Inhoudelijke regels water aanbrengen van lagen op metalen (paragraaf 4.11 Bal)
Voor het aanbrengen van lagen op metalen gelden regels over water uit paragraaf 4.11. van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). De voorkeursroute voor lozing is het vuilwaterriool.
Wanneer de regels gelden
In de hoofdstukken 3 en 4 van het Bal staat of de regels van toepassing zijn. De regels gelden als:
- de activiteit onder het toepassingsbereik van paragraaf 4.11 van het Bal valt, en
- de activiteit onder paragraaf 3.4.4 Metaalproductenindustrie valt
Op deze pagina
- Hoe afvalwater bij deze activiteit ontstaat
- Werkinstructie en voorzieningen
- Lozingsroute
- Emissiegrenswaarden
- Meetmethode
- Riooltekening
- Gerelateerde wetgeving
- Controleaspecten
- Andere inhoudelijke regels
Hoe afvalwater bij deze activiteit ontstaat
Het aanbrengen van lagen op metalen gebeurt meestal in dompelbaden die boven een aaneengesloten bodemvoorziening staan. Daarbij ontstaat afvalwater. Dit afvalwater bevat gevaarlijke stoffen.
Werkinstructie en voorzieningen
De initiatiefnemer moet bij deze activiteit een werkinstructie hebben en voorzieningen treffen. Reden daarvoor is het voorkomen of beperken van verontreiniging van oppervlaktewaterlichamen. En om te zorgen dat de voorzieningen voor het beheer van afvalwater goed werken. Deze voorzieningen moeten afgestemd zijn op de werkzaamheden die worden verricht. In de werkinstructie moet staan welke werkwijze wordt gevolgd om verontreiniging van het afvalwater te voorkomen. En ook moet erin staan welke maatregelen worden getroffen om het lozen van stoffen te beperken, waaronder de manier waarop de oversleep wordt beperkt. Dat staat in artikel 4.187 van het Bal.
Als er een dompelbad is dat zich automatisch vult, moet deze een automatisch afslagmechanisme hebben dat afslaat als het dompelbad vol is. Dat staat in de artikelen 4.184, 4.185 en 4.186 van het Bal.
Ook mogen geen perfluoroctaansulfonaten en kwik worden gebruikt. Dat staat in artikel 4.182 van het Bal.
Lozingsroute
De voorkeursroute is lozen op het vuilwaterriool.
Zoals gezegd, bevat het afvalwater afkomstig van het aanbrengen van lagen op metalen gevaarlijke stoffen. Er geldt geen 'absoluut lozingsverbod' voor gevaarlijke stoffen, maar hier is wel de specifieke zorgplicht uit artikel 2.11 Bal extra relevant. De stoffen mogen alleen in het vuilwaterriool worden geloosd na zuivering via een ONO-installatie. Dat houdt in:
- de stoffen worden volgens de ABM - Algemene beoordelingsmethodiek en de daaruit voortvloeiende saneringsinspanning behandeld (Beste beschikbare technieken (BBT) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup))
- de immissietoets geeft aan dat de restlozing niet leidt tot onacceptabele gevolgen
Dit volgt uit sectorplan 73 van het Landelijk afvalbeheerplan (LAP) waar in staat dat via een ONO-installatie gezuiverd moet worden. Zie voor meer informatie over het LAP het kopje 'Gerelateerde wetgeving'.
Emissiegrenswaarden
Lozen in het vuilwaterriool mag alleen als de lozing voldoet aan de onderstaande emissiegrenswaarden. Dat staat in artikel 4.189 van het Bal.
Emissiegrenswaarde in mg/l, gemeten in een steekmonster
| Stof | Vanaf 200 | 80–200 | Minder dan 80 |
|---|---|---|---|
| Chroom | 1,5 | 3,0 | Som 45 |
| Chroom VI | 0,3 | 0,3 | - |
| Koper | 1,5 | 6,0 | - |
| Lood | 1,5 | 6,0 | - |
| Nikkel | 1,5 | 6,0 | - |
| Zilver | 0,3 | 3,0 | - |
| Tin | 6,0 | 9,0 | - |
| Zink | 1,5 | 6,0 | - |
| Vrij cyanide | 0,6 | 3,0 | - |
Emissiegrenswaarde in mg/l, gemeten in een etmaalmonster
| Stof | Vanaf 200 | 80–200 | Minder dan 80 |
|---|---|---|---|
| Chroom | 0,5 | 1,0 | Som 15 |
| Chroom VI | 0,1 | 0,1 | - |
| Koper | 0,5 | 2,0 | - |
| Lood | 0,5 | 2,0 | - |
| Nikkel | 0,5 | 2,0 | - |
| Zilver | 0,1 | 1,0 | - |
| Tin | 2,0 | 3,0 | - |
| Zink | 0,5 | 2,0 | - |
| Vrij cyanide | 0,2 | 1,0 | - |
Voor etmaalmonsters is de grenswaarde strenger, omdat deze waarde geldt voor het gemiddelde over een etmaal. De grenswaarde voor steekmonsters mag nooit overschreden worden.
