Handhaving Besluit werkgebonden personenmobiliteit
Handhaving op de rapportageverplichting bij werkgebonden personenmobiliteit (WPM) vindt plaats als blijkt dat de WPM-rapportageplichtige organisatie niet (tijdig) een rapportage heeft ingediend. Of als onjuiste gegevens zijn aangeleverd. Hiervoor volgt eerst een bestuurlijke waarschuwing. Is de overtreding daarna niet opgeheven? Dan wordt het handhavingsproces voortgezet.
Eerst voorbereiden en uitvoeren van toezicht
Voorafgaand aan de handhaving vinden eerst de stappen plaats van voorbereiding van het toezicht op werkgebonden personenmobiliteit en de uitvoering van het toezicht.
Het handhavingsproces wordt voortgezet volgens de Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht (LHSO). Doel hiervan is naleving van de rapportageplicht te waarborgen en een 'level playing field' te creëren.
Hieronder staat welke stappen en termijnen noodzakelijk zijn bij de belangrijkste handhavingsfases als niet (tijdig) een WPM-rapportage is ingediend. Of als onjuiste gegevens zijn aangeleverd. Doel is om uniformiteit in de handhaving te waarborgen. De LHSO-stappen staan in onderstaand stroomdiagram.
Stroomdiagram
Beschrijving van de afbeelding
Stap 1: initiële controle, met als onderdelen beleid, prioritering en handhavingsverzoek.
Stap 2: bepalen overtreding en overtreder (overtreding, normadressaat, recidive)
Stap 3: bestuurlijke waarschuwing
Stap 4: hercontrole
Stap 5: vooraankondiging (keuze voor welk instrument, last onder dwangsom, last onder bestuursdwang)
Stap 6: zienswijze
Stap 7: definitieve last (last onder dwangsom, last onder bestuursdwang)
Stap 8: controle op de last (verslag, bevoegdheden)
Stap 9: vervolgstappen (last onder dwangsom, verbeuren en innen, last onder bestuursdwang, kostenverhaalbeschikking, nieuwe handhavingsbeschikking, intrekken als sanctie)
Welk sanctiemiddel te gebruiken
De LHSO voorziet in een basisinterventiematrix die helpt bij de keuze voor de wijze van handhaving. Deze matrix positioneert de overtreder naar gevolgen en naar type overtreder. Niet voldoen aan de WPM-rapportageplicht wordt gepositioneerd als classificatie B2: de gevolgen zijn 'beperkt' en de overtreder is 'onverschillig'.
Naarmate het handhavingsproces vordert, zal het gedrag steeds strenger worden beoordeeld op de basisinterventiematrix. Dit is omdat de overtreder gedurende elke fase van handhaving kansen heeft gehad om te voldoen aan de verplichting tot WPM-rapportage, waarvan hij officieel op de hoogte is gesteld. Het negeren of foutief indienen van de rapportageverplichting toont een gebrek aan betrokkenheid bij het streven naar CO2-reductie en duurzaamheid. Met andere woorden, als tijdens de hercontrole blijkt dat de overtreding niet ongedaan is gemaakt, wordt het gedrag opgeschaald naar 'C: Calculerend'. Vanaf dan wordt het bestuursrechtelijke handhavingstraject ingezet.
De LHSO gaat uit van het principe: zo licht mogelijk starten met ingrijpen, gericht op herstel en vervolgens snel inzetten van zwaardere interventies als naleving uitblijft.
Zwaarte van de last
De overheid behoort zoveel mogelijk vergelijkbare gevallen gelijk te behandelen. Voor het bestuurlijk bevoegd gezag vloeit dat voort uit de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Bij handhaving is dat mogelijk van nog groter belang. Dit vergt van de handhavende instanties dat zij stelselmatig en consistent handelen. Door gebruik te maken van de stappen in het stroomdiagram volgt u een uniforme opzet. Belangrijk is dat een aantal situaties toch maatwerk behoeft.
Bij een last onder dwangsom spelen er voor de zwaarte 2 zaken:
- de begunstigingstermijn
- de (totale) hoogte van de last onder dwangsom
Begunstingstermijn
De termijn moet altijd worden afgestemd op de tijd die redelijkerwijs nodig is om de benodigde herstelmaatregelen te treffen. Er moet dus rekening gehouden worden met de technische en organisatorische uitvoerbaarheid.
