Milieubelastende activiteit windturbine (paragraaf 3.2.4 Bal)
Voor windturbines gelden algemene rijksregels van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal). Hoofdstuk 3 van het Bal bevat de aanwijzing van wat er onder de milieubelastende activiteit valt en wat vergunningplichtig is. Ook staat hier welke inhoudelijke regels gelden.
RvS-uitspraak windturbinepark
Een uitspraak van de Raad van State (RvS) over een windturbinepark heeft gevolgen voor het toepassen van direct werkende Rijksregels voor windturbineparken onder de Omgevingswet, en in het verlengde daarvan ook voor vergunningverlening en ruimtelijke besluiten. Meer over de gevolgen van de RvS-uitspraak.
Dit valt onder een windturbine
De milieubelastende activiteit windturbine staat in paragraaf 3.2.4 van het Bal. Deze activiteit kan schadelijk zijn voor het milieu. De nadelige gevolgen zijn vooral geluid en gevolgen voor externe veiligheid. De milieubelastende activiteit windturbine is een bedrijfstakoverstijgende activiteit Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup).
Het gaat om windturbines voor het opwekken van elektriciteit met een rotordiameter groter dan 2 meter.
Dit valt niet onder de milieubelastende activiteit
De regels uit paragraaf 3.2.4 van het Bal gelden niet voor kleinere windturbines. Bijvoorbeeld kleine turbines met een verticale draaias die elektriciteit opwekken op hoge gebouwen. De gemeente kan in het omgevingsplan lokaal wel eisen stellen aan kleine turbines als dit nodig is.
Windturbines die geen elektriciteit opwekken, maar direct een werktuig aandrijven, vallen ook niet onder deze milieubelastende activiteit. Bijvoorbeeld een windturbine die een klein gemaal in het buitengebied aandrijft. Ook historische poldermolens, zaagmolens en korenmolens vallen er niet onder.
Voor windturbines die op een windpark in de Noordzee staan geldt paragraaf 7.2.3 Windparken.
Deze milieuregels uit het Bal gelden voor een windturbine
Bij de milieubelastende activiteit staat welke inhoudelijke regels uit hoofdstuk 4 en hoofdstuk 5 van toepassing zijn.
Milieuregels voor 1 of 2 windturbines
Voor 1 of 2 windturbines geldt alleen paragraaf 4.30 Windturbine.
Tijdelijke milieuregels voor windparken
Voor 3 of meer windturbines in een windpark gelden als overgangsrecht tijdelijke milieuregels. Dit is het gevolg van een uitspraak van de Raad van State (RvS) over een windturbinepark. De tijdelijke regels gelden tot er nieuwe algemene regels voor windturbines in werking treden.
De tijdelijke regels zijn alleen van toepassing op bestaande windparken:
- die in werking mochten zijn op 30 juni 2021 én
- waarbij daarna geen wijzigingen hebben plaatsgevonden in de omgevingsvergunning voor milieubelastende activiteiten, het omgevingsplan of de omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit.
Alleen als aan alle bovenstaande voorwaarden wordt voldaan, gelden de milieuregels van paragrafen:
- 4.30 Windturbine,
- 4.30a Windturbine: tijdelijke regels geluid en
- 4.40b Windturbine: tijdelijke regels slagschaduw en lichtschittering.
In alle andere gevallen geldt een park als een 'nieuw' park. Voor nieuwe windparken gelden er geen algemene milieuregels van het Bal.
In deze situaties is een omgevingsvergunning vereist voor een windturbine
Een omgevingsvergunning is nodig voor 3 of meer windturbines in een windpark. De omgevingsvergunning voor windparken met 3 of meer windturbines is onder andere nodig vanwege de mer-beoordeling.
Een windpark is een samenstel van voorzieningen waarbij de wind zorgt voor de productie van elektriciteit.
Milieueffectrapportage
Het kan zijn dat voor deze milieubelastende activiteit een mer-beoordelingsplicht of een mer-plicht geldt. Dit kunt u afleiden uit bijlage V van het Omgevingsbesluit. Wilt u weten of mer verplichtingen geeft? Vul de mer-scan (verwijst naar een andere website) in of lees verder over milieueffectrapportage.
Informeren van het bevoegd gezag
In hoofdstuk 2, 4 en 5 van het Bal staat per activiteit aangegeven of het bedrijf informatie moet aanleveren bij het bevoegd gezag Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup).
De indieningseisen voor een vergunningaanvraag staan in de Omgevingsregeling.
Welke regels en voorschriften nog meer gelden voor een windturbine
Niet alle regels voor windturbines staan in het Bal. Er kunnen ook regels staan in:
- het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl), bijvoorbeeld energiebesparende maatregelen
- een eventuele omgevingsvergunning
- lokale regelgeving. Met lokale regelgeving bedoelen we bijvoorbeeld het omgevingsplan van de gemeente, de omgevingsverordening van de provincie en de waterschapsverordening van het waterschap. Welke lokale regels gelden voor een bepaalde locatie kunt u het beste checken met het onderdeel Regels op de kaart van het Omgevingsloket.
Meer informatie
Bedrijfstakoverstijgende activiteit
Een bedrijfstakoverstijgende activiteit is een milieubelastende activiteit waarvoor het Rijk regels stelt in afdeling 3.2 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal). De activiteit is meestal geen zelfstandige bedrijf, maar wordt uitgevoerd als onderdeel van een bedrijf en soms ook binnen een huishouden. Voor de bedrijfstakoverstijgende activiteiten zijn landelijk eisen uitgewerkt die nadelige gevolgen voor de fysieke leefomgeving beperken. Veelal gaat het om eisen over de technische uitvoering van de installaties. (nota van toelichting Bal, paragraaf 4.2.3, Stb. 2018, 293)
Bevoegd gezag
Het bevoegd gezag kan zowel het Rijk, een provincie, een waterschap als een gemeente zijn. Onder de Omgevingswet heeft ieder instrument een bevoegd gezag. Het bevoegd gezag dat het instrument inzet, is ook het bevoegd gezag voor vergunningverlening, toezicht en handhaving, meldingen en het toestaan van afwijken van algemene regels.
Lees hier verder over bevoegd gezag.