Registratie van bodemenergiesystemen
Bodemenergiesystemen kunnen elkaar beïnvloeden. Gemeenten en provincie hebben daarom belang bij een goede registratie van bodemenergiesystemen. Met de komst van de Basisregistratie Ondergrond (BRO) moeten gemeenten en provincies verplicht registeren.
Belang van registratie
Er komen steeds meer bodemenergiesystemen. Daarmee neemt de kans toe dat ze elkaar negatief beïnvloeden. Dat kan leiden tot een lager rendement of tot milieuschade. 1 van de indieningsvereisten is dat een initiatiefnemer laat zien dat zijn systeem bestaande systemen niet negatief beïnvloedt. Goede registratie helpt zodat nieuwe systemen een juiste interferentieberekening uit kunnen voeren. De gemeente krijgt met registratie inzicht in de mogelijke risico’s. Zo kan sturing plaatsvinden.
WKO-bodemenergietool
De WKO-bodemenergietool geeft aan of een locatie te gebruiken is voor een open of gesloten bodemenergiesysteem (verticale systemen). Hij toont ook of er verboden, beperkingen of aandachtspunten zijn. De bodemopbouw van de Nederlandse ondergrond leent zich in de meeste gevallen voor het gebruik van bodemenergiesystemen. In bijvoorbeeld grondwaterbeschermingsgebieden zijn deze systemen niet toegestaan.
De WKO-tool is een website van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. RVO beheert en ontwikkelt deze tool.
De tool registreert geen gegevens, maar geeft data weer uit andere bronnen, zoals het Landelijk Grondwaterregister. De WKO-tool valt of staat met de inbreng van de gemeente en provincie.
Registratie in Landelijk grondwaterregister (LGR)
Er bestaat al een registratie van open bodemenergiesystemen in het Landelijk grondwaterregister (LGR). Registratie van de gegevens over open bodemenergiesystemen in het LGR is niet verplicht.
Voor gesloten systemen is er ook geen registratieplicht. Gemeenten kunnen de gesloten systemen wel via het LGR registeren. Dit blijft ook na de invoering van de Omgevingswet mogelijk. Bekijk meer informatie over het LGR en registratie bodemenergie.
Een groot deel van de gegevens in het LGR komt in de Basisregistratie Ondergrond (BRO). Het LGR wordt daarmee een 'leverancier' voor de BRO. Er komt een koppelvlak voor gegevenslevering van het LGR naar de BRO.
Registratie in Basisregistratie ondergrond (BRO)
Met de komst van de BRO moet bevoegd gezag wél verplicht registeren. Voor open bodemenergiesystemen ligt die plicht bij de provincie. Bij de gesloten bodemenergiesystemen ligt die registratieplicht bij de gemeente.
De Wet Bro en de Regeling Bro (de catalogus) bepalen welke gegevens het bevoegd gezag moet registeren.
Grondwatergebruikssysteem en grondwaterproductiedossier
Voor open en gesloten bodemenergiesystemen zijn de registratieobjecten grondwatergebruikssysteem en grondwaterproductiedossier relevant. Deze registratieobjecten moet het bevoegd gezag in de vorm van brondocumenten aan de BRO aanleveren. Het gaat daarbij om ontwerpgegevens en gegevens van geïnstalleerde systemen. In de catalogus in de Regeling Bro staat daar meer uitleg over.
Registratie van meetgegevens
De bevoegd gezagen moeten ook de periodieke meetgegevens registeren. Het registratieobject grondwaterproductiedossier (GPD) staat in artikel 2.4.3 van het Besluit Bro. Het bevat de productiecijfers van een grondwatergebruikssysteem uit de rapportage aan het bevoegd gezag, volgens de registratieplicht uit het Bal voor open en gesloten bodemenergiesystemen. Het grondwaterproductiedossier wordt steeds aangevuld met nieuwe gegevens. Dit dossier is verbonden aan een grondwatergebruikssysteem. Zo ligt vast op welk systeem de productie betrekking heeft.
TNO is de beheerder van de BRO.
Meer informatie
- Informatieblad Registratie en DSO (Samen de diepte in)
- Basisregistratie Ondergrond