Bij de som van de vrachten gaat het om de metalen chroom, koper, nikkel, lood, zink, tin en zilver in het afvalwater, gemeten na het etsen of beitsen van metalen. Maar voordat het afvalwater een zuiveringsstap heeft doorlopen.
Meetmethode
Het Bal bevat voor deze activiteit geen verplichting tot bemonsteren. Maar als deze activiteit wordt bemonsterd, gelden daarvoor de normen die staan in artikel 4.190 van het Bal:
- Voor het bemonsteren van afvalwater geldt NEN 6600-1. Een monster is niet gefiltreerd.
- Voor het conserveren van een monster geldt NEN-EN-ISO 5667-3.
- Bij het analyseren van een monster worden onopgeloste stoffen meegenomen, en op het analyseren is van toepassing:
- voor chroom, koper, lood, nikkel, tin, zilver en zink: NEN 6966, NEN-EN-ISO 17294-2, NEN-EN-ISO 11885 of NEN 6965, waarbij de elementen worden ontsloten volgens NEN-EN-ISO 15587-1 of NEN-EN-ISO 15587-2
- voor chroom VI: NEN-ISO 11083
- voor vrij cyanide: NEN-EN-ISO 14403
Meer informatie over bemonsteren staat op de pagina Meten, bemonsteren en analyseren afvalwater.
Riooltekening
De initiatiefnemer moet een riooltekening hebben waar duidelijk op staat:
- op welke punten welk afvalwater wordt geloosd
- of de lozingspunten zijn aangesloten op het eigen vuilwaterriool of een schoonwaterriool
- op welke lozingsroutes het eigen vuilwaterriool en het schoonwaterriool uitkomen
Gerelateerde wetgeving
Onder het kopje 'Lozingsroute' wordt verwezen naar het Landelijk afvalbeheerplan (LAP). Het LAP vormt het beleidskader voor het doelmatig beheer van afvalstoffen. Hierin staan de doelstellingen en uitgangspunten van het afvalstoffenbeleid. Het LAP en de daarin uitgewerkte voorkeursvolgorde voor het omgaan met afvalstoffen vormt voor alle overheden het toetsingskader voor omgevingsvergunningen.
Een belangrijk onderdeel van doelmatig beheer van afvalstoffen is de voorkeursvolgorde voor omgaan met afvalstoffen: de afvalhiërarchie. De afvalhiërarchie staat in artikel 10.4 van de Wet milieubeheer (Wm). Het LAP werkt dit verder uit.
Controleaspecten
Bij het controleren van de regels en voorschriften is het belangrijk om een aantal aspecten goed in beeld te hebben. Informatie daarover vindt u op de pagina Controleaspecten bij regels en voorschriften voor afvalwater.
Andere inhoudelijke regels
Naast regels over water gelden ook andere regels. Die vindt u op de pagina Inhoudelijke regels aanbrengen van lagen op metalen.
Zie ook
Meer informatie over het werken met metaal en wateraspecten staat op de pagina Werken met metaal.
Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bal bevat regels van het Rijk over activiteiten in de fysieke leefomgeving.
Beste beschikbare technieken (BBT)
Het meest doeltreffende en geavanceerde ontwikkelingsstadium van de activiteiten en exploitatiemethoden waarbij de praktische bruikbaarheid van speciale technieken om het uitgangspunt voor de emissiegrenswaarden en andere vergunningvoorwaarden te vormen is aangetoond, met als doel emissies en gevolgen voor het milieu in zijn geheel te voorkomen, of wanneer dit niet mogelijk is, te beperken, waarbij wordt verstaan onder:
- technieken: zowel de toegepaste technieken als de wijze waarop de installatie wordt ontworpen, gebouwd, onderhouden, geëxploiteerd en ontmanteld
- beschikbare: op zodanige schaal ontwikkeld dat de betrokken technieken, kosten en baten in aanmerking genomen, economisch en technisch haalbaar in de betrokken industriële context kunnen worden toegepast, onafhankelijk van de vraag of die technieken wel of niet binnen Nederland worden toegepast of geproduceerd, mits zij voor de exploitant op redelijke voorwaarden toegankelijk zijn,
- beste: het meest doeltreffend voor het bereiken van een hoog algemeen niveau van bescherming van het milieu in zijn geheel
Deze begripsbepaling staat in de bijlage bij de Omgevingswet.