Beleidsmedewerkers
Hieronder ziet u alle sessies die interessant zijn voor beleidsmedewerkers.
Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), de VNG en ADS hebben het afgelopen jaar in negen regio's een serie ateliers georganiseerd om medewerkers van gemeenten vertrouwd te maken met de ruimtelijke scenario's van het PBL.
Al in 2017 heeft de VNG aangegeven dat de uitgave "Bedrijven en milieuzonering 2009" (paarse boekje) niet meer geschikt is voor toepassing onder de Omgevingswet. De Omgevingswet biedt meer mogelijkheden om een lokale afweging op maat te maken. Hiervoor heeft de VNG in 2019 een regel-systematiek gepubliceerd onder de naam "Milieuzonering nieuwe stijl". Deze nieuwe systematiek omvat geen koppeling meer van activiteiten aan milieucategorieën en de daarbij behorende richtafstanden. De nieuwe VNG handreiking “Activiteiten en milieuzonering” (voorjaar 2024 beschikbaar) vervangt de publicaties Bedrijven en milieuzonering uit 2009 en Milieuzonering Nieuwe Stijl uit 2019.
Al in 2017 heeft de VNG aangegeven dat de uitgave "Bedrijven en milieuzonering 2009" (paarse boekje) niet meer geschikt is voor toepassing onder de Omgevingswet. De Omgevingswet biedt meer mogelijkheden om een lokale afweging op maat te maken. Hiervoor heeft de VNG in 2019 een regel-systematiek gepubliceerd onder de naam "Milieuzonering nieuwe stijl". Deze nieuwe systematiek omvat geen koppeling meer van activiteiten aan milieucategorieën en de daarbij behorende richtafstanden. De nieuwe VNG-handreiking “Activiteiten en milieuzonering” (voorjaar 2024 beschikbaar) vervangt de publicaties Bedrijven en milieuzonering uit 2009 en Milieuzonering Nieuwe Stijl uit 2019.
Onder de Omgevingswet kunnen gemeenten eigen milieunormen in hun omgevingsplan opnemen. Daarmee omvat de VTH-taakuitvoering ook de normen uit het omgevingsplan. Dit verandert de rol van omgevingsdiensten. Het belang van een goede milieuadvisering door omgevingsdiensten wordt belangrijker. In deze sessie nemen we u mee in hoe u invulling kunt geven aan deze adviesrol. Wat vraagt het van omgevingsdiensten en – net zo belangrijk – van gemeenten?
Als overheid voegt u met annoteren extra kenmerken toe aan uw omgevingsdocumenten. Hiermee kunnen initiatiefnemers uw juridische regels makkelijker vinden in het Omgevingsloket, bij Regels op de kaart. Ook voor toepasbare regels is annoteren nodig. Door goed te annoteren zorgt u voor een gebruiksvriendelijker Omgevingsloket. In deze sessie vertellen we u alles over het belang van annoteren. Wat is het effect van annoteren bij het opstellen van uw juridische regels? En wat betekent dat verderop in de keten? Ook hoort u meer over de annotatierichtlijn.
Met de komst van de Omgevingswet zijn veel bepalingen over asbest in een ander, nieuw besluit gekomen. De verplichtingen voor asbest zijn niet gewijzigd. Aan de hand van voorbeelden vertellen we in deze workshop over de regels voor o.a. bouwen, slopen en over opslag van asbest bij bijvoorbeeld milieustraten. Ook laten we zien hoe een melding in het LAVS gedaan kan worden. We sluiten de sessie af met een overzicht van ontwikkelingen rondom asbest.
In 2024 zouden asbestdaken verboden zijn. Dat verbod is er niet gekomen, maar er is een communicatiestrategie gemaakt. Blijft het nu bij praten? In deze sessie hoort u wat de strategie inhoudt en ook wat voor rol we zien voor gemeenten, omgevingsdiensten en eigenaren om asbestdaken te verwijderen. Hoe kunnen we samen van deze (oer)ZZS af?
De overheid vindt transparantie belangrijk. Daarom maken we kaarten met informatie over de leefomgeving, zoals de externe veiligheidsrisico’s. De informatie komt uit het Register Externe Veiligheidsrisico's (REV). De informatie uit het REV is rechtstreeks te bekijken via kaarten op de Atlas Leefomgeving. We geven uitleg over de filtermogelijkheden in de Atlas Leefomgeving waarmee het voor professionals eenvoudiger is om lokale of zeer gedetailleerde informatie op te halen.
