IPLO Uitgelicht februari 2025
Deze maand aandacht voor hoe een milieuverklaring bodemkwaliteit (die vormvrij is) eruit kan zien, hoe je een gebruiksfunctie bepaalt, de Vergunningcheck in relatie tot de flora- en fauna-activiteit en het nieuwe Portaal Industriële Emissies.
In IPLO Uitgelicht gaan we maandelijks in op wat ons opvalt aan de vragen die we krijgen. Daarnaast bieden we inzicht in feiten en cijfers, zoals de vraagaantallen, de verdeling over de verschillende onderwerpen en het bezoek aan iplo.nl.
Vraag van de maand
Valt het opladen van batterijen van apparaten die in gebruik zijn onder PGS 37-2?
In de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS) gaat PGS 37-2 over de opslag van lithiumhoudende energiedragers. Daarbij gelden bepaalde ondergrenzen voor de hoeveelheid (kg) per brandcompartiment, zie paragraaf 1.2, tabel 2 van PGS 37-2. Bij overschrijding van de ondergrens geldt dat als de lithiumbatterij in het apparaat blijft tijdens het opladen, PGS 37-2 niet van toepassing is. Dit wordt schematisch toegelicht in figuur 1 van PGS 37-2.
Meer informatie:
Wat viel op in februari
Bodem
Richtlijnen bodembescherming stortplaatsen
Het Besluit kwaliteit leefomgeving bevat specifieke voorschriften voor een omgevingsvergunning voor de milieubelastende activiteit bodembescherming stortplaatsen. Provincies willen graag weten hoe ze hier invulling aan kunnen geven. In hoofdstuk 9 van de Omgevingsregeling staan hiervoor richtlijnen die voorheen waren opgenomen in het Stortbesluit bodembescherming. Deze richtlijnen staan nu op de pagina Richtlijnen bodembescherming stortplaatsen.
Voorbeelden milieuverklaring bodemkwaliteit
Bij het toepassen van een bouwstof, grond of baggerspecie moet een milieuverklaring bodemkwaliteit beschikbaar zijn. De Regeling bodemkwaliteit 2022 bepaalt welke gegevens daar op moeten staan. De milieuverklaring is verder vormvrij. De Helpdesk van IPLO krijgt signalen dat bedrijven behoefte hebben aan voorbeelden van zo'n milieuverklaring. Daarom hebben we voorbeelden van deze documenten met een bijbehorende toelichting gezet op de pagina Verklaring op grond van een partijkeuring voor grond of baggerspecie.
Toevoegen materialen om bodemkwaliteit te verbeteren
De IPLO-Helpdesk heeft vragen gekregen over het toevoegen van materialen aan de bodem om de fysische eigenschappen van de bodem tijdelijk te verbeteren. Een bekend voorbeeld hiervan is de grondverbeteraar kalk. In het verleden is hier op de voormalige website bodemplus.nl uitleg over gegeven. Hoe grondverzetbedrijven, aannemers en het bevoegd gezag (vergunningverlening, toezicht en handhaving) hiermee moeten omgaan, is na de inwerkingtreding van de Omgevingswet niet veranderd. De informatie zoals deze op bodemplus.nl stond, is aangepast met verwijzingen naar de huidige regelgeving. De uitleg staat nu op de nieuwe pagina Toevoegen van materiaal aan de bodem om de fysische eigenschappen van de bodem tijdelijk te verbeteren.
Bouw
Bepalen nevengebruiksfunctie
Het begrip gebruiksfunctie kennen we al uit het Bouwbesluit 2012. Maar het bepalen ervan is door de stapsgewijze inwerkingtreding van de nieuwe Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) belangrijker geworden. Dat komt doordat onder de Wkb in bepaalde gevallen de vergunningplicht is vervallen en er een meldingsplicht geldt.
Een voorbeeld van een vraag hierover is deze: 'Kan ik een bedrijfswoning zien als nevengebruiksfunctie van het hoofdgebouw? En is de verhouding van de gebruiksoppervlakten nog van belang voor die beoordeling?'. De achterliggende gedachte is dat zowel de industriefunctie als de woonfunctie onder gevolgklasse 1 kunnen vallen en dus meldingsplichtig zijn. Maar hoe zit dit als deze gebruiksfuncties allebei in hetzelfde gebouw zitten?
