bezig ben met een versterkingsproject?
- Hoe wordt u geïnformeerd?
Uitstel uitlevering nieuwe databases met hydraulische belastingen
databases met informatie over waterstanden en golfcondities (HRD's - Hydraulic Region Database) en statistiek van de belastingen (HLCD's - Hydraulic Load Configuration Database) zijn een belangrijk onderdeel van het Beoordelings- en ontwerpinstrumentarium (BOI) voor primaire waterkeringen.
Op de releasepagina van juli 2023 kunt u zien dat deze release alleen de aangepaste databases voor de kust, voor de zandige keringen, beschikbaar komen. Het gaat hier om een aangepaste inrichting van de databases om aan te sluiten bij de nieuwe versie van MorphAn, de data zelf is gelijk aan WBI2017 (Wettelijk beoordelingsinstrumentarium 2017).
Voor de overige watersystemen worden zowel voor het beoordelen als voor het ontwerpen voorlopig geen nieuwe databases met hydraulische gegevens (waterstanden en golfcondities) uitgeleverd. Dit was tot voor kort wel de bedoeling.
Waarom komen er nu geen nieuwe databases?
Tijdens het uitvoeren van de berekeningen van de waterstanden (de productieberekeningen voor de fysica genoemd) zijn in de Rijntakken, de Maas en de benedenrivieren significante verschillen geconstateerd tussen waterstanden bepaald met het zogenaamde vijfde generatie modelinstrumentarium (WAQUA, basis voor het WBI2017) en het zesde generatie modelinstrumentarium (D-HYDRO, voorgenomen basis voor BOI).
Deze verschillen konden niet direct worden verklaard. De productieberekeningen zijn daarom voor alle watersystemen stilgelegd en er wordt uitgezocht waar de verschillen door veroorzaakt worden. Een nieuwe formule voor de invloed van overlaten op de waterstand en een ander numeriek rekenschema (advectieschema) lijken de grootste impact te hebben.
Door bovenstaande aspecten was onvoldoende vertrouwen in de resultaten om de databases af te ronden en uit te leveren. Het is zelfs mogelijk dat eerst de software (D-HYDRO) moet worden aangepast. Is dat het geval, dan moet -waarschijnlijk- een deel van de productieberekeningen opnieuw worden gedaan. Naast verschillen in waterstanden die niet direct verklaard konden worden, hebben ook verlate toeleveringen van meerpeilstatistiek, afvoerstatistiek voor Rijn en Maas en wind- en waterstandstatistiek langs de kust voor vertraging gezorgd.
Op dit moment wordt door Deltares en Rijkswaterstaat wel gewerkt aan het implementeren van het nieuwe hydraulische belastingmodel voor de Oosterschelde in Riskeer. De werkzaamheden daarvoor zijn medio 2024 afgerond.
Verwachte ontwikkelingen
Er is veel nieuwe kennis over de fysica (waterbeweging) en de statistiek opgedaan de laatste jaren. Daarnaast wordt de software steeds 'slimmer', met meer functionaliteiten en een hoger mogelijk detailniveau. Deze nieuwe inzichten en opgedane kennis verwerkt Rijkswaterstaat in het modelinstrumentarium, de schematisaties van watersystemen en de boven- en benedenstroomse randen van de schematisaties.
In volgende databases worden nieuwe inzichten en kennis verwerkt:
- Verbetering van incorrecte implementatie van modelonzekerheden golfhoogte en golfperiode. In 2020 zijn de beheerders al geïnformeerd over deze onvolkomenheid.
- Verdisconteren in de modelschematisaties van projecten in het rivierbed die zijn afgerond of waarvan de uitvoering gestart is na oplevering van de databases voor het WBI2017. Per watersysteem is een overzicht beschikbaar van deze projecten. Deze overzichten zijn ook met de beheerders gedeeld in de watersysteemgroepen.
- Betere benadering van (andere veranderingen in) het fysieke rivierbed, zoals het meenemen van de vegetatie in de uiterwaarden, conform de vegetatielegger, en een recentere versie van de bodemligging.
- Nieuwe afvoerstatistiek (werklijn en afvoergolf) voor de Rijn, Maas en Vecht (GRADE) en nieuwe wind- en waterstandstatistiek voor beoordeling van de keringen langs de kust.
- Nieuwe afspraken over de afvoerdeling bij de splitsingspunten van de Rijntakken. Deze afspraken hebben alleen impact op de hydraulische belastingen die worden gebruikt voor het ontwerpen.