Kiest u in de Vergunningcheck voor een Flora- en Fauna-activiteit, dan krijgt u ook vragen over beschermde dieren of planten. Om deze vragen goed te kunnen beantwoorden, is door BIJ12 in opdracht van de provincies de Beschermde SoortenIndicator (BeSI) ontwikkeld. In deze sessie doorlopen we een klantreis vanuit de Vergunningcheck en laten we zien hoe BeSI hierin van toegevoegde waarde is.
Terugkijken op een half jaar BOPA-vergunningen. Wat ging er goed en wat kan er beter?
Onder de Omgevingswet blijven IPPC-installaties als milieubelastende activiteit vergunningplichtig. De BBT-conclusies uit de BREF zijn belangrijk, zij vormen de basis voor de omgevingsvergunning en lozingsvergunning. Maar hoe komen die BBT-conclusies eigenlijk tot stand en welke invloed heeft Nederland, een waterschap of omgevingsdienst daarop? Welke uitdagingen komt u tegen bij vergunningverlening met BBT-conclusies? In deze sessie laten we ook zien welke voordelen het heeft voor het bevoegd gezag om betrokken te zijn bij een BREF-herziening.
RVO werkt met meerdere samenwerkingspartners aan een landelijk register met warmteplannen om centraal kennis en inzichten te delen met (professionele) belanghebbenden. Het register biedt naast de documentatie en beheer van de warmteplannen, ook specifieke inzichten waarmee basisinformatie voor specifieke warmteplannen inzichtelijk zijn. Het nieuwe landelijke register is een vervolg op de database met transitievisies warmte.
Het is belangrijk dat de gegevens in het REV actueel, betrouwbaar en compleet zijn. Rijkswaterstaat beheert het REV in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Samen met diverse bronhouders, zoals omgevingsdiensten, gemeenten, buisleidingexploitanten en de Rijksoverheid, wordt er gewerkt aan het verbeteren van de datakwaliteit. We gaan het gesprek aan over wat er nodig is aan analyses, prioritering, ondersteuning van bronhouders en monitoring.
Naar aanleiding van de ervaringen opgedaan in de Crisis- en herstelwet kijken we vooruit naar de mogelijkheden die de Omgevingswet biedt om vooruitlopend op de aanpassing van wet- en regelgeving te experimenteren met een nieuwe manier van werken.
De verschillen tussen de Landelijke Handhavingsstrategie (LHS) en de Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht (LHSO) en een terugblik op werksessies.
De Maatregelenwiki is ontworpen voor professionals op het gebied van externe veiligheid zoals werknemers van veiligheidsregio's, omgevingsdiensten en gemeenten. Op dit platform worden handreikingen en praktijkvoorbeelden gedeeld over het werken met het externe veiligheidsbeleid. In deze sessie wordt de Maatregelenwiki toegelicht en enkele praktijkvoorbeelden gedeeld.
"Het versterken van de decentrale uitvoeringskracht", dat is de boodschap achter de ontwikkeling van het digitale VTH-stelsel. Het stelsel maakt mogelijk dat lokale beleidsautonomie behouden blijft terwijl er wel landelijke eenheid en samenwerking in uitvoering van VTH-taken ontstaat. Niet alleen de individuele partijen worden daardoor effectiever en robuuster, het hele stelsel wordt sterker. Én een fundamenteel betere informatiepositie, zowel voor het stelsel als geheel, als voor de individuele partijen als voor vergunningverleners en toezichthouders. De grondplaat van het digitale stelsel is daarom niet alleen de grondplaat voor een betere informatievoorziening maar ook voor de samenwerking tussen partijen en daarmee de werking van het hele stelsel. Zonder de eigen organisatorische context los te laten. In andere woorden, decentraal organiseren en tegelijkertijd tegen lage kosten samenwerken, leren en innoveren. Pijler 3 van het interbestuurlijk programma versterking VTH-stelsel licht de gedachte en de grondplaat van het digitale VTH-stelsel en het pad om daar te komen toe.
Het woord ‘stelselverantwoordelijkheid’ valt regelmatig als het gaat over alle ontwikkelingen binnen het stelsel VTH. Ook de commissie Van Aartsen vond er van alles van. Maar wat verstaat het ministerie van IenW nu eigenlijk onder het VTH-stelsel, wat zijn de taken en verantwoordelijkheden binnen het huidige stelsel en wat zijn de beperkingen? Ronald Bakker en Emmy Heijmans van het ministerie van I&W gaan daar op in.
