Verbindingsmodel boven- en ondergrond
Er ligt een uitdaging om – waar het gaat om ruimtegebruik – boven- en ondergrond met elkaar te verbinden, op het gebied van inhoud en proces. Bijgaand schema geeft weer hoe u in een paar stappen helder kunt krijgen welke ruimtelijke uitdagingen er liggen en hoe de boven- en ondergrond daarin elkaar raken. Dit schema wordt het Verbindingsmodel Boven- en Ondergrond genoemd.
Het model is ontwikkeld door Geiske Bouma (SKB) en John de Ruiter (gemeente Rotterdam) en is mede ingebracht in het proces van STRONG. Bij een ruimtelijk vraagstuk of een visie kunt u het verbindingsmodel gebruiken om dit in kaart te brengen via de volgende stappen:
- Hoe zien de bestaande situatie (functies) er uit bovengronds (1) en ondergronds (2)?
- Wat wilt u hiervan consolideren en wat is er nodig om te regelen?
- Wat zijn nieuwe gewenste functies in bovengrond (3) en ondergrond (4)?
- Wat is er nodig (in zowel boven- als ondergrond) om die nieuwe gewenste functies te realiseren en in te passen (uiteraard in relatie tot de bestaande situatie)?
Mogelijk leidt dit tot het maken van verschillende scenario's die de uitwerking hiervan laten zien, inclusief de consequenties voor boven- en ondergrond.
Waarom een Verbindingsmodel Boven- en Ondergrond?
Op dit moment zien overheden en betrokkenen onder- en bovengrond vaak als afzonderlijk in te richten ruimten. Daarnaast worden bovengrondse functies over het algemeen beter op elkaar afgestemd dan ondergrondse functies. Dit staat efficiënt en duurzaam ruimtegebruik in de weg.
Efficiënt en duurzaam benutten van de beschikbare ruimte onder en boven het maaiveld vraagt om:
- op elkaar afstemmen en tegen elkaar afwegen van functies/vormen van ruimtegebruik in zowel boven- als ondergrond
- op elkaar afstemmen/tegen elkaar afwegen van bovengronds en ondergronds ruimtegebruik
- kennis opdoen en delen over de verschillende vormen van ruimtegebruik
Het Verbindingsmodel is een procesredeneerlijn die handvatten kan bieden om het afstemmen en afwegen te vergemakkelijken. Het model is toepasbaar in elk ruimtelijk proces. Van visievorming tot inpassing van een object in een bestaande situatie.
Het kan bijvoorbeeld een aanvulling zijn op inhoudelijke redeneerlijnen die meer vanuit functies ingericht zijn. De procesredeneerlijn zou daarmee een tool kunnen zijn om diverse inhoudelijke redeneerlijnen te verbinden en een koppeling te maken tussen bovengronds en ondergronds ruimtegebruik.
Hulpmiddel bij inventarisatie, afstemming en afweging
Het voorgestelde proces kan een hulpmiddel zijn bij het in beeld brengen van huidige functies en ruimtelijk gebruik van boven- en ondergrond en de relaties daartussen. Daarnaast biedt het de mogelijkheid om nieuwe functies beter in te passen en af te stemmen op bestaande functies. Zo is optimalisatie mogelijk van meerlaags ruimtegebruik (het stapelen van functies in boven- en ondergrond). Hierbij wordt conflicterend gebruik (interferentie/concurrentie) voorkomen en synergie bevorderd.
Flexibel
Het proces is flexibel genoeg om verschillende schaal- en abstractieniveaus aan te kunnen en er kunnen objecten, functies als wel systeemeigenschappen in worden meegenomen. Ook op het gebied van prioriteren is het model flexibel. Zo kunt u bij het gebruik prioriteiten en uitgangspunten (ambities) meenemen. Bijvoorbeeld de focus op duurzame energie, groen, enzovoorts. In de loop van de tijd zullen visies worden aangepast en maatschappelijke opgaven veranderen. Het verbindingsmodel blijft echter constant. Dit maakt opvangen van verschuivingen in opgaven eenvoudig.