Het uitgangspunt is dat de initiatiefnemer de (neven)gebruiksfuncties bepaalt en dat de gemeente deze toetst. Er zijn géén harde criteria voor wat wel en geen nevengebruiksfunctie kan zijn. Zie de pagina Nevengebruiksfuncties in een bouwwerk. Het bevoegd gezag beoordeelt dit aan de hand van het bouwplan. Een oppervlakteverhouding kan een rol spelen, maar is niet alleen doorslaggevend. De regelgeving sluit het op zich niet uit dat een bedrijfswoning is aan te merken als een nevengebruiksfunctie van de industriefunctie. En als dat het geval is, kan een bouwplan van een bouwwerk met daarin zowel een industrie- als een woonfunctie gevolgklasse 1 zijn.
Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO)
Vergunningcheck flora- en fauna-activiteit
Initiatiefnemers krijgen in het resultaat van de Vergunningcheck vaak het advies om contact op te nemen met de gemeente over de flora- en fauna-activiteit. Terwijl de provincie het bevoegd gezag voor deze activiteit is. Het uitgangspunt in het Omgevingsloket is namelijk om de initiatiefnemer zoveel mogelijk één loket te bieden. Vanuit deze gedachte verwijst het Omgevingsloket altijd naar het lokale bevoegde gezag: de gemeente en het waterschap. Het advies aan provincies, gemeenten en waterschappen is om afspraken te maken over hoe zij initiatiefnemers verder kunnen helpen met vragen over de flora- en fauna-activiteit.
Voor de flora- en fauna-activiteit is er altijd een zorgplicht. De provincies hebben bij de ontwikkeling van de Vergunningcheck geïnventariseerd welke werkzaamheden, waarbij het belangrijk is beschermde dieren en planten onder de aandacht te brengen, het meest plaatsvinden. Dat heeft geleid tot een top 20-werkzaamheden waarvoor vragen zijn opgenomen in de Vergunningcheck.
Het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN), de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en verschillende provincies werken samen om de Vergunningcheck te verbeteren. Dit doen ze na signalen van gebruikers die problemen ervaren. De verbeterde check moet initiatiefnemers erop wijzen dat hun werkzaamheden schade kunnen veroorzaken aan beschermde dieren en planten, en dat dit verboden is. Voor sommige werkzaamheden komen er meer mogelijkheden dan alleen contact opnemen met de gemeente. Bijvoorbeeld door uit te leggen welke maatregelen initiatiefnemers zélf kunnen nemen om schade te voorkomen. Binnenkort wordt de vernieuwde check getest met gebruikers.
Meer informatie
- Om initiatiefnemers verder te kunnen helpen, is de Serviceketen opgestart. Een van de producten hiervan is de Wegwijzer veelgestelde vragen natuur.
- In het Helpcentrum van het Omgevingsloket vindt u de pagina Vragen beantwoorden over beschermde dieren en planten in de Vergunningcheck (verwijst naar een andere website).
Informatie over storing berichtenverkeer bij overheden
Begin februari vond een storing plaats in het berichtenverkeer, waardoor verschillende bevoegde gezagen geen verzoeken ontvingen.
IPLO heeft informatie over de storing en de updates op de storingenpagina gepubliceerd. Daarnaast is een banner geplaatst op het Omgevingsloket, zodat initiatiefnemers ook op de hoogte waren van de storing. De overheden die geen verzoeknotificaties ontvingen, zijn actief geïnformeerd door de beheerders van het Omgevingsloket/DSO-LV.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft een aantal e-mails gestuurd waarin het probleem en het handelingsperspectief voor de overheden is toegelicht. Daarnaast heeft de VNG op een aantal dagen ondersteuning geboden in de vorm van een inloopspreekuur, waarin overheden ook de gelegenheid kregen om vragen te stellen. Daarbij waren verschillende deskundigen aanwezig, ook vanuit IPLO. Samen met de leveranciers is de storing opgelost.
