Omgevingsvisie: 'Wat voor gemeente willen we zijn?'
Het 'Nieuws in Perspectief': deskundigen vertellen over achtergronden en ontwikkelingen op het gebied van de fysieke leefomgeving
Veel Nederlandse gemeenten hebben inmiddels een omgevingsvisie gemaakt, een vereiste onder de nieuwe Omgevingswet. Andere gemeenten werken er nu aan. Inwoners hadden een grote rol bij het maken ervan. Dat was vaak wennen, voor gemeente én inwoners, maar leverde ook mooie resultaten op. Een blik achter de schermen bij enkele gemeenten. 'Het idee van een kerncentrale is door inwoners zélf ingebracht, besproken en uiteindelijk verworpen.'
Simone Diegenbach is zelfstandig adviseur leefomgeving. Zij begeleidde de omgevingsvisies van de gemeenten Hoeksche Waard en Noordwijk. Daarnaast coördineerde ze in Hilversum een rapport dat als basis diende voor een omgevingsvisie en in De Bilt een visie op wonen. Zij maakte in alle gevallen het participatietraject van dichtbij mee.
Participatie is een belangrijke pijler onder de Omgevingswet. Het maken van een omgevingsvisie gebeurt dus per definitie in nauwe samenwerking tussen gemeente en inwoners. Diegenbach begeleidde bij 4 verschillende gemeenten in totaal 2 omgevingsvisies, 1 rapport dat als basis diende voor een omgevingsvisie én 1 visie op wonen. Ze zag aanvankelijk vaak een afstand tussen gemeente en bewoners en soms zelfs wantrouwen. Langzaam maar zeker groeiden ze naar elkaar toe. De gemeente Hilversum is daarvan een goed voorbeeld.
Hoe begin je een participatietraject? 'Grootschalig en met enkele algemene vragen', zegt Diegenbach. 'Bijvoorbeeld: Wat gaat goed in uw gemeente? Wat kan er beter? Daarop konden mensen dan ook online reageren. Zeker een vraag als 'Wat voor soort gemeente willen we zijn?' geeft mooie antwoorden die echt op visieniveau zitten.'
Duizenden reacties
Ook andere soorten bijdragen zijn opgehaald. 'In Hilversum deelden we kaartjes uit op straat, waarop de vragen stonden. In een andere gemeente gingen we met een bus langs de kernen om antwoorden op te halen. Samen met de online antwoorden sla je zo de eerste slag en heb je vaak duizenden reacties per gemeente. Bovendien: deze fase fungeerde ook als een soort 'warming up' om daarna de groepen betrokken inwoners bij elkaar te krijgen.'
Als vervolg konden mensen hun eigen, persoonlijke visie op de leefomgeving indienen. Diegenbach: 'Dat mocht vormvrij, op papier, online, lange visiestukken of oneliners, het kon allemaal. Ik heb meegemaakt dat mensen met een tapijtje naar het gemeentehuis kwamen en dan daar speelgoedautootjes op zetten om een verkeersituatie uit te leggen. Heel verhelderend! Anderen hadden een complete fotopresentatie bij zich van situaties in de gemeente die ze als voorbeeld zagen voor andere plekken.'
'Mensen kwamen met een tapijtje naar het stadhuis, met speelgoedautootjes erop'
Deze ronde leverde doorgaans enkele honderden bijdragen op. Daar haalde de gemeente vervolgens de rode draden uit, samen met het ingehuurde redactiebureau en met inwoners. 'Dat resultaat werd teruggelegd in het stadsdebat. Dan komen de echt actieve inwoners bovendrijven.'
Kerncentrale
In het stadsdebat werden de ideeën nog eens flink bediscussieerd. 'Vaak zag je dat inwoners er samen uitkwamen. Zo was er een voorstel voor een kleine kerncentrale in een gemeente. Een risicovol plan uiteraard, je zag de medewerkers van de gemeente schrikken. Maar op zich is het niet verboden om het idee in te dienen. Doordat inwoners elkaar aanspraken hierop ging het plan uiteindelijk in goede harmonie van tafel.'
Na het stadsdebat werd gestart met het schrijven van de omgevingsvisie. In Hilversum doen medewerkers van de gemeente dat. Diegenbach: 'Het is dan zaak om zoveel mogelijk input van de bewoners erin terug te laten komen. Zodat mensen zich erin herkennen.' Daarna moet de gemeenteraad instemmen met de omgevingsvisie. 'Dat zijn vaak interessante momenten, een raad zegt namelijk lang niet altijd meteen ja. Ik heb in een gemeente gezien dat politieke partijen amendementen indienden tegen het visiestuk. Maar vervolgens gingen deze amendementen in de daarop volgende discussie van tafel, met het argument 'dit is wat bewoners willen, dus daar hebben we ons als gemeente aan te houden'. Dat is toch winst voor het democratisch proces.'
Weerstand tegen gemeente
Een omgevingsvisie zet je niet in een paar weken in elkaar. Diegenbach maakte trajecten mee van anderhalf, soms 2 jaar voordat er een besluit in de raad mogelijk was. Wat viel op gedurende die periodes? 'Ik schrok aanvankelijk van de weerstand die er was bij inwoners tegen hun gemeente. Ze zien de gemeente helemaal niet als een partner, maar eerder als een soort vijand die allemaal plannen over hen uitstort.'
