Zorgplicht
Op grond van de Omgevingswet en de Waterschapswet hebben de waterbeheerders als taak het beheer van watersystemen. Voor de waterschappen volgt dat uit artikel 2.17 in samenhang met artikel 2.18 Omgevingswet en uit artikel 1 en 2 van de Waterschapswet. Voor het Rijk volgt dat uit artikel 2.19 Omgevingswet. Dit houdt onder andere in dat de waterbeheerder moet zorgen voor het noodzakelijke preventieve beheer en onderhoud.
Duurzaam
Onder het beheer van een waterkering verstaan we het geheel van activiteiten dat erop gericht is de bestaande kering zijn functies duurzaam te laten vervullen. De beheerder inspecteert om die reden regelmatig de keringen. Hij beoordeelt of de fysieke toestand van de kering nog in overeenstemming is met de ontwerpeisen.
Stel dat de fysieke toestand van de kering door bijvoorbeeld technische veroudering of (storm)schade niet meer voldoet aan de ontwerpeisen. Dan moet de beheerder de nodige onderhouds- en herstelmaatregelen treffen. De kosten van beheer en onderhoud komen voor rekening van de beheerder.
Kader Zorgplicht Primaire Waterkeringen
In 2023 heeft het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat het Kader Zorgplicht Primaire Waterkeringen (pdf, 630 kB) geactualiseerd. Dit zodat het kader zorgplicht en daarin vastgelegde activiteiten aansluiten bij de Omgevingswet, bijbehorende ministeriële regeling, het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) en het draaiboek Tweede Landelijke Beoordeling primaire waterkeringen Overstromingskansen (LBO2). Het kader zorgplicht is vastgesteld in het Bestuurlijk Overleg Water van 13 december 2023.
Ten opzichte van het kader uit 2015 zijn de volgende aanpassingen gedaan:
- Beoordelen (LBO) is als activiteit benoemd en de positie van het kader in relatie tot meerlaagsveiligheid is toegelicht.
- Cyberveiligheid is als onderwerp toegevoegd bij de Activiteit Object- en systeembeveiliging met verwijzing naar de Baseline informatiebeveiliging Overheid (BIO).
- De link met objecten in beheer bij derden is expliciet gelegd.
- De link met databeheer vanuit alle processen (beheren, onderhouden, beoordelen en versterken) is in lijn met de ministeriële regeling en draaiboek LBO2 gelegd.
- Updaten van referenties: diverse referentiedocumenten en bronnen zijn toegevoegd of vernieuwd.
De beheerder is in beginsel zelf verantwoordelijk voor de inrichting en de uitvoering van de taak voor het beheer van watersystemen en moet daar intern toezicht op houden. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) houdt hier rekening mee door bij haar toezicht te kiezen voor systeemtoezicht, audits en realitychecks. Binnen dit kader stelt de beheerder jaarlijks een Veiligheidsrapportage primaire waterkeringen op met actuele informatie over de veiligheid van de primaire waterkeringen in het beheergebied van de beheerder.