- Het gebruik van het zesde generatie modelinstrumentarium (D-HYDRO) voor de Rijntakken, de Maas, de benedenrivieren, het Markermeer, de Grevelingen en de Veluwerandmeren (Nijkerkersluizen tot en met Drontermeer/Reevesluis).
- Generieke instellingen voor SWAN-modellen voor de verschillende watersystemen.
Het opvragen van achtergrondinformatie of het stellen van vragen over deze wijzigingen kan via het contactformulier van de IPLO.
Wat als ik waterkeringen wil beoordelen?
Totdat de nieuwe databases met hydraulische belastingen worden uitgeleverd, bevatten de WBI2017-databases de meest recente informatie. Voor het opstellen van het verhaal van de kering op hoofdlijnen en het bepalen van de relevante faalpaden kunt u de hydraulische belastingen uit 2017 gebruiken. Vanwege de veranderingen die worden doorgevoerd in de nieuwe databases, zijn deze niet altijd geschikt om het oordeel uit de LBO-1 (eerste landelijke beoordelingsronde op basis van overstromingskansen) aan te scherpen. Dat is ook niet altijd nodig.
De impact van het totaal van de bovengenoemde veranderingen verschilt per faalmechanisme, per watersysteem en per locatie. Wilt u toch een gevoel krijgen van de impact van de wijzigingen in de hydraulische belastingen op de kansen voor de verschillende faalpaden? Dan kan de beheerder op basis van de resultaten van LBO-1 en de achtergrondinformatie bij de aanpassingen in de nieuwe databases een gevoeligheidsanalyse uitvoeren. Hoe gevoelig is het resultaat van de beoordeling voor de verwachte wijzigingen in de belastingen en wat betekent dit voor het oordeel uit de LBO-1?
Op basis van deze analyse kan de beheerder ervoor kiezen om:
- Geen nieuwe overstromingskansanalyse uit te voeren, omdat verwacht wordt dat het oordeel van de LBO-1 niet verandert. Als de nieuwe databases beschikbaar komen kan de beheerder opnieuw bepalen of de nieuwe databases leiden tot een nieuwe beoordeling om het oordeel uit de LBO-1 aan te scherpen.
- Op basis van bovenstaande wijzigingen zelf nieuwe databases door een expert laten maken en controleren en een nieuwe overstromingskansanalyse uit te voeren om het resultaat van de beoordeling van de LBO-1 aan te scherpen.
Wat als ik bezig ben met een versterkingsproject?
Ook voor het ontwerpen kan een beheerder de al beschikbare databases gebruiken. Onder de noemer OI2014 (ontwerpinstrumentarium 2014) zijn voor verschillende watersystemen OI-databases beschikbaar gesteld. In het bijzonder geldt dat voor Rijn en Maas: hiervoor zijn HRD's beschikbaar voor de zichtjaren 2050 en 2100. De maatregelen die voorzien zijn in de periode tot 2050 en 2100 zijn daarin opgenomen. De databases met de statistiek voor ontwerpen zijn sinds 2018 beschikbaar in Riskeer.
De wijzigingen die worden doorgevoerd in de databases voor ontwerpen zijn gelijk aan de punten die bij het beoordelen zijn genoemd, maar daarnaast worden ook de KNMI2023-klimaatscenario's geïmplementeerd. Deze komen in oktober 2023 beschikbaar en zullen daarna worden verwerkt in de databases. Daarvoor zijn geen nieuwe waterstandsberekeningen nodig. In de tussentijd geeft het Klimaatsignaal 2021 een goede indicatie. Meer informatie over de klimaatscenario's is te vinden op de website van het KNMI.
Hoe wordt u geïnformeerd?
Er is op dit moment nog geen duidelijkheid te geven over het moment dat de nieuwe databases worden opgeleverd. Eerst moeten antwoorden worden gevonden op de openstaande vragen. Op basis van deze antwoorden wordt een nieuwe planning voor het maken en uitleveren van de databases gemaakt.
Zodra er meer informatie is, informeert het BOI-programma u via:
- de nieuwsbrief van het BOI
- de ontwikkel- en releasekalender op het BOI-portaal.
- het Kennis- en Kundeplatform
Inhoudelijke bespreekpunten, als keuzes en impact van veranderingen, worden besproken in de watersysteemgroepen.
Projecten die onder grote tijdsdruk staan en in het komende halfjaar al gedetailleerder inzicht nodig hebben in de ontwikkeling van de hydraulische randvoorwaarden voor een specifiek dijktraject kunnen zich melden bij programma-boi@rws.nl. Overige vragen kunnen gesteld worden via de IPLO-site.