Dit project houdt zich bezig met het uitvoeren van signalerende en thematische onderzoeken met als doel te reflecteren op het functioneren van het VTH-stelsel milieu. De staatssecretaris, provincies en gemeenten kunnen op basis van de uitkomsten sturen en bijsturen. Meer informatie over de thematische en signalerende onderzoeken vindt u op de ILT-website. Daar vindt u ook een oproep om signalen over het niet goed functioneren van het VTH-stelsel door te geven. Ook zal in deze sessie kort worden ingegaan op de samenwerking tussen ILT en Omgevingsdienst NL als onderdeel van een project 'Samenwerken in het VTH-stelsel'.
In deze sessie krijgen de deelnemers de vraag te reageren op het concept voor de nationale milieubeleidsvisie, het NMP. Het resultaat van de sessie wordt meegenomen bij het definitief maken van het NMP.
Het programma is een nieuw instrumenten onder de Omgevingswet. Toegelicht wordt hoe het programma ervoor zorgt dat de regio en afzonderlijke gemeenten gezamenlijk sturen op het daadwerkelijk realiseren van de RES 1.0-ambitie. Hoe doet u dat als samenwerkende RES-partijen: gemeenten en provincie? Na een korte intro op ‘het programma’ zullen Bart Bakker en Ruud Louwes van de RES-regio Midden-Holland u meenemen waarom gekozen is voor het instrument programma, welke stappen zijn gezet, en vooral hoe de gezamenlijke aanpak verloopt in de regio.
Gebruiksvriendelijkheid is een belangrijk aandachtspunt bij de ontwikkeling van het Omgevingsloket. In deze sessie lichten we toe hoe dit aspect wordt opgepakt. Het Omgevingsloket wordt bijvoorbeeld elke 3 maanden getest met gebruikersonderzoek. De sessie geeft overzicht op wat er al gedaan is, wat er loopt en wat er nog gaat komen.
Wilt u weten wat u als overheid zelf kunt doen voor een gebruiksvriendelijk Omgevingsloket? Bezoek dan ook sessies in het spoor Dienstverlening inrichten in organisatie en Omgevingsloket.
Op 1 januari dit jaar is de Omgevingswet in werking getreden. Een nieuwe wet met een heel nieuw stelsel, waarin we in de eerste maanden van 2024 allerlei ervaringen opdoen en er veel verandert, ook in de praktijk. De vraag luidt: hoe werkt het op het vlak van bodem en ondergrond in de nieuwe Omgevingswet en kunnen we ermee uit de voeten? Welke vragen leven er en waar lopen we in de praktijk tegenaan? In deze sessie presenteren we vanuit verschillende perspectieven de eerste opgedane ervaringen en inzichten: vanuit de IPLO-Helpdesk (Rijksoverheid) en vanuit de overheid (omgevingsdienst of gemeente).
Aan de hand van een casus worden de overwegingen bij de keuze van een Omgevingswet-instrument bij het realiseren van nieuwe onderdelen van het hoogspanningsnet beschouwd. Hierbij speelt het dilemma dat er in de projectfase behoefte is aan snelheid en dat er in de beheerfase behoefte is aan een regeling voor activiteiten in de nabijheid van de hoogspanningsinfrastructuur.
Wilt u uw belangrijkste vaardigheid om te kunnen werken met en in de bedoeling van de Omgevingswet testen? Schrijf u dan in! Probeer om in 20 minuten te ontsnappen en reflecteer in de nabespreking wat super ging en beter kan.
Wilt u uw belangrijkste vaardigheid om te kunnen werken met en in de bedoeling van de Omgevingswet testen? Schrijf u dan in! Probeer om in 20 minuten te ontsnappen en reflecteer in de nabespreking wat super ging en beter kan.
Wilt u uw belangrijkste vaardigheid om te kunnen werken met en in de bedoeling van de Omgevingswet testen? Schrijf u dan in! Probeer om in 20 minuten te ontsnappen en reflecteer in de nabespreking wat super ging en beter kan.
Wilt u uw belangrijkste vaardigheid om te kunnen werken met en in de bedoeling van de Omgevingswet testen? Schrijf u dan in! Probeer om in 20 minuten te ontsnappen en reflecteer in de nabespreking wat super ging en beter kan.
Uitleg over externe veiligheid onder de Omgevingswet, zoals gevaarlijke stoffen in de omgeving en de mogelijke impact daarvan op mens en leefomgeving.
Omgevingsdiensten werken met een regionaal programma. De commissie Van Aartsen is van mening dat dit beter moet. Het kan niet zo zijn dat onvoldoende middelen zijn om het programma uit te voeren. Maar hoe moet dit dan wel? In het interbestuurlijk programma Versterking VTH-stelsel hebben we een model uitgewerkt wat een antwoord moet zijn op de tekortkoming welke de commissie Van Aartsen heeft gesignaleerd.
