Webcollege voorschriftengebieden omgevingsveiligheid
Dit webcollege gaat onder meer over:
- wat het doel van voorschriftengebieden is en wat de overwegingen erbij zijn
- hoe een gemeente ze vast kan leggen
- waar de eisen aan de voorschriftengebieden te vinden zijn
- en welke gelijkwaardige voorzieningen mogelijk zijn
(Naast een logoanimatie verschijnt de beeldtekst: Aan de slag met de Omgevingswet. Voorschriftgebieden omgevingsveiligheid (film 2).)
EEN VROUW:
Bij het toelaten van een gebouw binnen een brand-, explosie- en gifwolkaandachtsgebied moet rekening gehouden worden met de kans op slachtoffers als gevolg van een incident met gevaarlijke stoffen.
(Het verhaal van de vrouw wordt ondersteund door een animatie.)
Binnen een aandachtsgebied voor brand en explosie ben je als gemeente verplicht om een besluit te nemen over het al dan niet aanwijzen van zogenaamde voorschriftengebieden. In een voorschriftengebied gelden aanvullende bouweisen voor nieuwbouw en voor vervangende nieuwbouw van beperkt kwetsbare, kwetsbare en zeer kwetsbare gebouwen. De mate waarin het verplichten van aanvullende bouweisen zinvol is, hangt samen met de mate van bescherming die al wordt geboden: bijvoorbeeld door het houden van afstand, risicocommunicatie, het beperken van de personendichtheid, de aanwezige vlucht- en schuilmogelijkheden en de aanwezige omgevingsmaatregelen. Een voorschriftengebied kan een deel van of het gehele aandachtsgebied zijn. Als gemeente wijs je in het omgevingsplan de voorschriftengebieden aan en geef je aan waar ze liggen. Aanvullende bouweisen hebben tot doel de mensen in een gebouw te beschermen tegen de effecten van een van buiten komende brand of explosie. Je vraagt je misschien af wat deze gebouwen, die extra bescherming kunnen krijgen, zijn. Er zijn zeer kwetsbare, kwetsbare en beperkt kwetsbare gebouwen. Een zeer kwetsbaar gebouw is een gebouw bestemd voor grote groepen mensen die zichzelf niet op tijd in veiligheid kunnen brengen. Bijvoorbeeld kinderdagverblijven, basisscholen, ziekenhuizen en verpleeghuizen. Kwetsbare gebouwen zijn gebouwen waar overnacht wordt, zoals woningen of een groot hotel. Maar ook gebouwen waar veel personen een groot deel van de dag aanwezig zijn, zoals een groot kantoor of restaurant. Overige gebouwen, zoals bijvoorbeeld bedrijfspanden of een sporthal zijn beperkt kwetsbaar. Deze systematiek is hetzelfde als in het voormalige Besluit externe veiligheid inrichtingen. Aanvullende bouwvoorschriften gelden alleen voor nieuwbouw. Onder nieuwbouw verstaan we daadwerkelijke nieuwbouw van bijvoorbeeld een woning. Verder is er ook sprake van nieuwbouw als het vorige bouwwerk is gesloopt met uitzondering van de gehele of gedeeltelijke fundering. Ook een nieuwe vleugel aan een ziekenhuis is bijvoorbeeld nieuwbouw. Het wijzigen van een functie van een gebouw waarbij alleen een interne verbouwing plaatsvindt, wordt niet gezien als nieuwbouw. Voor een locatie met een zeer kwetsbaar gebouw of voor locaties waar een zeer kwetsbaar gebouw is toegelaten, is het aanwijzen van een voorschriftengebied verplicht. Voor een locatie met een kwetsbaar of een beperkt kwetsbaar gebouw moet de gemeente een besluit nemen of er wel of geen voorschriftengebied geldt. Dit kun je overwegen als het gebouw dicht bij een risicobron staat. Kortom je maakt een afweging of voor nieuwbouw wel of geen aanvullende bouwvoorschriften gelden. Als gemeente heb je hierin keuzevrijheid. De gemeente legt een voorschriftengebied vast in het omgevingsplan. Aanvullende bouwvoorschriften zijn bedoeld om de gebruikers van gebouwen extra bescherming te bieden tegen de gevolgen van een brand of explosie bij een incident met een risicovolle activiteit. Een voorbeeld: een nieuw gebouw in een explosievoorschriftengebied moet worden voorzien van beglazing die bij een explosie letsel door scherfwerking voorkomt. In een brandvoorschriftengebied worden maatregelen getroffen om de brandwerendheid van het gebouw te vergroten. In het Besluit bouwwerken leefomgeving zijn de eisen hiervoor opgenomen en in de maatregelencatalogus van het RIVM worden voorbeelden gegeven.