Dat herkent Eric Bakker, projectleider Omgevingsvisie bij de gemeente Hilversum. 'In Hilversum was de sfeer in eerste instantie negatief, na de aankondiging van een onderzoek naar de bouw van mogelijk 10.000 woningen, als bijdrage aan de woningbouwopgave voor de Metropool Regio Amsterdam (MRA). Dat schoot veel bewoners in het verkeerde keelgat. Er zijn toen tientallen bewonerscomités tegen in het geweer gekomen. Deze hebben zich verenigd en zijn zo het participatietraject ingestapt. De participatie rond de omgevingsvisie kwam zo op het oog synoniem te staan voor de strijd over de woningbouw.'
Meije Gildemacher is inwoner van Hilversum en deelnemer aan de gesprekken: 'Al snel konden we de gemeente duidelijk maken dat inwoners helemaal niet tegen het bouwen van woningen zijn. Die zijn immers hard nodig, ook in Hilversum is een schrijnend tekort. Het ging ons alleen om het tempo en de concentratie van de woningen. In de MRA-plannen zagen we bij wijze van spreken al een grote, eenvormige wijk van 10.000 huizen verrijzen. Maar dat hoeft helemaal niet. Het kan ook heel verspreid en in een gematigd tempo.' Bakker: 'Dat is ook zoals de samenleving de raad heeft geadviseerd: woningen in het groen, in een gematigd tempo bouwen, slim verspreid en een hoeveelheid waar behoefte aan is in Hilversum.'
Leken de gesprekken aanvankelijk vooral over woningbouw te gaan, al snel verbreedde de agenda zich naar allerlei onderwerpen die met de leefomgeving te maken hebben. Zo kwam het totale palet van de omgevingsvisie toch in beeld. Gildemacher: 'Er is over verkeersdoorstroming gesproken, over groenvoorziening, over openbaar vervoer, noem maar op. Zo hebben we samen voldoende uitgangspunten en vooral vertrouwen gecreëerd om tot een gedragen omgevingsvisie te komen.'
'Dat is ook zoals de samenleving de raad heeft geadviseerd: woningen in het groen.'
Brug geslagen
Dat vertrouwen is de grote winst van het traject, denkt Gildemacher. 'Misschien is het verkleinen van de afstand tussen inwoners en gemeente wel belangrijker geweest dan het formuleren van exacte uitgangspunten voor een omgevingsvisie.'
Op dit moment zijn medewerkers van de gemeente druk met het schrijven van de omgevingsvisie. Gildemacher: 'We moeten natuurlijk nog even afwachten wat daaruit komt. En of de inbreng van bewoners wel echt serieus is meegenomen. Maar ik denk dat er een goede basis ligt.'
Loslaten
Diegenbach zag bij meerdere gemeenten hoe partijen naar elkaar toe groeiden. 'In eerste instantie had men bijvoorbeeld sterk de neiging om kaders mee te geven. Waar gaan we het met inwoners wel of juist niet over hebben? Men was bang dat inwoners een heel andere richting in zouden slaan dan het bestaande beleid voorschrijft. Maar die vrees bleek ongegrond. De inbreng vanuit de bewoners botste nergens met het bestaande beleid, maar zorgde vooral voor nuanceringen.'
Ambtenaren hadden een faciliterende rol en dat was voor hen zeker wennen. Diegenbach: 'Men gaf bijvoorbeeld het bestaande beleid aan inwoners mee, om te lezen als een soort 'huiswerk'. Maar niemand van de inwoners las dat, men gaf gewoon de eigen mening.’
Verschillen en vertrouwen
Uiteraard waren er grote verschillen tussen deelnemende inwoners. Diegenbach: 'Zo vonden sommige inwoners hun inbreng belangrijker dan die van andere inwoners. Bijvoorbeeld omdat ze onderdeel waren van een adviesteam, deskundig waren op een bepaald gebied of directeur van een bepaalde organisatie. Je moet waken voor dergelijke 'boven'- en 'onder' inwoners. De een brengt een uitgebreide visie in, de ander een oneliner. Alle inbreng is van gelijke waarde, dat is een belangrijk uitgangspunt.'
De 4 gemeenten waar Diegenbach werkte zijn er uiteindelijk allemaal uit gekomen met hun inwoners. 'De trajecten laten zien dat er eerst vertrouwen moet zijn, voordat er moeilijke keuzes mogelijk zijn. Dat kost tijd, maar levert een belangrijke basis voor goede samenwerking in de toekomst. Zo kan de verplichte omgevingsvisie onder de nieuwe Omgevingswet leiden tot succesvolle voorbeelden van hoe overheid en samenleving elkaar opnieuw weten te vinden.'
Meer Nieuws in Perspectief
Andere Nieuws in Perspectief-artikelen lezen? Ga dan naar de overzichtspagina van Nieuws in Perspectief.
Fotoverantwoording
- Coverafbeelding: Spoorzone Tilburg, Mediatheek Rijksoverheid. Fotograaf: Tineke Dijkstra.
- Afbeelding Instituut Beeld en Geluid, Mediatheek Rijksoverheid. Fotograaf: Willem Jan Ritman
- Afbeelding Kerncentrale Borssele, Mediatheek Rijksoverheid. Fotograaf: Remco Zwinkels
- Afbeelding speeltuin wijk Nieuw Leyden, Mediatheek Overheid. Fotograaf: Rob Poelenjee
- Afbeelding recreatie in 't Twiske, Mediatheek Rijksoverheid. Fotograaf: Tineke Dijkstra