Samen met het RIVM nemen we u mee in het borgen van gezondheid in de diverse kerninstrumenten. Van omgevingsvisie tot omgevingsplan. Dit doen we aan de hand van verschillende voorbeelden en handreikingen.
Wanneer maakt u een voorbereidingsbesluit en hoe gaat dat in de praktijk? In deze sessie vertellen we u kort wat een voorbereidingsbesluit is. Maar vooral hoort u aan de hand van praktische voorbeelden wat u nu al moet weten en wat u nu al kunt voorbereiden.
Naast de beginselplicht tot handhaving bestaat evengoed de beginselplicht tot invordering. Het uniform mandaatbesluit voorziet m.b.t. handhaving in de mandatering van de volledige proceslijn inclusief invordering. De daadwerkelijke effectuering van handhavingsbeschikkingen is van belang voor de geloofwaardigheid van handhaving. Wanneer bevoegde gezagen wel handhavingsbeschikkingen nemen, maar deze vervolgens niet effectueren, dan ‘voelt’ de overtreder de gevolgen van handhaving niet, waardoor de effectiviteit van handhaving onder druk komt te staan. Alleen bijzondere omstandigheden kunnen de invordering van een dwangsom door de overheid in de weg staan. Voor een deel van de omgevingsdiensten is dit een nieuwe bevoegdheid. In deze sessie staat centraal hoe verbeurde dwangsommen effectief kunnen worden ingevorderd en kunnen goede voorbeelden worden gedeeld.
Het Handboek Omgevingsveiligheid biedt methoden om invulling te geven aan het omgevingsveiligheidsbeleid. De sessie biedt een verkenning van de toepassingen van het handboek voor diverse belanghebbenden, zoals bestuurders en gebiedsontwikkelaars. Daarnaast wordt de praktische implementatie van de beschikbare methoden en instrumenten besproken.
Een van de aanbevelingen van de commissie-Van Aartsen ging over regionaal werken door omgevingsdiensten. In deze sessie gaan we in op hoe een regionaal programma tot stand komt, gelet op de procescriteria in het Omgevingsbesluit. We bespreken de rollen van de betrokken bestuurlijke partijen als gemeenten, provincie en inbreng van de strafrechtelijke kant. De route die we volgen noemen we ook wel de BIG-8.
Binnen het IBP-VTH is een modelmandaat ontwikkeld dat een einde maakt aan de honderden verschillende mandaten binnen Nederland. Een model-mandaat maken is één ding; implementeren is een heel ander verhaal! Dat gaan we behandelen in deze workshop met de centrale vraag hoe we er voor gaan zorgen dat over enkele jaren overal hetzelfde wordt gewerkt volgens een voor iedereen helder mandaat? De presentatie wordt gegeven door de opsteller van het mandaat. de inleiding van deze workshop wordt gegeven door de voorzitter van de werkgroep van het IBP-VTH.
Alle externeveiligheidsadviseurs kennen het wel: de zoveelste adviesaanvraag waarvan u eigenlijk denkt "Dit is zo'n simpele ontwikkeling, dat ik dáár tijd in moet steken. Dit is allemaal standaardwerk." Dat vonden wij ook en dus hebben we samen met andere Gelderse partijen standaardcriteria ontwikkeld voor zulke simpele adviesaanvragen. Deze hebben we in een online tool laten gieten: als EV-adviseur voert u een ontwikkeling in, dan geeft de Adviesrobot u een standaardbrief waarin staat of het een standaardsituatie is en zo ja, wat dan het advies kan zijn. Wilt u meer weten en de Adviesrobot proberen? Kom naar onze sessie op de Schakeldag!
Particuliere houtstook leidt tot schadelijke stoffen in de lucht en kan overlast geven voor omwonenden. Onder de Omgevingswet krijgen gemeenten meer ruimte om lokaal beleid en regels te maken voor het gebruik van houtkachels, haarden en vuurkorven.
Wat kunnen gemeenten lokaal regelen? Adviesbureau KokxDeVoogd heeft in opdracht van het ministerie van IenW voorbeeldregels gemaakt voor in het omgevingsplan. Kom inspiratie opdoen voor mogelijke regulering van houtstook in uw gemeente.
Bent u op zoek naar basiskennis over het omgevingsplan? In deze workshop leert u wat het omgevingsplan is en wat de veranderingen zijn ten opzichte van het oude stelsel. Er wordt uitgelegd hoe het omgevingsplan past in het stelsel en wat de instructieregels betekenen voor het omgevingsplan. Ook komt aan de orde welke regels al dan niet in het omgevingsplan kunnen. Tot slot gaat de workshop in op de vraag voor welke opgaven de gemeenten staan in de transitieperiode.
