Installatie veehouderij en mer-beoordeling
Het begrip installatie voor de mer(-beoordeling) is gelijk aan het begrip installatie in de IPPC-installatie in artikel 3.201 en de 'andere milieubelastende installatie' in artikel 3.202 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal). Voor elke oprichting, wijziging of uitbreiding van de installatie voor de veehouderij waarvoor een omgevingsvergunning voor een milieubelastende activiteit nodig is, is ook een mer-beoordeling nodig. Soms geldt direct een mer-plicht.
Het begrip installatie
Het begrip 'andere milieubelastende installatie Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup)' is onder A in de bijlage bij de Omgevingswet gedefinieerd. Hieruit volgt dat niet alleen de stal, maar ook andere activiteiten onder het begrip installatie kunnen vallen. Zie de pagina Dit verstaat het Bal onder een installatie.
De mer-(beoordelings)plicht voor installaties voor intensieve veehouderij staat in bijlage V van het Omgevingsbesluit. Een mer(-beoordeling) is nodig bij een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor de milieubelastende activiteit voor het oprichten, wijzigen of uitbreiden van een installatie (project A1). De reden voor de vergunningplicht van de 'andere milieubelastende installatie' is de implementatie van de mer-richtlijn.
Nota van toelichting Omgevingsbesluit
In de nota van toelichting bij het Omgevingsbesluit is het volgende vermeld: 'Een 'installatie' bestaat volgens jurisprudentie in dit geval uit een 'stal'.'
Uit een nadere beschouwing van deze jurisprudentie blijkt dat de jurisprudentie niet ingaat op de vraag welke activiteiten onder de installatie vallen. De jurisprudentie gaat over het beoordelen of de drempelwaarde voor de directe mer-plicht wordt overschreden. In de uitspraken kwam aan de orde voor hoeveel dieren er sprake was van oprichting van een nieuwe stal, maar niet welke activiteiten nog meer onder het begrip installatie vallen. Kortom, de zin 'Een 'installatie' bestaat volgens jurisprudentie in dit geval uit een 'stal'' is een onjuiste uitleg van de jurisprudentie.
Let op: de jurisprudentie van voor 1-1-2024 gaat over het beoordelen van wijzigingen met als doel of daarmee de drempels voor de mer-beoordelingsplicht en de mer-plicht worden overschreden. De jurisprudentie gaat niet over welke activiteiten onderdeel zijn van de installatie, of voor welke wijzigingen een mer-beoordeling nodig is.
De juiste implementatie van de mer-richtlijn betekent dat de installatie voor de mer(-beoordeling) dezelfde activiteiten omvat als de vergunningplichtige installatie voor de veehouderij. Ook andere activiteiten dan de stal zijn vergunningplichtig en daarmee ook onderdeel van de mer(-beoordelings)plichtige installatie. Dat betekent dat oprichting, wijziging of uitbreiding van een dergelijke activiteit kan leiden tot een mer(-beoordeling). Dit past ook bij het doel van de mer(-beoordeling). Die andere activiteiten kunnen immers ook gevolgen hebben voor de emissies en verontreiniging – anders zouden ze geen onderdeel zijn van de installatie. De conclusie is dat onder het oude recht een te soepele invulling is gegeven aan de mer-richtlijn. Er is met deze uitleg (dus) geen sprake van een verbreding van de mer(-beoordelings)plicht.
Wijzigingen van de installatie
De mer(-beoordeling) is gekoppeld aan de omgevingsvergunning voor de milieubelastende activiteit. Dit staat in kolom 4 van bijlage V, project A1 van het Omgevingsbesluit. Dit betekent dat als er geen omgevingsvergunning nodig is er ook geen mer(-beoordeling) nodig is.
Op basis van de zin 'Een 'installatie' bestaat volgens jurisprudentie in dit geval uit een 'stal' in de nota van toelichting bij het Omgevingsbesluit was de aanname dat niet voor alle wijzigingen van de installatie een mer(-beoordeling) nodig zou zijn, maar alleen als dit de stal betrof. Ook hier geldt dat de jurisprudentie niet ingaat op de vraag voor welke andere wijzigingen een mer(-beoordeling) nodig is. En of bijvoorbeeld een mestopslag of mestvergisting onderdeel is van de installatie. De conclusie is dat voor elke wijziging van de omgevingsvergunning voor een milieubelastende activiteit ook een mer(-beoordeling) nodig is.
Uitbreiding veehouderij met (mono)vergisting
Als monovergisting onderdeel is van de vergunningplichtige installatie voor de veehouderij is hiervoor een mer(-beoordeling) nodig (project A1). De activiteit monovergisting moet dan worden beoordeeld in samenhang met de veehouderij. Deze activiteit kan namelijk gevolgen hebben voor de emissies en verontreiniging van de veehouderij (anders zou het geen onderdeel zijn van de installatie).
De mer(-beoordeling) bij een uitbreiding met een vergister kan ook volgen uit andere projecten uit bijlage V van het Omgevingsbesluit. Het kan bijvoorbeeld gaan om het verwijderen van afvalstoffen (project L2 Installaties voor de verwijdering van niet-gevaarlijke afvalstoffen) of covergisten met nabewerking (project F3 Geïntegreerde chemische installaties). Zie voor meer informatie hierover de pagina Mestbehandeling en milieueffectrapportage (mer).
Stappenplan
Om te beoordelen of voor het wijzigen of uitbreiden van een veehouderij een mer(-beoordeling) nodig is, zijn er de volgende stappen:
- Is de activiteit onderdeel van de kernactiviteit of functioneel ondersteunend?
- Zo ja, is de activiteit onderdeel van de installatie?
- Zo ja, is voor de wijziging of uitbreiding een wijziging van de omgevingsvergunning voor een milieubelastende activiteit nodig?
- Als ja, dan is voor de wijziging of uitbreiding ook een mer-beoordeling nodig.
Het kan zijn dat het gaat om een relatief eenvoudige wijziging. Die mer-beoordeling kan dan ook eenvoudig zijn. De aanvraag zal voor dit soort eenvoudige wijzigingen mogelijk al voldoende informatie bevatten om te kunnen voldoen aan de inhoudsvereisten voor een mededeling. De inhoudsvereisten staan in artikel 11.10 van het Omgevingsbesluit en de mededeling is vormvrij.
Ook zal niet voor alle wijzigingen een omgevingsvergunning voor een milieubelastende activiteit nodig zijn. Dit hangt af van wat is vergund en de ruimte die de vergunning biedt. Als er geen wijziging van de vergunning nodig is, is er sowieso geen mer-beoordeling nodig.
Andere milieubelastende installatie
'Vaste technische eenheid waarin een milieubelastende activiteit, anders dan een activiteit als bedoeld in bijlage I bij de Richtlijn industriële emissies, wordt verricht en ook andere activiteiten die worden verricht op dezelfde locatie die met die activiteit rechtstreeks samenhangen, in technisch verband staan en gevolgen kunnen hebben voor de emissies en verontreiniging'. (onder A in de bijlage bij de Omgevingswet).