(Beeldtekst: omgevingsveiligheid.rivm.nl.)
Je moet altijd de bouwvoorschriften uit het Bbl toepassen, tenzij je op basis van gelijkwaardigheid hetzelfde beschermingsniveau kunt bieden. Gelijkwaardigheid betekent dat met de andere maatregel ten minste hetzelfde resultaat moet worden bereikt als met de voorgeschreven maatregel. Toepassen van gelijkwaardigheid kan ook bij locaties binnen een aandachtsgebied waar een zeer kwetsbaar gebouw is toegelaten. Dit biedt ruimte voor het toepassen van innovatieve oplossingen. Het hoeft bij alternatieve oplossingen voor bouwmaatregelen niet noodzakelijkerwijs te gaan om voorzieningen aan het gebouw zelf. Gelijkwaardige maatregelen kunnen ook betrekking hebben op het gebied tussen de risicobron en de kwetsbare omgeving of om andersoortige beschermende maatregelen dan bouwkundige maatregelen. Een dergelijke gelijkwaardige maatregel kan dus zowel een bronmaatregel, een omgevingsmaatregel als een bouwmaatregel zijn. Een voorbeeld van een andere dan een bouwkundige maatregel is het toepassen van venstertijden voor de bevoorrading van een activiteit met gevaarlijke stoffen. Door bijvoorbeeld een tankstation 's avonds met brandstoffen te bevoorraden, lopen de gebruikers van een nabijgelegen kinderdagverblijf, dat overdag wordt gebruikt, geen gevaar. Een ander voorbeeld van een gelijkwaardige maatregel is het vervangen van een technische bouweis uit het Bbl door een omgevingsmaatregel. Zo kan een aarden wal of een opvanggeul voor uitstromende brandbare vloeistoffen soms gelijkwaardig of beter beschermen dan een brandwerende gevel. Het bevoegd gezag beoordeelt of er sprake is van gelijkwaardigheid en onder welke voorwaarden zij deze maatregel goedkeurt. De initiatiefnemer moet de gelijkwaardigheid aantonen. Daarbij kan gebruik gemaakt worden van het handboek van het RIVM en deskundig advies. De specialist die voor dit advies nodig is, hangt af van het type maatregel.
(Beeldtekst: Handboek Omgevingsveiligheid RIVM. Omgevingsveiligheid.rivm.nl.)
Je vraagt je misschien af hoe je ruimtelijke maatregelen in het kader van gelijkwaardigheid kunt borgen. Een voorbeeld: een flatgebouw wordt aangemerkt als gelijkwaardige maatregel voor bescherming tegen het gevaar van een brand van daarachter gelegen woningen. Indien het flatgebouw later wordt afgebroken, moet een nieuwe gelijkwaardige oplossing worden getroffen. Het is in dat geval van belang te borgen dat de getroffen alternatieve maatregel in stand wordt gehouden en dat duidelijk is wie daarvoor verantwoordelijk is. In het omgevingsplan kunnen specifieke regels worden opgenomen die de instandhouding van de alternatieve beschermende voorziening op een bepaalde locatie waarborgen.
(Beeldtekst: Het bevoegd gezag is verplicht om het voorschriftengebied voor zeer kwetsbare gebouwen aan te wijzen in het omgevingsplan.)
Als de Omgevingswet in werking treedt en een gemeente neemt geen besluit over voorschriftengebieden, dan gelden voor die locaties geen aanvullende bouwkundige eisen. Dit is mogelijk een ongewenste situatie. Het advies is dan ook om zo snel mogelijk een besluit te nemen over waar wel en geen voorschriftengebied van toepassing is en dit vast te leggen in het omgevingsplan.
(Beeldtekst: Zie film Aandachtsgebieden omgevingsveiligheid (film 1), film Omgevingsveiligheid en vergunningverlening (film 3) en omgevingsveiligheid.rivm.nl.)
(Naast een logoanimatie verschijnt de beeldtekst: Aan de slag met de Omgevingswet. Voorschriftgebieden omgevingsveiligheid (film 2).
www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl.
Het programma Aan de slag met de Omgevingswet is een initiatief van de VNG, het IPO, de UvW en het Rijk.)