Gebruik van bouwwerken: verwarmingssystemen
Bij het gebruik van een bouwwerk gelden regels voor verwarmingssystemen. Ze gaan over keuring en staan in het Besluit bouwwerken leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bbl).
Verwarmingssystemen
Een verwarmingssysteem is in bijlage I van het Bbl gedefinieerd als een 'combinatie van de bestanddelen die nodig zijn voor een vorm van inpandige luchtbehandeling, waardoor de temperatuur wordt verhoogd'.
Hieronder vallen alle systemen voor ruimteverwarming (bijvoorbeeld ook systemen die alleen stralingswarmte afgeven). Onder verwarmingssysteem vallen een warmtegenerator maar bijvoorbeeld ook leidingen en afgiftesystemen (radiatoren).
Losse componenten die geen onderdeel uitmaken van een systeem voor ruimteverwarming vallen er niet onder (zoals losse infraroodpanelen of een elektrische kachel).
Een warmtepomp is een installatie voor warmte- of koudeopwekking. Het is een verwarmingssysteem en vaak ook een airconditioningssysteem. De eisen voor allebei de systemen gelden dan.
Voor een verwarmingssysteem of gecombineerd ruimteverwarmings- en ventilatiesysteem met een nominaal vermogen van meer dan 70 kW gelden eisen. Bij het bepalen van het nominaal vermogen gaat het om een optelsom van alle vermogens van de verschillende onderdelen van het (gecombineerde) systeem. Eventuele back-up systemen tellen mee in het nominaal vermogen.
Warmtegenerator
Een warmtegenerator is een onderdeel van een verwarmingssysteem dat nuttige warmte genereert via een of meerdere van de volgende processen:
- verbranding van brandstof in een verbrandingstoestel
- joule-effect in de verwarmingselementen van een verwarmingssysteem met elektrische weerstand
- opvangen van warmte uit de lucht, ventilatie afvoerlucht of een water- of aardwarmtebron met een warmtepomp
Deze definitie staat in bijlage I van het Bbl.
Keuring
Het is verplicht om de toegankelijke delen van zo’n systeem ten minste 1 keer per 4 jaar te keuren (artikel 6.42, lid 1 Bbl).
De keuring bevat een beoordeling van het rendement en de dimensionering van de warmtegenerator, afgestemd op de verwarmingsbehoeften van het gebouw,) De keuring houdt hierbij rekening met het vermogen van het (gecombineerde) systeem om de prestaties onder typische of gemiddelde werkingsomstandigheden te optimaliseren (artikel 6.42, lid 2 Bbl). De keuring bevat geen beoordeling van de dimensionering van de warmtegenerator als er sinds de laatste keuring geen wijziging heeft plaatsgevonden van het (gecombineerde) systeem of de verwarmingsbehoeften van het gebouw (artikel 6.42, lid 3 Bbl).
Certificaat
Degene die de keuring verricht, moet een geldig certificaat hebben. Dat moet zijn afgegeven door een instantie die door een accreditatie-instantie is geaccrediteerd voor de deelregeling voor verwarmingssystemen. Die deelregeling is onderdeel van de Certificatieregeling voor het kwaliteitsmanagementsysteem voor het uitvoeren van onderhoud en inspectie aan technische installaties, van de stichting SCIOS. Dit staat in artikel 6.42, lid 3, van het Bbl.
Keuringsverslag
Na de keuring krijgt de eigenaar of huurder van het gebouw een keuringsverslag. Dat bevat ten minste het resultaat van de keuring. En ook aanbevelingen voor een kostenefficiënte verbetering van de energieprestatie van het (gecombineerde) systeem (artikel 6.42, lid 5 Bbl).
Op basis van de resultaten en de aanbevelingen in het keuringsverslag kan de eigenaar of huurder van het gebouw bepalen of vervolgacties gewenst zijn. De uitvoering van de vervolgacties behoort overigens niet tot de keuring. De verbetering en eventuele vervanging van de gekeurde (gecombineerde) systemen leveren een bijdrage aan het verminderen van energiegebruik. En aan het beperken van kooldioxide-emissies (als de mate van gebruik van het systeem hetzelfde blijft).
Regels niet bij energieprestatiecontract of GACS
De regels over keuring (in artikel 6.42 van het Bbl) gelden niet als het (gecombineerde) systeem onder een energieprestatiecontract valt. Het gaat om een energieprestatiecontract zoals bedoeld in de richtlijn 2012/27/EU (verwijst naar een andere website) (artikel 2, onderdeel 27 van die richtlijn). Zo’n contract bevat een energiebesparingsdoel. Het bereiken van dat doel gebeurt onder meer door het optimaliseren van de werking van installaties. Daardoor zullen deze contracten hetzelfde globale resultaat opleveren als een keuring.
De regels gelden ook niet voor een verwarmingssysteem als een gebouwautomatisering en –controlesysteem (GACS) is geïnstalleerd dat aan bepaalde systeemeisen voldoet.
Artikel 6.42, lid 6 van het Bbl regelt deze uitzonderingen.
Regels bij nieuwbouw en verbouw
Er gelden nog andere regels voor verwarmingssystemen bij nieuwbouw en verbouw (onder 'Bouwwerkinstallaties' op die pagina’s).
Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl)
Het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bbl bevat regels over bouwwerken.