Vulpuntmorsbak
Een vulpuntmorsbak is een bodembeschermende voorziening met opstaande randen, bedoeld om gemorste vloeistof op te vangen. Een vulpuntmorsbak wordt toegepast onder het aansluitpunt van de vulleiding of leegzuigleiding van een opslagtank. Er geldt een specifieke zorgplicht.
Situaties waarin een vulpuntmorsbak is voorgeschreven
Bij het aan- en loskoppelen van een vulslang op een tankinstallatie kan product (opgeslagen vloeistof) worden gemorst. Om te voorkomen dat het gemorste product milieuverontreiniging veroorzaakt, wordt een vulpuntmorsbak toegepast om het product op te vangen. De vulpuntmorsbak bevindt zich onder het aansluitpunt van de vulleiding of leegzuigleiding van een opslagtank. Een vulpuntmorsbak is niet nodig wanneer er onder het aansluitpunt een vloeistofdichte bodemvoorziening is. Dit geldt zowel voor bovengrondse als ondergrondse opslagtanks.
Eisen waar een vulpuntmorsbak aan moet voldoen
De eisen aan een vulpuntmorsbak voor ondergrondse en bovengrondse opslagtanks met een installatiecertificaat BRL SIKB 7800 volgen uit het normdocument BRL SIKB 7800.
Wanneer een installatiecertificaat voor bovengrondse opslagtanks niet verplicht is, staan in artikel 4.931 lid 1 onder b en artikel 4.947 lid onder b de volgende eisen aan een vulpuntmorsbak:
- als de vulpuntmorsbak boven op de bovengrondse opslagtank is gemonteerd, moet de inhoud van de vulpuntmorsbak minimaal 5 liter zijn
- als de vulpuntmorsbak niet boven op de bovengrondse opslagtank is gemonteerd, moet de inhoud van de vulpuntmorsbak minimaal 65 liter zijn
De overige eisen aan een vulpuntmorsbak voor bovengrondse opslagtanks zonder installatiecertificaat volgen dan uit de specifieke zorgplicht.
Specifieke zorgplicht bij een vulpuntmorsbak
De stalen of kunststof vulpuntmorsbak en doorvoeringen moeten vloeistofdicht en productbestendig zijn uitgevoerd. De vulpuntmorsbak moet zodanig zijn geplaatst of afgedekt dat zich er geen (regen)water in kan verzamelen. Deze good housekeeping-maatregelen schrijft het Bal niet expliciet voor. Ze zijn een onderdeel van de specifieke zorgplicht. In het BB-CVM staat in bijlage 1 een lijst met voorbeelden van good housekeeping-maatregelen.