Ga naar de inhoud
Direct naar
  • Contact
  • Stel uw vraag
Informatiepunt Leefomgeving (naar homepage)
Zoeken in deze site
  1. Home ›
  2. Thema's ›
  3. Praktijksituaties - Toepassing regels in de praktijk ›
  4. Veehouderijen ›
  5. Stalsystemen en aanvullende technieken ›
  6. Luchtwassers ›
  7. Opbouw luchtwassysteem ›
  8. Drukkamer
  • Home
  • Actueel
  • Regelgeving
  • Thema's
  • Digitaal stelsel
  • Contact
  • Contact
  • Stel uw vraag

Drukkamer van het luchtwassysteem

Voor een goede werking van een luchtwasser is het belangrijk dat de lucht uit de stal gelijkmatig wordt verdeeld over het filterpakket. Dit gebeurt in de drukkamer. De drukkamer is meestal de ruimte tussen de stal en de luchtwasser. Soms is de drukkamer onderdeel van de luchtwasser.

Gelijkmatige verdeling stallucht

De lucht uit de stal moet voldoende tijd krijgen om zich te verdelen over het filterpakket bij maximale ventilatie. Als de afstand tussen ventilatoren en filterpakket kort is en de lucht heeft een hoge snelheid, zal een kleiner deel van het filterpakket hoger worden belast. Hierdoor neemt de verblijftijd in dit deel af en zal er minder ammoniak omgezet worden. Het rendement van de luchtwasser daalt.

Om een gelijkmatige verdeling te krijgen, geldt er een minimale afstand van 3 meter tussen de ventilatoren en de luchtwasser en een afstand van 1 meter als de ventilatoren achter de luchtwasser zitten. Dit staat in artikel 4.826 Besluit activiteiten leefomgeving.

Deze afstand van 3 meter is gebaseerd op het type dwarsstroom luchtwasser met een luchttoevoerkanaal van dezelfde afmetingen als het filterpakket. Er zijn allerlei situaties die anders zijn en waarbij de afstand van 3 meter niet past. Het is dan mogelijk om met maatwerk van deze afstand af te wijken.

  • Ventilatoren voor de luchtwasser (dwarsstroom)
  • Ventilatoren voor de luchtwasser (tegenstroom)
  • Ventilatoren achter het luchtwasser

Turbulentie

In de luchtstroom tussen centraal afzuigkanaal en het filterpakket kan turbulentie ontstaan. Dit kan door hoogteverschillen, scherpe hoeken of wanneer de lucht onder een hoek tegen het filterpakket stroomt. Ook bij een te korte afstand kan turbulentie ontstaan omdat de lucht niet tot rust komt. Turbulentie vergroot de weerstand in het ventilatiesysteem. Een hogere weerstand geeft een hoger energieverbruik.

Ventilatoren voor de luchtwasser

Bij een luchtwasser van het type dwarsstroom gaat de ventilatielucht horizontaal door een filterpakket en stroomt het waswater van boven naar beneden door het filterpakket. De luchtstroom is vanuit de ventilator(en) direct op het filterpakket gericht.

De afstand tussen de ventilatoren en de luchtwasser mag niet te kort zijn. Hoe groot deze afstand moet zijn is mede afhankelijk van het verschil in afmetingen (oppervlak) van de wand met de ventilatoren tussen het centraal afzuigkanaal en het filterpakket. Ook de plaatsing van de luchtwasser ten opzichte van het centraal afzuigkanaal is van belang.

Voor de afstand van 3 meter is het uitgangspunt dat er geen verschil is in afmetingen tussen de ventilatorwand en het aanstroomoppervlak van het filterpakket. Dus als de afmetingen van het doorstroomoppervlak van de drukkamer direct achter de ventilatoren minimaal gelijk is aan de afmetingen van het aanstroomoppervlak van het filterpakket. Zie de afbeelding hieronder.

Luchtwasser van het type dwarsstroom met van links naar rechts: filterpakket, drukkamer, ventilatorwand en centraal afzuigkanaal.
Afbeelding 1: luchtwasser van het type dwarsstroom

Langere afstand bij verschillende afmetingen

Er kan een verschil in afmetingen zijn tussen het doorstroomoppervlak van de drukkamer en het aanstroomoppervlak van het filterpakket. Zie de afbeelding hieronder. Er is dan een langere afstand nodig. Dit is nodig om te zorgen voor een geleidelijke aanpassing van de vorm van de luchtdoorstroomruimte om extra weerstand zoveel mogelijk te voorkomen.

