Betekenis in het dagelijks spraakgebruik
In het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) komt bij de milieubelastende activiteit regelmatig het begrip 'installatie' voor. In sommige gevallen is 'installatie' een gewoon woord dat we ook in het dagelijkse spraakgebruik hanteren. Een geheel van technische toestellen, of de handeling om iets voor gebruik geschikt te maken. Een voorbeeld van het eerste is een koelinstallatie. Een voorbeeld van het tweede is de installatie van een opslagtank.
Betekenis in het Bal
In andere gevallen gebruikt het Bal het begrip installatie in een betekenis die afwijkt van de betekenis in het dagelijks spraakgebruik. Deze sluit dan aan bij het begrip 'installatie' in de Richtlijn industriële emissies en veehouderijen (Rie) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup).
Het Bal gebruikt het installatiebegrip van de Rie op 3 manieren:
- Een IPPC-installatie. Dit is voor het aanwijzen van de (grote industriële) activiteiten waarvoor de Rie een vergunningplicht instelt. Dit zijn vaste technische eenheden voor de activiteiten in bijlage I bij de Rie.
- Een andere milieubelastende installatie Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) voor het aanwijzen van activiteiten die niet onder de Rie vallen, maar waar dezelfde manier van aanwijzen gebeurt. Op de website van de VNG vindt u een handreiking en een presentatie over het begrip andere milieubelastende installatie bij veehouderijen.
- Een oplosmiddeleninstallatie voor het aanwijzen van de activiteiten waarvoor de regels voor oplosmiddelen moeten gelden. Dit zijn vaste technische eenheden voor de activiteiten of processen in deel 1 van bijlage VII bij de Rie.
Het startpunt is dat er een vaste technische eenheid is voor het verrichten van een activiteit of proces. Vervolgens voegt het begrip aan deze technische eenheid ook alle technisch en milieuhygiënisch samenhangende activiteiten op de locatie toe. Daar vallen dus geen onderdelen van het bedrijf onder die niet relevant zijn uit milieuoogpunt, of die alleen organisatorisch zijn verbonden. Het maakt voor de gelding van het installatiebegrip niet uit of er zeggenschap is van de eigenaar van de hoofdactiviteit over de samenhangende activiteit. Dat is dus een verschil met het begrip functioneel ondersteunende activiteit.
Leidraad over het begrip installatie
De Europese Commissie heeft een leidraad (guidance of richtsnoer) uitgebracht over het installatiebegrip. Deze helpt zowel bij de interpretatie van de term IPPC-installatie als van de term 'andere milieubelastende installatie'. Hieronder staat een overzicht van een aantal relevante elementen uit het begrip installatie, gebaseerd op deze leidraad:
De installatie is een technische eenheid
De installatie is een technische eenheid. Dat is een eenheid die is ontworpen en gemaakt om de relevante activiteit uit te voeren. Elementen van de technische eenheid kunnen zijn:
- uitrusting, pijpleidingen, machines, gereedschap, niet openbare rangeersporen, dokken, laad- en loswallen, aanlegsteigers, opslagruimtes of vergelijkbare structuren
- faciliteiten voor de inname, opslag, overslag en voorbewerking van grondstoffen en producten
- faciliteiten voor het controleren, meten en registreren van de milieueffecten
De elementen vormen een integraal onderdeel van de aangegeven activiteit. De onderdelen van een technisch eenheid hoeven niet in hetzelfde bouwwerk te staan.
De technische eenheid is vast
De technische eenheid is als geheel vast (de leidraad spreekt van 'stationair'), maar onderdelen ervan mogen bewegen. Zo kan transport met vorkheftrucks onderdeel zijn van een vaste technische eenheid. Een verplaatsbare technische eenheid die voor een relevante periode op één plek in gebruik is voor een activiteit, is ook een vaste technische eenheid. Het bevoegd gezag beoordeelt individueel of het om een relevante periode gaat.
De technische eenheid is bedoeld voor een aangegeven activiteit
De technische eenheid is bedoeld voor een nader aangegeven activiteit. In het Bal volgt deze activiteit na de volgende formulering: ‘Het exploiteren van een installatie voor’. Het kan ook zijn dat in een technische eenheid voor een aangegeven activiteit ook een andere, elders genoemde, activiteit voorkomt. De technische eenheid hoeft dus niet exclusief bedoeld te zijn voor één aangegeven activiteit.