Wie beantwoordt welke algemene vragen en informatieverzoeken binnen uw organisatie onder de Omgevingswet? De VNG ontwikkelde ‘wie beantwoordt welke vraag’, een gespreksstarter waarmee overheden aan de hand van een breed scala van vragen zelf kunnen doordenken hoe ze hun dienstverlening organiseren op dit vlak. Een samenspel tussen dienstverleningsmedewerkers (van afdelingshoofd tot KCC) en VTH'ers en ketenpartners die samen moeten nadenken over waar welke kennis zit. Aan de hand van een theoretisch kader gaan we aan de hand van casussen het gesprek aan, om met elkaar na te denken wie welke vraag nu daadwerkelijk beantwoordt. En is dit nu ook al zo georganiseerd in de organisatie?
De Omgevingswet beoogt dat inwoners, initiatiefnemers en derden verschillende overheidspartijen als één overheid ervaren. Daartoe moeten die intensief samenwerken. In diverse regio's zijn in de afgelopen jaren samenwerkingsafspraken gemaakt en beproefd voor inwerkingtreding. Maar papier is geduldig: de echte ervaring met de samenwerking en de daartoe gemaakte afspraken is natuurlijk pas opgedaan sinds 1 januari 2024. In deze sessie presenteert een aantal regio's hun eerste ervaringen met het samenwerken op verschillende terreinen.
Omgevingsvisies die al zijn vastgesteld en in pdf zijn opgemaakt, moeten nog via het Omgevingsloket van het DSO in Regels op de kaart worden gepubliceerd. Hoe doet u dat? Dat geldt ook voor omgevingsvisies die nog in 2024 worden vastgesteld. Wat zijn de acties, wat is de STOP-TPOD-werking en hoe zit het met de leveranciers?
Onder de Omgevingswet is de definitie van kwetsbare gebouwen veranderd. En met de komst van de Omgevingswet moeten gemeenten ook informatie over zogenoemde kwetsbare gebouwen en locaties (KGL) toevoegen aan het Register Externe Veiligheidsrisico's (REV). In de sessie geven we uitleg over de hulp vanuit het REV-team en de mogelijkheden voor gemeenten voor ondersteuning en een financiële tegemoetkoming.
We geven een korte uitleg van wat de milieueffectrapportage is en waar deze voor bedoeld is. We focussen op mer(-beoordeling)en bij kleinere projecten of vergunningen. Vanuit praktijkvoorbeelden gaan we in op 1 tot 2 veelgestelde vragen hierover. Bijvoorbeeld over mandatering van besluitvorming over mer-beoordeling.
Hoe monitoren we het gebruik en de werking van het Omgevingsloket, welke ontwikkelingen zijn gepland en hoe komen we van een wens naar een beter DSO?
De Omgevingswet heeft geen planschaderegeling. De opvolger is nadeelcompensatie. Deze sessie gaat in op de vraag hoe nadeelcompensatie is geregeld in de Omgevingswet: welke schadeoorzaken zijn er, welke schade wordt vergoed, wanneer heeft een aanvrager het risico op schade aanvaard, hoe kan de schadevergoeding worden verhaald. Ook wordt uitgebreid stilgestaan bij de verschillen ten opzichte van planschade.
Op 15 mei 2024 wordt/is het omgevingsplan Stadshavens vastgesteld door de raad van de gemeente Groningen. Met deze wijziging van het omgevingsplan wordt de transformatie van Stadshavens voorbereid. Het bedrijventerrein wordt een woongebied. De bestaande bedrijfsmatige activiteiten zijn voorzien van tijdelijke regels en er gelden gouden regels en ontwikkelregels voor de transformatie. Dit lijkt op uitwerkingsregels in een uit te werken bestemming. Wim Drost en Joske Poelstra nemen u mee in de structuur en opzet van het plan en de milieu- en omgevingsaspecten.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en Geonovum organiseren samen veldlabs over de Tijdelijke alternatieve maatregel IMRO (TAM-IMRO). In deze sessie gaan we in op de actualiteiten en vertellen we u waar u op moet letten als u een besluit via TAM-IMRO opstelt.
Hoe verwerkt u data uit het DSO en andere bronnen tot informatie? In deze workshop leert u hoe u data verkrijgt uit het DSO voor beleid en uitvoering, en hoe u deze kunt verrijken met open bronnen.
Welke informatie hebben we met het digitaal stelsel tot onze beschikking en hoe kunt u deze gebruiken voor beleidsvorming, monitoring en evaluatie?