In het handhavende proces zijn er verschillende fases die verschillende termijnen nodig hebben:
- Blijkt dat bij de initiële controle niet (tijdig) een WPM-rapportage is ingediend of onjuiste gegevens zijn verstrekt?, Dan wordt een bestuurlijke waarschuwing uitgevaardigd. Een controlebrief met overtreding wordt opgevolgd door een hercontrole. Er geldt een hersteltermijn van 3 maanden na de bestuurlijke waarschuwing voordat een hercontrole plaatsvindt. Deze beslissing is genomen vanwege de tijdsintensieve aard van het proces om inzicht te verkrijgen in de WPM-gegevens, met name wanneer bedrijfssystemen hier niet op is afgestemd. Zie ook: voorbeeldbrief hercontrole.
- Als bij de hercontrole blijkt dat de overtreding niet ongedaan is gemaakt, volgt een voornemen last onder dwangsom (VLOD). Hierbij geldt een termijn van 1 maand na verzending voor het indienen van een zienswijze op het voornemen.
- Wanneer de zienswijzetermijn is verlopen en de overtreding nog steeds niet is opgeheven, volgt een last onder dwangsom (LOD). Hierbij geldt een termijn van 2 maanden na verzending om de overtreding te corrigeren. Deze beslissing is genomen vanwege de al verstreken termijn om aan de rapportageverplichting te voldoen.
De hoogte van de dwangsom
Een dwangsom per tijdseenheid komt met name aan orde als er sprake is van een continue overtreding. Daarvan is sprake bij een overtreding van het niet (tijdig) of onjuist indienen van de WPM-rapportage.
De hoogte van de dwangsom moet worden gemotiveerd. Artikel 5:32b, lid 3 van de Algemene wet Bestuursrecht (Awb), bepaalt alleen dat de hoogte van de dwangsom in redelijke verhouding moet staan tot de zwaarte van het geschonden belang en de beoogde effectieve werking.
Zowel het evenredigheids- als het zorgvuldigheidsbeginsel verlangen geen financieel (draagkracht-) onderzoek om de hoogte van een dwangsom te bepalen. Met andere woorden, de financiële situatie van de overtreder is niet relevant.
Voor de hoogte van de dwangsom sluit de overheid aan op de leidraad handhavingsacties en termijnen mei 2023. De hoogte van de dwangsom is € 1.500 per maand. Maar kan oplopen tot een maximum van € 4.500. De hoogte van de dwangsom staat in redelijke verhouding tot de zwaarte van het geschonden belang De dwangsom moet ervoor zorgen dat de overtreding wordt beëindigd. Na het aflopen van de termijn zal maandelijks een LOD-controle worden uitgevoerd.
Afwijken van de omvang
De last onder dwangsom moet een prikkel zijn om de overtreding te beëindigen of om herhaling te voorkomen. Dat betekent dat het in bepaalde gevallen nodig kan zijn af te wijken van deze omvang van de last onder dwangsom. Bijvoorbeeld bij bedrijven, waarbij de hoogte van de dwangsom niet in verhouding staat met de omzet van het bedrijf. Handhaven blijft maatwerk.
Escalatie handhaving
Als de handhaving niet het gewenste resultaat oplevert, zal het bevoegd gezag de handhaving moeten escaleren. Dit kan door een nieuwe en hogere last onder dwangsom op te stellen.
Voorbeeldbrieven
Toezichthouders kunnen gebruikmaken van voorbeeldbrieven:
- Modelbrief omgevingsdiensten naar bevoegd gezag - werkgebonden personenmobiliteit
- Aankondigingsbrief rapportageplicht werkgebonden personenmobiliteit
- Controlebrief overtreding werkgebonden personenmobiliteit
- Controlebrief geen overtreding werkgebonden personenmobiliteit
- Brief hercontrole werkgebonden personenmobiliteit
- Brief verzoek aanvullende gegevens rapportageplicht werkgebonden personenmobiliteit