Kwaliteitsklasse waterbodem bepaalt toepassingseis
Het Besluit bodemkwaliteit kent de volgende kwaliteitsklassen voor het toepassen van grond of baggerspecie in oppervlaktewater en voor de kwaliteit van de (liggende) waterbodem:
- niet verontreinigd (voor de waterbodem) / algemeen toepasbaar (voor toe te passen baggerspecie)
- licht verontreinigd
- matig verontreinigd
- sterk verontreinigd
De kwaliteitsklassen zijn begrensd door kwaliteitseisen in tabel 2 van bijlage B van de Regeling bodemkwaliteit 2022.

Degene die baggerspecie (of grond) toepast toont de kwaliteitsklasse van de ontvangende waterbodem aan met een milieuverklaring bodemkwaliteit Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup). Dit kan met een waterbodemkwaliteitskaart, mits de waterbodemkwaliteitskaart door de waterkwaliteitsbeheerder is vastgesteld en de toepassingslocatie op de kaart is ingedeeld. Als de waterkwaliteitsbeheerder geen waterbodemkwaliteitskaart heeft of de toepassingslocatie daarop niet is ingedeeld, kan de initiatiefnemer de kwaliteitsklasse bepalen met een waterbodemonderzoek volgens NEN 5720.
Voor het toepassen van grond of baggerspecie met de kwaliteitsklasse algemeen toepasbaar hoeft de kwaliteit van de ontvangende waterbodem niet te worden aangetoond.
Toepassen van baggerspecie in oppervlaktewater
Baggerspecie die voldoet aan de kwaliteitsklassen algemeen toepasbaar, licht verontreinigd of matig verontreinigd is toepasbaar op de waterbodem afhankelijk van de kwaliteitsklasse van de ontvangende waterbodem. Baggerspecie van de kwaliteitsklasse sterk verontreinigd is niet toepasbaar in oppervlaktewater, tenzij er sprake is van afwijkende kwaliteitseisen via maatwerk.
Toepassen van grond in oppervlaktewater
Bij het toepassen van grond in oppervlaktewater moet toetsing plaatsvinden aan de kwaliteitsklassen voor het toepassen op de waterbodem (algemeen toepasbaar, licht verontreinigd en matig verontreinigd). De grond is toepasbaar, afhankelijk van de kwaliteitsklasse van de ontvangende waterbodem.
Maar voor grond geldt daarnaast dat deze minimaal moet voldoen aan de kwaliteitsklasse industrie behorend bij toepassen op de landbodem. Dit volgt uit artikel 4.1272, tweede lid onderdeel b van het Bal. Dit is gedaan om te voorkomen dat grond die niet toepasbaar is op de landbodem (kwaliteitsklasse matig verontreinigd of sterk verontreinigd op de landbodem) toch in oppervlaktewater mag worden toegepast.
Maatwerk kwaliteitseisen
Artikel 4.1272 van het Bal stelt algemene kwaliteitseisen aan de grond of baggerspecie die in een functionele toepassing komen. Afwijken van die eisen is met een maatwerkregel Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) of een maatwerkvoorschrift Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) mogelijk. In artikel 4.1273 van het Bal staan de voorwaarden voor maatwerk. Soepelere eisen mogen alleen als de toe te passen grond of baggerspecie afkomstig is uit hetzelfde bodembeheergebied Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) als waar ze weer worden toegepast. Het waterschap moet het bodembeheergebied aanwijzen in de waterschapsverordening. Dit volgt uit een instructieregel uit het Bkl. Op deze manier zal de bodemkwaliteit binnen het beheergebied niet verslechteren. Dit wordt ook wel 'stand still' genoemd.
Een maatwerkregel of maatwerkvoorschrift kan de toepassing grond of baggerspecie met de kwaliteitsklasse sterk verontreinigd alleen toestaan als:
- toe te passen grond of baggerspecie uit een locatie of gebied komt met diffuse bodemverontreiniging
- grond of baggerspecie op een locatie komt waar de bodem al voor het toepassen diffuus sterk met de stof was verontreinigd
Andere kwaliteitseisen
Let op: voor de volgende drie toepassingssituaties op de waterbodem gelden andere kwaliteitseisen:
Meer informatie
Op de pagina Inhoudelijke regels toepassen van grond of baggerspecie vindt u meer informatie.