Bibliotheek bodem
Zoeken in de index
Geochem Research BV, 9 december 2003. In dit rapport wordt het voorkomen en gedrag van de exoten (broom, jodium, barium, antimoon, vanadium, tin, kobalt, molybdeen en seleen) systematisch behandeld.
Het rapport gaat in op vragen als:
- Welke multipliers zijn er de laatste jaren feitelijk gerealiseerd, wat zijn de verklaringen daarvoor en wat zijn de toekomstverwachtingen?
- Welke mogelijkheden zijn er volgens provincies en gemeenten om de bijdragen van derden te vergroten?
- Welke aanbevelingen zijn mogelijk (gezien de antwoorden op 1 en 2) om tot een structureel hogere multiplier te komen.
Brief, intentieverklaring en downloads die te maken hebben met het onderwerp bodemsanering. Prioriteit ligt bij locaties waarbij sprake is van risico's op het gebied van gezondheid, ecologie en verspreiding van ernstige grondwaterverontreiniging.
Voortgangsrapportages aanpak voormalige gasfabrieksterreinen. De IPO werkgroep BO-08 faciliteerde de uitvoering van de regionale gasfabriekenprogramma’s. Het programma kende drie periodes: 2000-2004, 2005-2009 en 2010-2014. Van januari 2005 tot de opheffing van de werkgroep in juli 2010 was Bodem+ secretaris van de IPO werkgroep BO-08.
Een beoordeling van het huidige agrarische bodemgebruik in Nederland
TNO-NITG, december 2003. Doelstelling van het onderzoek is het verwerven van kennis over de aanwezigheid van stoffen die in regulier onderzoek van partijen (en/of bodem) niet worden onderzocht. De resultaten moeten leiden tot een eenduidige on onderbouwde definitie van het 'basispakket' en inzicht te geven in de uitloging in relatie tot de samenstelling van de te onderzoeken stoffen.
Handreiking voor het inschrijven bij het Kadaster van bodembesluiten waaruit publiekrechtelijke beperkingen voortvloeien.
Handleiding BOEG is geschreven in reactie op de vraag vanuit zowel de markt als de overheid om toepassingsmogelijkheden voor bodemenergie te vergroten, specifiek op verontreinigde locaties. Doelgroep voor handleiding BOEG zijn degenen die een afweging maken wat de potentie is van bodemenergie in een verontreinigd gebied (meestal de adviseurs van een projectontwikkelaar) en de overheden en beleidsontwikkelaars.
Tauw, KWR, UU
Vanuit project Ondergrond hebben we een inhoudelijke en financiële bijdrage geleverd aan het opzetten en uitvoeren van de lerende praktijkgemeenschap.
TCB advies over de evaluatie van het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (LMM) gaat in op verschillende opties voor een nitraatdieptemeetnet. Met dit meetnet kan uitvoering worden gegeven aan de motie Koopmans waarin de Tweede Kamer aan de regering vraagt om ‘modelmatig de afname van de nitraatconcentratie in het grondwater in beeld te brengen en naast de eerste meter ook in de tweede tot de vijfde meter te meten’.
Een fysiek en juridisch afwegingskader. Het afwegingskader geeft kennis over risico’s en kansen van het gebruik van de ondergrond, op basis van fysieke eigenschappen van de bodem en juridische instrumenten, met als doel om de ondergrond te reguleren en te koppelen met bovengrondse ruimtelijke ordening.
TCB advies over een ontheffing voor het niet-emissiearm aanwenden van mineralenconcentraat. Mineralenconcentraat is één van de producten van mestverwerking. Mest kan worden gescheiden in een dunne en een dikke fractie. Na omgekeerde osmose van de dunne fractie ontstaat mineralenconcentraat dat als kunstmestvervanger kan worden gebruikt.
TCB advies over een voorgenomen ontheffing van de verplichting tot emissiearm aanwenden van drijfmest voor de ‘Praktijkproef alternatief spoor’. De adviesvraag is gesteld door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, mede namens de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu. De ontheffing heeft betrekking op maximaal 2500 hectare landbouwgrond en beslaat maximaal twee jaar. Voor de praktijkproef zijn door de Vereniging Noardlike Fryske Walden (NFW) en de Vereniging tot Behoud van Boer en Milieu (VBBM) projectvoorstellen ingediend.
TCB brief met opmerkingen bij de concept handreiking inrichting diepe plassen.
TCB advies over gebiedsgerichte aanpak van grootschalige grondwaterverontreiniging.