Meer informatie
Externe veiligheid
Verschil PGS 37-1 en 37-2
Voor wie te maken heeft met de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen, is niet altijd duidelijk wat het verschil is tussen PGS 37-1 en 37.2.
PGS 37-1 gaat over de veilige opslag van elektriciteit in Energie Opslag Systemen (EOS). Hieronder vallen middelgrote tot grote gekoppelde lithiumbatterijen die energie die niet direct gebruikt wordt, opslaan om op een later moment elektriciteit te leveren. Ze worden steeds meer geplaatst. Bijvoorbeeld in opdracht van bewonersverenigingen van appartementencomplexen. Energiemaatschappijen gebruiken ze ook, om windenergie op te slaan of schommelingen in het elektriciteitsnet te stabiliseren. Vanwege het risico op een 'thermal runaway' (een brand die niet zomaar te stoppen is) kunnen dergelijke systemen gevaarlijk zijn.
PGS 37-2 gaat over de opslag van de lithiumhoudende energiedragers zélf. Lithium-ionbatterijen en -accu's zijn te vinden in telefoons, laptops, e-bikes, huishoudelijke apparatuur, evenals in elektrische en hybride voertuigen. De opslag hiervan (thuis, in schuren, garages en kelders) is daarom enorm toegenomen en dat geeft verschillende risico's. Ze kunnen instabiel worden bij overmatig laden, diepontladen, hoge én lage temperaturen en bij een slag of stoot (bijvoorbeeld omvallen). Dit kan leiden tot kortsluiting, 'thermal runaway' en brand waarbij zeer giftige stoffen vrijkomen. Bij het blussen ontstaat bijtend en giftig bluswater dat gevaarlijk is voor brandweerlieden, andere hulpverleners, omstanders en bewoners.
Om bovenstaande redenen zijn er richtlijnen opgesteld om zo veilig mogelijk om te gaan met dergelijke systemen. Meer informatie vindt u op de pagina PGS 37-1 en 37.2.
Milieubelastende activiteiten
Ondersteuning energiebesparingsplicht
Er leven vragen bij (nieuwe) toezichthouders die bezig zijn met toezicht op de energiebesparingsplicht en inmiddels ook aan handhaving zijn begonnen. Vaak gaan die over de Erkende maatregelenlijst (EML). Deze lijst maakt inzichtelijk welke energiebesparende maatregelen bedrijven en instellingen moeten nemen. Dit helpt om aan de energiebesparingsplicht te voldoen en het helpt bij het toezicht erop.
Om de kennis over de maatregelen op de lijst te verspreiden, organiseert IPLO ook in 2025 webinars over de EML. Bekijk ook eerdere webinars over regelgeving en toezicht op energiebesparing:
- Algemene webinars energiebesparing
- Technische webinars energiebesparing
- Ondersteuning en tools energiebesparing
Industriële emissies
In het voorjaar van 2024 is de Europese verordening 2024/1244 gepubliceerd, ook wel aangeduid als Portaal Industriële Emissies (PIE, of IEP in het Engels). Naar aanleiding daarvan willen mensen weten wanneer ze volgens deze nieuwe verordening moeten rapporteren. Het antwoord is dat ze dat voorlopig nog moeten doen volgens de bestaande PRTR-verordening.
De PIE vervangt de PRTR-verordening. In de PIE staat dat de PRTR-verordening wordt ingetrokken op 1 januari 2028. Dat betekent dat de rapportage over het jaar 2027 moet plaatsvinden volgens de nieuwe PIE-verordening.
Meer informatie
Meer informatie vindt u op de pagina Regelgeving integraal PRTR-verslag, onder het laatste tussenkopje: Toekomst.
Systematiek en Ruimte
Wanneer plan-mer-plicht
Deze maand kreeg IPLO meermaals de vraag wanneer een plan-mer-(beoordelings)plicht geldt voor een omgevingsplan of programma onder de Omgevingswet.