De installatie omvat ook andere activiteiten op dezelfde locatie
De installatie omvat ook andere activiteiten op dezelfde locatie. Dit betekent vooral dat er andere activiteiten in de nabijheid van de technische eenheid moeten plaatsvinden om die tot de installatie te kunnen rekenen. Een fysieke scheiding of barrière kan een indicatie zijn dat een andere locatie begint. Maar twee terreinen waar een openbare weg doorheen loopt, kunnen toch tot dezelfde locatie behoren. Hoe groter de mate van fysieke scheiding is, hoe sterker de rechtstreekse samenhang en het technisch verband moeten zijn om toch tot dezelfde locatie te horen.
De andere activiteiten moeten rechtstreeks met de aangegeven activiteit samenhangen
De andere activiteiten moeten rechtstreeks met de aangegeven activiteit samenhangen. Hierboven staan onder het kopje De installatie is een technische eenheid voorbeelden genoemd wat onder een technische eenheid kan vallen. Dit kunnen ook rechtstreeks samenhangende activiteiten zijn.
Alleen organisatorische samenhang is onvoldoende om van rechtstreekse samenhang te kunnen spreken. Een voorbeeld daarvan is het delen van voorzieningen voor beveiliging.
Een activiteit hangt alleen rechtstreeks samen als de uitvoering van de andere activiteit in operationele zin nauw samenhangt met de aangegeven activiteit. Een voorbeeld is een faciliteit die een aangegeven activiteit ondersteunt, en op die locatie waarschijnlijk niet zou bestaan als de aangegeven activiteit er niet zou zijn. Levert bijvoorbeeld een stookinstallatie warmte aan een aangegeven activiteit, en daarnaast aan andere activiteiten? Dan moet het bevoegd gezag individueel beoordelen of de stookinstallatie wel of niet rechtstreeks samenhangt.
De andere activiteiten moeten technisch in verband staan met de aangegeven activiteit
Een technisch verband betekent niet automatisch dat er een fysieke verbinding moet zijn, zoals een pijpleiding of lopende band. Als er een dergelijke fysieke verbinding is, is er waarschijnlijk automatisch een technisch verband. Maar ook zonder fysieke verbinding kunnen twee (deel)activiteiten die onderdeel uitmaken van een (hoofd)activiteit in een technisch verband met elkaar staan. Bijvoorbeeld heftrucks die materiaal van een plek waar een (deel)activiteit plaatsvindt, verplaatsen naar een plek waar een andere (deel)activiteit plaatsvindt.
Een andere activiteit die wel rechtstreeks samenhangt, maar geen technisch verband heeft, is geen onderdeel van de installatie. Een voorbeeld is een kantoorgebouw.
Een andere activiteit kan technisch verbonden zijn met een aangegeven activiteit, maar daar niet rechtstreeks mee samenhangen. Een elektriciteitscentrale bijvoorbeeld. Die is via het hoogspanningsnet technisch verbonden met alle afnemers van elektriciteit. Maar dat is niet een rechtstreekse samenhang. Een specifieke centrale kan natuurlijk alleen stroom leveren aan een bepaald industrieel proces, waardoor er wel sprake is van één installatie.
Een aantal algemene soorten activiteiten die rechtstreeks kunnen samenhangen en in technisch verband staan, zijn:
- stookinstallaties die warmte of kracht leveren
- activiteiten voor de toevoer, bewerking en voorbereiding van grondstoffen
- activiteiten voor de bewerking van tussenproducten
- activiteiten voor de bewerking van eindproducten
- activiteiten voor de behandeling van bijproducten, afval en emissies
De andere activiteiten moeten gevolgen kunnen hebben voor de emissies en verontreiniging
De andere activiteiten moeten gevolgen kunnen hebben voor de emissies en verontreiniging. Deze gevolgen kunnen van de aangegeven activiteit komen, van de rechtstreeks samenhangende activiteit, of van de interactie tussen de twee. Er zijn ook gevolgen als de integrale afweging over beste beschikbare technieken Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) het vereist om twee activiteiten in samenhang te bekijken, omdat de keuze anders niet optimaal zou zijn. Het zinsdeel 'kunnen hebben' uit de eerste zin geeft aan dat niet alleen feitelijke emissies meewegen, maar ook milieugevolgen van incidenten.