Uitleg opslagtank
Het Bal verstaat onder een opslagtank een voorziening voor het opslaan van gas of vloeistof. Hieronder valt niet een verpakking, tankcontainer of ladingtank van een bunkerstation. Een ladingtank van een bunkerstation valt onder de milieubelastende activiteit bunkerstations en andere tankplaatsen voor schepen.
Dit valt onder opslagtank voor gassen
De milieubelastende activiteit opslagtank voor gassen staat in paragraaf 3.2.7 van het Bal. Deze activiteit kan schadelijk zijn voor het milieu. Het nadelige gevolg is vooral de externe veiligheid door de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen. De milieubelastende activiteit opslagtank voor gassen is een bedrijfstakoverstijgende activiteit.
De activiteit is het opslaan in een:
- opslagtank van meer dan 150 liter gevuld met giftige, bijtende, brandbare of oxiderende gassen van ADR-klasse 2. De gassen zijn tot vloeistof verdicht.
- opslagtank van meer dan 300 liter gevuld met verstikkende gassen van ADR-klasse 2. De gassen zijn tot vloeistof verdicht.
- opslagtank van meer dan 150 liter gevuld met tot vloeistof verdichte gassen in de gevarenklasse acute toxiciteit, categorie 1, 2 of 3 van bijlage I, deel 3, CLP-verordening.
Onder het opslaan vallen ook de handelingen die daarbij horen. Bijvoorbeeld het vullen of legen van de opslagtank met een tankwagen. Het opslaan voor korte tijd en in afwachting van verder vervoer valt ook onder deze milieubelastende activiteit.
Bij het opslaan van propaan gaat het om propaanreservoirs bij particulieren, bij bedrijven en op bouwterreinen.
Deze milieuregels uit het Bal gelden voor opslagtank voor gassen
Bij de milieubelastende activiteit staat welke inhoudelijke regels uit de hoofdstukken 4 en 5 van toepassing zijn. Zie de tabel hieronder voor een overzicht van de regels.
In deze situaties is een omgevingsvergunning vereist voor opslagtank voor gassen
Een omgevingsvergunning is nodig voor de opslag van:
- propaan of propeen
- van meer dan 13 m3 in een opslagtank
- als propaan of propeen in de vloeistoffase wordt afgetapt. Bijvoorbeeld het vullen van gasflessen vanuit een opslagtank.
- giftige of bijtende gassen van ADR-klasse 2
- brandbare gassen van ADR-klasse 2, met uitzondering van propaan of propeen
- meer dan 100 m3 oxiderende gassen van ADR-klasse 2
- gassen in de gevarenklasse acute toxiciteit, categorie 1, 2 of 3 van bijlage I, deel 3, CLP-verordening
De reden voor vergunningplicht is externe veiligheid.
Uitgezonderd van de vergunningplicht zijn:
- opslaan van LPG
- opslaan van vloeibaar gemaakt vergistingsgas
Milieueffectrapportage
Het kan zijn dat voor deze milieubelastende activiteit een mer-beoordelingsplicht of een mer-plicht geldt. Dit kunt u afleiden uit bijlage V van het Omgevingsbesluit. Wilt u weten of mer verplichtingen geeft? Vul de mer-scan in of lees verder over milieueffectrapportage.
Informeren van het bevoegd gezag
In de hoofdstukken 2, 4 en 5 van het Bal staat per activiteit aangegeven of het bedrijf informatie moet aanleveren aan het bevoegd gezag.
De indieningseisen voor een vergunningaanvraag staan in de Omgevingsregeling.
Welke regels en voorschriften nog meer gelden voor opslagtank voor gassen
Niet alle regels voor een opslagtank voor gassen staan in het Bal. Er kunnen ook regels staan in:
Meer informatie