Publicatiereeks gevaarlijke stoffen (PGS) 15 – Organische peroxiden
Organische peroxiden zijn zeer reactieve stoffen die soms giftig kunnen zijn en die bij incidenten tot hete, brandbare dampen kunnen leiden. Daarom gelden er voorschriften voor de opslag ervan. Deze voorschriften staan in hoofdstuk 9 van de Publicatiereeks gevaarlijke stoffen (PGS) 15.
Let op: u bekijkt nu de handleiding PGS 15 versie 2021. De handleidingen PGS 15 versie 2016 en versie 2011 kunt u bekijken in het webarchief van Kenniscentrum InfoMil.
Voorwaarden voor opslag organische peroxiden
Organische peroxiden (ADR-klasse 5.2) moeten in principe worden opgeslagen volgens de PGS 8. In de praktijk komt het regelmatig voor dat naast de reguliere gevaarlijke stoffen en/of CMR-stoffen ook organische peroxiden worden opgeslagen. Hoofdstuk 9 gaat in op de voorwaarden waaronder een dergelijke opslag mogelijk is.
Gebruik van organische peroxiden
Organische peroxiden (ADR-klasse 5.2) worden onder andere bij polymerisatiereacties gebruikt. Dit zijn basisgrondstoffen voor kunststoffen en rubber. Voorbeelden van consumentenproducten zijn tweecomponentenlijm en pasta tegen houtrot. Organische peroxiden worden ook in de farmaceutische industrie toegepast. Een voorbeeld is benzoylperoxide dat als middel tegen acne wordt gebruikt.
Risico's bij opslag
Organische peroxiden zijn zeer reactieve en thermisch instabiele stoffen en zijn zeer gevoelig voor warmte van buitenaf. Een organisch peroxidemolecuul bevat een oxidator (zuurstof) en een brandstof (koolwaterstof). Als een ontstekingsbron aanwezig is, kan hierdoor eenvoudig een reactie plaatsvinden. Een brand kan vervolgens ontstaan en uitbreiden.
Organische peroxiden kunnen ontleden bij verhoogde temperaturen, maar vaak ook al bij omgevingstemperatuur. De ontledingsreactie kan optreden door warmte, contact met verontreinigingen, stoten of wrijving. Veelal moeten deze stoffen gekoeld opgeslagen worden.
Veel organische peroxiden kunnen giftig of corrosief zijn. Bij calamiteiten kunnen hete, brandbare dampen vrijkomen, die spontaan kunnen ontbranden. Bovendien kan de vrijgekomen dampwolk een 2e (gas/damp)explosie veroorzaken door spontane ontbranding of door contact met een externe ontstekingsbron.
Typen en voorschriften
Organische peroxiden zijn ingedeeld van type A (meest risicovol) tot type G (minst risicovol). Organische peroxiden van het type G worden niet als gevaarlijke stof aangemerkt. De voorschriften beperken zich voor deze stoffen tot bodembescherming. Bij de opslag van overige organische peroxiden (type A t/m F) zijn wel veiligheidsmaatregelen nodig. In de PGS 8 zijn voor de opslag van deze organische peroxiden daarom specifieke voorschriften opgesteld.
De opslag van thermostabiele organische peroxiden (type C t/m F) in kleine verpakkingseenheden (LQ) is minder risicovol. Het is mogelijk deze stoffen op te slaan onder het regime van hoofdstuk 9 van PGS 15.
De minimale randvoorwaarden, die alle drie moeten gelden, zijn:
- Er is alleen sprake van organische peroxiden die zijn verpakt als ‘limited quantities’ (LQ) (3.4 van het ADR).
- Er is alleen sprake van UN-nummer 3103 t/m 3110 (type C t/m F, thermostabiel).
- Als er maximaal 1.000 kg per opslagvoorziening aanwezig is bij meer dan 1.000 kg aan stoffen in klasse 5.2, geldt de PGS 8.
Voor de diverse typen organische peroxiden worden volgens het ADR de volgende limited quantities aangehouden.
Organische peroxide (geen temperatuurbeheersing noodzakelijk) | Vloeibare vorm LQ (ml) | Vaste vorm LQ (gram) |
---|---|---|
Type C | 25 | 100 |
Type D | 125 | 500 |
Type E | 125 | 500 |
Type F | 125 | 500 |
Zie tabel onder hoofdstuk 3.2 randnummer 3.2.1 Tabel A: Lijst van gevaarlijke goederen (pagina 434 van het ADR 2017).
Is er sprake van een dubbele verpakking, zoals bij een tweecomponentenlijm? Dan moet bij het vaststellen van de opslageisen worden uitgegaan van de hoeveelheid van de peroxide-component in de verpakking.