Het antwoord daarop is niet zwart-wit. In sommige situaties moet sowieso een plan-mer uitgevoerd worden; in andere situaties is het mogelijk eerst een plan-mer-beoordeling te doen. Om bevoegde gezagen hierbij te helpen, heeft IPLO recent het beslisschema plan-milieueffectrapportage opgesteld. Daarnaast wil IPLO komend jaar praktijkervaringen gaan delen over de relatie tussen de milieueffectrapportage en het instrument programma.
Water
Onopgeloste stoffen in rioolwater
Een medewerker van een ziekenhuis wilde meer weten over een lozingseis in zijn vergunning. Het gehalte aan onopgeloste (vaste) stoffen in het afvalwater moet veel lager zijn dan zij onder normale omstandigheden halen. Hij vroeg naar de achtergrond van deze lozingseis en wat het ziekenhuis kan doen om toch te voldoen aan de wet.
In een vergunning wordt vaak een lozingseis voor vaste stoffen opgenomen om het riool en de waterzuivering te beschermen. Het lozen van veel vaste stoffen kan ertoe leiden dat het riool verstopt raakt of de waterzuivering vastloopt. Voor huishoudelijk afvalwater geldt deze lozingseis niet. Normaal afvalwater dat via een toilet geloosd wordt, bevat door fecaliën (poep) en wc-papier ook vaste stoffen. Alles wat daarbovenop komt, is niet de bedoeling. Een voorbeeld hiervan zijn vochtige doekjes die uit sterk materiaal bestaan en niet-afbreekbaar kunststof bevatten. In het kader van goed afvalwaterbeheer loos je deze ook niet in het riool.
Samenvattend: het afvalwater van een ziekenhuis en dat van een huizenblok of gemiddeld kantoorpand lijkt qua aandeel vaste stoffen erg op elkaar. Het ziekenhuis kan aan het bevoegd gezag vragen de lozingseis ten aanzien van vaste stoffen te verruimen of verzoeken deze in te trekken, als het argumenten kan aanvoeren dat het gehalte aan vaste stoffen niet hoger is dan in huishoudelijk afvalwater.
Meer informatie
Winnovatie.nl
Bij IPLO Water kregen we een vraag van iemand die in gesprek wil met collega's over de waterkwaliteit. De vraagsteller heeft naar eigen zeggen goede ideeën om de waterkwaliteit en het landschap te verbeteren. Dit enthousiasme ondersteunen wij ten zeerste, maar vanuit IPLO kunnen wij niets voor deze vraagsteller betekenen. We hebben hem verwezen naar een community voor samenwerking aan innovaties in de watersector, opgericht door de Nederlandse waterschappen. Deze is voor iedereen toegankelijk en te vinden op winnovatie.nl (verwijst naar een andere website).
Feiten en cijfers
Website en helpdesk
- De IPLO-website had in februari 745.360 paginaweergaven en 269.040 sessies.
- Bij de helpdesk zijn 2.665 vragen behandeld.
Verdeling vragen per onderwerp
De vragen gingen over de volgende onderwerpen:
- Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) 30%
- Regels voor activiteiten 13%
- Bodem 13%
- Systematiek, wetgeving en ruimte 12%
- Bouwen 11%
- Water 6%
- Landelijk Asbestvolgsysteem (LAVS) 6%
- Veiligheid 4%
- Geluid 4%
- Overig* 1%
Taartdiagram van verdeling vragen aan IPLO in februari 2025
*Overig (1%): Ruimtelijke plannen, invoeringsondersteuning, overig, onbekend
Stel uw vraag aan een expert van IPLO
Het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO) is het kenniscentrum van de overheid dat uitleg geeft over de Omgevingswet, het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) en de regelgeving voor de leefomgeving. Op de website geven onze experts informatie over deze onderwerpen. En via de helpdesk beantwoorden we vragen van gemeenten, provincies, waterschappen en brancheorganisaties. Onze helpdesk is bij voorkeur bereikbaar via het contactformulier.
Ondernemers en inwoners met vragen over de Omgevingswet, het Omgevingsloket en de leefomgeving kunnen terecht bij hun gemeente.