Luchtwasser met verschil in afmetingen tussen het doorstroomoppervlak van de drukkamer en het aanstroomoppervlak van het filterpakket.
Afbeelding 2: luchtwasser met verschil in afmetingen

Ook wanneer de luchtstroom een hoogteverschil moet overbruggen of een extra bocht moet maken, is een grotere afstand nodig. Wanneer de luchtwasser ook nog op een andere hoogte staat, is ook nog extra ruimte nodig om de lucht goed verdeeld bij de filterwand te krijgen.

Langere afstand bij plaatsing aan zijkant of zonder centraal afzuigkanaal

Wordt de luchtwasser aan de zijkant van een centraal afzuigkanaal geplaatst? Dan is het belangrijk dat de afstand tussen de ventilatorwand en de luchtwasser voldoende groot is om een goede verdeling te krijgen over de filterwand en de ventilatielucht tot rust te laten komen. Een langere afstand dan 3 meter kan nodig zijn. Dit geldt ook als de luchtwasser rechtstreeks aan de stal is gekoppeld, zonder centraal afzuigkanaal.

Kortere afstand bij voldoende tegendruk

Het doel van de afstand van minimaal 3 meter is een optimale verdeling van de lucht over het gehele aanstroomoppervlak van het filterpakket. Dit doel kan ook op een andere manier worden gegarandeerd. Als er voldoende tegendruk is, zijn er geen drukverschillen in de drukkamer en zal de lucht zich gelijkmatig verdelen over het aanstroomoppervlak. Dit werkt ook bij een lengte van de drukkamer van minder dan 3 meter.

Van de afstand van 3 meter kan worden afgeweken wanneer de drukval gemiddeld over het jaar minimaal 30 Pascal is. Deze drukval moet dan worden vastgelegd met maatwerk. Controle hiervan gebeurt met de gegevens van het elektronisch monitoringssysteem.

Kortere afstand bij centraal afzuigkanaal als drukkamer

Het komt in de praktijk ook voor dat het centraal afzuigkanaal feitelijk een groot overdrukkanaal is. De lucht uit elke afdeling van het dierenverblijf wordt door een ventilator aangezogen en direct in het kanaal geblazen. Dit kanaal heeft een grote inhoud en het gehele kanaal is de drukkamer.

Het verschil met de situatie met een ventilatorwand en drukkamer is dat de ventilatoren niet bij elkaar zijn geplaatst. De ventilatoren liggen verspreid en blazen op veel verschillende plaatsen de lucht in het kanaal met een grote inhoud. Hierdoor krijgt de lucht alle tijd om zich optimaal te verdelen over het gehele aanstroomoppervlak van het filterpakket. In deze situatie zullen ook enkele ventilatoren dicht bij het filterpakket zitten.

Wanneer de afstand minder is dan 3 meter heeft dit geen negatieve invloed. Ook dan blijft sprake van een optimale verdeling van de lucht over het gehele aanstroomoppervlak van het filterpakket. Een afstand van minimaal 3 meter is niet nodig. Hiervoor is dan maatwerk nodig.

Ventilatoren voor de luchtwasser

Bij een luchtwasser van het type tegenstroom wordt de ventilatielucht meestal vanuit de onderzijde door het filterpakket naar boven gedrukt. De ventilatoren zitten dan op een andere plaats ten opzichte van het aanstroomoppervlak van het filterpakket dan bij een dwarsstroomluchtwasser. Hierbij wordt de ventilatielucht niet direct op het aanstroomoppervlak uitgeblazen. Bij een luchtwasser van het type tegenstroom kan extra ruimte nodig zijn omdat de luchtstroom een extra bocht moet maken om bij het aanstroomoppervlak van het filterpakket te komen.

Luchtwasser met van links naar rechts: centraal afzuigkanaal, de lucht gaat naar beneden via een ventilatorwand, dan een bocht om (drukkamer) en dan via een filterpakket.
Afbeelding 3: luchtwasser van het type tegenstroom

Voor een gelijkmatige verdeling van de lucht over het filterpakket is het belangrijk dat de luchtdruk op het aanstroomoppervlak gering is ten opzichte van de luchtweerstand in het filterpakket. De luchtweerstand bepaalt namelijk mede hoe de egale verdeling zal zijn. Om dit te bereiken is het belangrijk dat de ventilatielucht uit een ventilator zich zo snel mogelijk verdeelt over een groter oppervlak dan die van de ventilator zelf.

Dit kan door een ventilator te voorzien van zowel in- als uitstroomringen op de randen van de ventilator. Deze ringen zorgen voor een geleiding van de lucht zodat deze ook zo makkelijk mogelijk vanuit een turbulente draaiende beweging wordt omgezet naar een meer egale voortbeweging over een veel groter oppervlak en daardoor lagere luchtsnelheid.

Vuistregel afstand

Een vuistregel is dat voor een goede verdeling de afstand 2,5 keer de diameter van een ventilator is. De diameter van veel gebruikte hoge drukventilatoren bij luchtwassers is 80 cm. Dit betekent dat op een afstand van 2,5 x 0,8 meter = 2 meter de ventilatielucht al gelijkmatig is verdeeld bij vrije uitstroming na de ventilator. Om deze vrije uitstroming mogelijk te maken, is het gewenst dat er voldoende ruimte is voor het filterpakket om de luchtstroom af te laten remmen. Het advies is om hiervoor uit te gaan van een luchtruimte voor het aanstroomoppervlak die overeenkomt met dezelfde inhoud als die van het totale filterpakket. Dit is de vrije ruimte gerekend vanaf de onderzijde van het filterpakket tot het waswaterniveau in de wateropvangbak onder het filterpakket. De ventilatielucht wordt daarbij horizontaal onder het filterpakket geblazen.

In de situatie dat de ventilatoren de lucht horizontaal uitblazen, is het advies om uit te gaan dat de ventilatoren circa 15 graden omlaag gericht zijn richting het waswateroppervlak. De lucht zal dan eerst naar de achterzijde van de luchtwasser stromen en dan omhoog buigen richting de onderzijde van het filterpakket. Hierdoor ontstaat automatisch afremming van de luchtsnelheid in de drukkamer en zal de ventilatielucht gelijkmatiger worden aangevoerd naar de onderzijde van het aanstroomoppervlak van het filterpakket.

Ventilatoren achter het luchtwassysteem

Als de ventilatoren achter het filterpakket zitten, dan gaat de lucht eerst door het filterpakket en komt daarna bij de ventilatoren. De ventilatoren trekken de lucht door de luchtwasser. De ruimte tussen de luchtwasser en ventilatoren is de onderdrukkamer.

Ook als de ventilatoren achter de luchtwasser staan is het belangrijk dat de ruimte tussen het laatste onderdeel van de luchtwasser en de ventilatoren (onderdrukkamer) voldoende groot is. Bij de toepassing van ventilatoren achter de luchtwasser is de uitstroomopening kleiner dan bij een vrije uitstroom. In dat geval moet de lucht de tijd krijgen om samen te komen in het kleinere oppervlak. Bedoeling is dat het filterpakket volledig wordt benut en de lucht pas daarna samenstroomt. Daarom is er een eis van minimaal 1 meter afstand tussen het filterpakket en de ventilatoren.

Wanneer tussen de ventilatorwand en het filterpakket in de luchtwasser een druppelvanger aanwezig is, gaat het om de afstand vanaf de druppelvanger.

Als de ventilatoren niet evenredig zijn verdeeld over de lengte van het filterpakket, moet de afstand groter zijn. Anders wordt het filterpakket niet volledig benut. Dit is nodig als de ventilatoren bij elkaar zijn geplaatst in het midden of aan een uiteinde van het filterpakket. Bij een grotere afstand krijgt de lucht meer ruimte om geleidelijk samen te stromen naar de ventilatoren.



delen

  • Delen op LinkedIn

pdf maken

  • pdf maken

Vraag het onze experts!

Heeft u beroepsmatig te maken met regelgeving over de leefomgeving, de Omgevingswet of het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO)? Hierover kunt u vragen stellen aan onze helpdesk. Wilt u als inwoner meer weten over deze onderwerpen? Neem dan contact op met uw gemeente.

Stel uw vraag

IPLO geeft informatie en beantwoordt vragen

Het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO) is het kenniscentrum van de overheid dat uitleg geeft over de Omgevingswet, het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) en de regelgeving voor de leefomgeving. Onze experts geven via de IPLO-website en de helpdesk antwoord op vragen. Meer informatie vindt u op onze pagina Over IPLO.

Service

  • Over IPLO
  • Abonneren
  • Contact
  • Archief
  • IPLO op LinkedIn

Over deze site

  • Verantwoording
  • Toegankelijkheid
  • Privacyverklaring
  • Cookies
  • Kwetsbaarheid melden
Rijksoverheid
UvW - Unie van Waterschappen
VNG - Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Interprovinciaal overleg - IPO