Op deze pagina
Wat u moet weten over deze lozingsvoorschriften:
Hoe ontstaat het afvalwater bij deze activiteit
Bij deze activiteiten ontstaat in principe geen afvalwaterstroom. Vrijkomende vloeistoffen, zoals koelvloeistof of afgewerkte olie, worden opgevangen en afgevoerd als gevaarlijk afval.
Wanneer de regels van toepassing zijn
In hoofdstuk 3 en 4 van het Bal staat of de regels van toepassing zijn. De regels gelden als:
Beste beschikbare technieken (BBT)
Het is het best om niet te lozen. De werkzaamheden vinden plaats boven een aaneengesloten bodemvoorziening. Dit betekent dat morsingen direct moeten worden opgeruimd. Er is daarom geen sprake van verontreinigd afvalwater. Als er wel lozingen plaatsvinden, moet in het vuilwaterriool worden geloosd en gelden eisen voor de lozingen.
Verboden en voorwaarden Bal
De voorkeursroute is lozen op het vuilwaterriool.
Er mag alleen geloosd worden, als het te lozen water voldoet aan een grenswaarde van 20 mg/l olie gemeten in een steekmonster. Wanneer door preventieve maatregelen niet aan deze norm voldaan kan worden, moet een olieafscheider en slibvangput geplaatst worden.
Overgangsrecht
Het overgangsrecht bepaalt dat olieafscheiders die al in gebruik waren voor 2 november 2010 en voldeden aan de toenmalige norm, beschouwd mogen worden als olieafscheiders die voldoen aan NEN-EN 858. Dit geldt ook voor olieafscheiders van voor 1 maart 1997 die voldoende capaciteit hebben.
Gerelateerde wetgeving
De inhoud van de olieafscheider is gevaarlijk afval. Daarvoor geldt titel 10.6 van de Wet milieubeheer (Wm):
Controleaspecten
Let bij het controleren van de regels goed op de volgende zaken:
- Wordt het gevaarlijke (vloeibare) bedrijfsafval correct afgevoerd?
Meten en bemonsteren
Voldoet de lozing aan de emissiegrenswaarden? Voor het bemonsteren en analyseren van afvalwater zijn de volgende eisen van kracht:
- Voor het bemonsteren van afvalwater geldt NEN 6600-1. Het monster wordt niet gefiltreerd. Bij het analyseren van een monster worden onopgeloste stoffen meegenomen.
- Voor het conserveren van een monster geldt NEN-EN-ISO 5667-3.
- Op het analyseren is voor olie NEN-EN-ISO 9377-2 van toepassing.
Riooltekening
Bij lozing op een riool is er een riooltekening waar duidelijk op staat:
- op welke punten welk afvalwater wordt geloosd.
- of de lozingspunten zijn aangesloten op het eigen vuilwaterriool of een schoonwaterriool.
- op welke lozingsroutes het eigen vuilwaterriool en het schoonwaterriool uitkomen.
Let op: er gelden ook andere voorschriften
Naast lozingsvoorschriften gelden ook andere voorschriften. Die vindt u op de pagina Inhoudelijke regels onderhouden en repareren van verbrandingsmotoren, gemotoriseerde voertuigen, vliegtuigen, vaartuigen of werktuigen.