Termijnen en procedure meldingsplicht en informatieplicht onder de Omgevingswet
Initiatiefnemers moeten voor sommige activiteiten in de leefomgeving een melding doen of informatie geven aan de overheid. Dit moet voor de meeste activiteiten minimaal 4 weken voor de start of de verandering. Soms geldt een andere termijn voor deze meldingsplicht of informatieplicht. De uitzonderingen ziet u in een overzicht op deze pagina.
Melden en informatie geven onder de Omgevingswet
Onder de Omgevingswet moeten initiatiefnemers voor sommige activiteiten informatie geven aan de overheid, zoals bij hun gemeente of waterschap. Bijvoorbeeld als ze een huis bouwen of een boom kappen.
De Omgevingswet heeft verschillende soorten plichten voor het aanleveren van informatie:
- meldingsplicht: initiatiefnemers moeten een melding indienen voordat ze de activiteit mogen uitvoeren
- gegevens en bescheiden verstrekken of informeren voor het starten van een activiteit
- gegevens en bescheiden verstrekken of informeren naar aanleiding van een bepaalde gebeurtenis
Initiatiefnemers kunnen informatie voor deze plichten aanleveren via het Omgevingsloket.
Procedures
Er is bij geen van deze plichten sprake van een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Er zijn dus weinig procedurebepalingen.
Ontvangstbevestiging
De Wet modernisering elektronisch verkeer introduceert een verplichting om een ontvangstbevestiging van een melding te sturen. Deze komt in artikel 2:17 van de Awb te staan. De wet treedt naar verwachting op 1 januari 2026 in werking.
Wij raden aan om tot die tijd ook ontvangstbevestigingen te sturen. Door een ontvangstbevestiging weet een melder zeker dat hij kan beginnen.
Kennisgeving
Voor sommige meldingsplichten is er een kennisgevingsplicht voor het bestuursorgaan dat de melding beoordeelt. Dat betekent dat het bestuursorgaan de melding moet publiceren in het digitale publicatieblad. Bij de kennisgeving moet een korte omschrijving van de inhoud staan. Dat staat in artikel 10.20 van het Omgevingsbesluit.
Bestuursorganen moeten de volgende meldingen publiceren:
- een melding voor een milieubelastende activiteit, zoals bedoeld in hoofdstuk 4 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
- een melding voor mobiel puinbreken, zoals bedoeld in artikel 7.33 van het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl)
Op de website van de VNG staat een heldere bespreking van alle wettelijk verplichte communicatiemomenten bij meldingen en informatieplichten.
Termijnen meldingsplicht en informatieplicht
In de meeste gevallen moeten initiatiefnemers minimaal 4 weken voor de start of verandering een melding doen of informatie geven. Maar voor sommige activiteiten geldt een andere termijn. En soms hoeven initiatiefnemers pas ná de start of de verandering van de activiteit te melden of informatie te geven.
Alle termijnen voor de meldingsplicht en informatieplicht staan in het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) en het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl).
Overzicht andere termijnen per activiteit
In de tabellen op deze pagina ziet u op hoofdlijnen voor welke activiteiten andere termijnen gelden voor meldingsplichten en informatieplichten. U ziet in de meeste gevallen ook wat de andere termijn dan is. Soms zijn er meerdere termijnen. Dan ziet u op deze pagina alleen of de andere termijn korter of langer is dan de standaard termijn van 4 weken.
Alle detailinformatie in overzicht
Alle andere termijnen en details bij die termijnen ziet u in het overzicht 'Afwijkende termijnen voor meldings- en informatieplichten'. In dit overzicht ziet u ook welke gegevens initiatiefnemers moeten aanleveren.
Initiatiefnemers zien de andere termijnen ook in het Omgevingsloket. Dit zien ze als ze een melding doen of informatie aanleveren voor activiteiten met een andere termijn bij het onderdeel Aanvragen.
Andere termijnen voor bouwactiviteiten
Activiteit | Termijn |
---|---|
Bouwwerkzaamheden | Meerdere termijnen: korter dan standaardtermijn en na beëindigen werkzaamheden en na start ingebruikname. |
Sloopwerkzaamheden | Meerdere termijnen, korter dan standaardtermijn en na beëindigen werkzaamheden. |
Mobiel puinbreken | Ten minste 2 werkdagen voor begin. |
Andere termijnen voor milieubelastende activiteiten en lozingsactiviteiten
Activiteit | Termijn |
---|---|
Dierenverblijven | Binnen 2 jaar na het begin. |
Eindonderzoek bodem voor milieubelastende activiteiten in hoofdstuk 3 of 4 van het Bal | Meerdere termijnen, korter dan standaardtermijn en na het stoppen van de activiteit. |
Graven in bodem met een kwaliteit boven de interventiewaarde bodemkwaliteit | Meerdere termijnen, gelijk aan of korter dan standaardtermijn. |
Graven in bodem met een kwaliteit onder of gelijk aan de interventiewaarde bodemkwaliteit | Meerdere termijnen, korter dan standaardtermijn. |
Opslaan van brandbare vloeistoffen anders dan diesel in ondergrondse opslagtanks |
Binnen 8 weken na het begin. |
Opslaan van diesel, oxiderende, bijtende of aquatoxische vloeistoffen of oliën, vetten of pekel in ondergrondse opslagtanks | Meerdere termijnen, korter dan standaardtermijn en na het begin. |
Opslaan, zeven, mechanisch ontwateren en samenvoegen van zonder bewerking herbruikbare grond of baggerspecie | Een week voor het begin. |
Saneren van de bodem | Meerdere termijnen, korter dan standaardtermijn. |
Seveso-inrichting | Binnen een jaar voor gebruik of ruim voor een wijziging. |
Toepassen van grond of baggerspecie | Een week voor het begin. |
Toepassen van mijnsteen of vermengde mijnsteen in de voormalige mijnbouwgebieden in de provincie Limburg | Een week voor het begin. |
Werkzaamheden met verplaatsbaar mijnbouwwerk | 48 uur voor het begin. |
Windturbine | Direct. |
Andere termijnen voor andere activiteiten
Activiteit | Termijn |
---|---|
Bouwwerken, werken en objecten | Binnen 2 maanden na afloop van de activiteit. |
Kabels en leidingen | Binnen 2 maanden na afloop van de activiteit. |
Lozingen bij een calamiteitenoefening | Ten minste 48 uur voor het begin. |
Mijnbouwlocatieactiviteiten | Ten minste 48 uur voor het begin of voor de activiteit op een andere manier wordt uitgevoerd. |
Stortingsactiviteiten in de Noordzee | 4 weken na afloop van de maand waarin het storten plaatsvond. |
Windparken in de Noordzee | Binnen 3 maanden na de activiteit. |