Aanwijzing geluidgevoelig gebouwen in het Bkl
De instructieregels uit het Besluit kwaliteit leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bkl) wijzen gebouwen en geluidgevoelige ruimten aan (Bijlage 1 Bkl). Dit is ter bescherming van mensen tegen omgevingsgeluid. Overheden passen deze instructieregels voor geluidgevoelige gebouwen toe bij het uitvoeren van hun wettelijke taken. Daaronder vallen bijvoorbeeld een omgevingsplan opstellen, een projectbesluit nemen of lokale wegen monitoren.
Het gaat hierbij om aanwezige, in aanbouw zijnde en nog te bouwen gebouwen (artikel 3.21, lid 3 Bkl).
Bijeenkomstfunctie
Gebouwen met een bijeenkomstfunctie voor kinderopvang met bedden (het Bkl spreekt over bedgebied Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup)) zijn geluidgevoelige gebouwen (artikel 3.21, lid 3 Bkl). Onder de bijeenkomstfunctie voor kinderopvang met bedgebied vallen:
- dagopvang voor kinderen tot 4 jaar met bedgebied
- buitenschoolse opvang met bedgebied
- 24-uursopvang met gebied
Het gaat om een functie met ruimtes (slaapkamers) waarin kinderen kunnen slapen. Ook moet de kinderopvang een bedrijfsmatige omvang hebben. De oppas aan huis of de gastouder als bedoeld in de Wet kinderopvang vallen hierbuiten. Een voorziening waar kinderen wonen (weeshuis) is geen bijeenkomstfunctie voor kinderopvang, maar een gebouw met woonfunctie.
Tip: neem de begripsbepalingen van geluidgevoelig gebouw en geluidgevoelige ruimte op in het omgevingsplan.
Nevengebruiksfuncties
Onder een geluidgevoelig gebouw vallen ook delen van een gebouw met een nevengebruiksfunctie van de bijeenkomstfunctie voor kinderopvang met bedgebied (artikel 3.21, lid 1, onder d Bkl). Een voorbeeld hiervan is een kantoor (ruimte met kantoorfunctie) dat deel uitmaakt van de kinderopvang.
Geluidsgevoelige ruimten
Een geluidgevoelige ruimte is een verblijfsruimte of verblijfsgebied van een gebouw met een bijeenkomstfunctie voor kinderopvang met bedgebied (artikel 3.21, lid 1, onder d Bkl). Gangen (met een vakterm 'verkeersruimten' genoemd), een toiletruimte, een badruimte en technische ruimten horen wel tot de bijeenkomstfunctie voor kinderopvang, maar zijn geen geluidgevoelige ruimten.
Verblijfsgebieden van nevengebruiksfuncties behorende bij een bijeenkomstfunctie voor kinderopvang met bedgebied zijn ook niet aangewezen als geluidgevoelige ruimten. Bijvoorbeeld een kantoor (ruimte met kantoorfunctie) van een kinderdagverblijf is daarom geen geluidgevoelige ruimte.
Gebouw geheel of gedeeltelijk geluidsgevoelig
Het hele gebouw voor kinderopvang (dat wil zeggen de hele buitenzijde, zowel het dak als alle gevels) is in beginsel beschermd. De Omgevingswet sluit hiermee zoveel mogelijk aan bij de situatie onder het Activiteitenbesluit milieubeheer, dat een gebouw in zijn geheel beschermt.
Laat het omgevingsplan voor een gedeelte van een gebouw geen geluidgevoelige ruimtes toe? Dan is dat deel van het gebouw geen geluidgevoelig gebouw (artikel 3.21, lid 2 Bkl). De instructieregels van het Bkl voor geluid gelden dan niet voor dat deel van het gebouw.
Tip: het vastleggen van een deel van een gebouw als niet geluidgevoelig beperkt de flexibiliteit.
Uitzonderingen
Er is een aantal situaties waarbij een (gedeelte van een) gebouw met een bijeenkomstfunctie voor kinderopvang met bedgebied geen bescherming heeft tegen geluid door activiteiten:
- Het omgevingsplan bepaalt dat de waarden voor geluid door een activiteit niet gelden voor een geluidgevoelige gebouw dat een functionele binding heeft met die activiteit (artikel 5.61 Bkl).
- Geluidgevoelige gebouwen op een industrieterrein met een geluidproductieplafond (artikel 5.55, lid 2, onder a Bkl).
Tip: de gemeente kan een geluidgevoelig gebouw toestaan op een industrieterrein met geluidproductieplafonds (gpp's).
Bruidsschat
Voor geluidregels in het tijdelijk deel van het omgevingsplan (de bruidsschat) gelden iets andere regels voor geprojecteerde geluidgevoelige gebouwen. Ook gelden iets andere regels voor tijdelijke gebouwen (niet meer dan 10 jaar). Voor meer informatie zie de pagina Geluidsgevoelige gebouwen en bruidsschat.
Toelaten
Bij toelaten van gebouwen met een bijeenkomstfunctie voor kinderopvang met bedden of geluidbronnen in de buurt daarvan gelden de waarden, eisen en mogelijkheden uit de instructieregels. Op de volgende situaties zijn instructieregels van toepassing: