Overgangsrecht Informatie- en onderzoeksplicht
Per 1 december 2023 ging de 2e ronde informatie- en onderzoeksplicht energiebesparing van kracht. Dit was geregeld in artikel 2.15, lid 2 van het activiteitenbesluit. In de Omgevingswet is overgangsrecht geïntroduceerd zodat deze verplichting met de invoering van de Omgevingswet op 1 januari 2024 nog van kracht blijft.
Het overgangsrecht
In artikel 5.15d van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) en artikel 3.84b van het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) is het overgangsrecht voor de informatieplicht en onderzoeksplicht beschreven. Een inrichting die per 1 december 2023 een informatie- en/of onderzoeksplicht had vanuit het Activiteitenbesluit, behoud deze verplichting tot 1 december 2027.
In de praktijk betekent dit dat alle inrichtingen met een informatieplicht en onderzoeksplicht deze behouden vanuit het Activiteitenbesluit. Dit betekent dat er voor deze verplichtingen dus wordt gekeken naar de inrichting en de drijver van de inrichting. Voor de informatieplicht en de onderzoeksplicht is dus geen splitsing tussen het Bal en het Bbl. Dit geldt tot 1 december 2027, wanneer de volgende ronde informatieplicht is.
Informatieplicht in het Activiteitenbesluit
Per 1 december 2023 is de 2e ronde informatieplicht energieverduurzaming van kracht. Dit geldt ook voor bedrijven die in 2019 in de 1e ronde van de informatieplicht gemeld hebben. Voor de rapportage gebruikt de drijver van de inrichting het eLoket van RVO.nl.
Er zijn 2 uitzonderingen op de informatieplicht:
- Geheel zelfvoorzienende gebruikers. Geheel zelfvoorzienend betekent dat een bedrijfsvestiging geen enkele energie afneemt van een energienet zoals een elektriciteitsnet, gasnet of warmtenet en de eigen energie duurzaam produceert op de eigen locatie.
- Kleingebruikers: elektriciteit: minder dan 50.000 kWh en gas/warmte uitgedrukt in aardgasequivalenten: minder dan 25.000 m3
In de artikelen 2.16a tot en met 2.16d van de Activiteitenregeling staan eisen voor de rapportage (informatieplicht). Dit is een uitwerking van artikel 2.15, lid 2 van het Activiteitenbesluit. In de rapportage worden in ieder geval vermeld:
- het energiegebruik van de inrichting
- de technische en economische randvoorwaarden van de maatregelen uit de EML waar de inrichting niet aan voldoet
Als niet gekozen is voor de EML-systematiek, maar gebruik wordt gemaakt van bijvoorbeeld een energieverduurzamingsadvies, worden de maatregelen die daarin zijn genomen vermeld. Ondernemers vinden hier hoe ze hun maatregelen kunnen rapporteren: Informatieplicht voor bedrijven en instellingen (rvo.nl).
Onderzoeksplicht in Activiteitenbesluit
Onderzoeksplichtige inrichtingen met een energiegebruik dat in enig kalenderjaar groter is dan 10.000.000 kWh elektriciteit of 170.000 m3 aardgas(equivalenten) hebben voor het proces en de faciliteiten binnen de inrichting een onderzoeksplicht. Voor het gebouwdeel blijft de inrichting een informatieplicht uit lid 2 van artikel 2.15 van het Activiteitenbesluit houden.
Voor het onderzoek voert de drijver van de inrichting een onderzoek uit naar maatregelen met een terugverdientijd van 5 jaar of minder. Ook dat onderzoek wordt uiterlijk 1 december 2023 aan het bevoegd gezag verstrekt, zodat de rapportagecyclus gelijk is. Het onderzoek moet voldoen aan de criteria uit bijlage 10b van de Activiteitenregeling. Ook zijn formats beschikbaar op de website van RVO voor de onderzoeksrapportages.
Huurder – verhuurder en de informatieplicht
In een huurder-verhuurdersituatie ligt het voor de hand dat de huurder rapporteert over de maatregelen die zien op het proces en dat de verhuurder rapporteert over de maatregelen die zien op het gebouw. Dat zijn immers de partijen die vanuit de Omgevingswetsystematiek verplicht zijn om de verplichte maatregelen ter verduurzaming van het energiegebruik te nemen.
Wanneer er zeer beperkt sprake is van energiebesparingsmaatregelen die gericht zijn op het proces, is het ook goed voor te stellen dat de verhuurder/gebouweigenaar ook rapporteert over deze beperkte procesmaatregelen. Dit om de lasten voor de huurder voor de informatieplicht beperkt te houden.
In het geval van handhaving op de informatieplicht wordt altijd de drijver van de inrichting aangeschreven.
Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bal bevat regels van het Rijk over activiteiten in de fysieke leefomgeving.
Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl)
Het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bbl bevat regels over bouwwerken.