Maak digitaal toegankelijke content
Initiatiefnemers met een beperking moeten de inhoud van het Omgevingsloket en Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) ook kunnen begrijpen. Daar gelden regels voor: toegankelijkheidsrichtlijnen. Op deze pagina leest u hoe u die richtlijnen gebruikt voor goede, toegankelijke toepasbare regels.
Links invoegen
Schrijf nooit 'klik hier' als u een link invoegt, maar maak een link van de tekst die gaat over het onderwerp van de link.
- Niet: 'Klik hier om naar de site van de Rijksoverheid te gaan.'
- Wel: 'U vindt meer informatie op de site van de Rijksoverheid.'
Afbeeldingen omschrijven
Gebruikt u een afbeelding om iets toe te lichten? Doe dat dan alleen als de afbeelding informatie toevoegt aan de content. Gebruik liever geen decoratieve afbeeldingen.
Beschrijf altijd wat er op de afbeelding te zien is. Doe dat in de tekst zelf of in de alt-tekst van de afbeelding. Dit is de tekst die zichtbaar wordt als u met uw muis boven de afbeelding hangt.
Heeft u de informatie uit de afbeelding op een goede manier in de tekst beschreven? Zet dan aanhalingstekens “” in de alt-tekst. Als initiatiefnemers voorleessoftware gebruiken, leest die de alt-tekst dan niet op.
Gebruik toegankelijke pdf-documenten
Gebruikt u pdf-documenten in uw toepasbare regels? Ook deze documenten moeten toegankelijk zijn. Gebruik een duidelijke structuur met opgemaakte koppen. Maak navigatie mogelijk via links, bladwijzers en inhoudsopgave. Zorg voor voldoende kleurcontrast, de juiste taalinstelling en dat afbeeldingen en figuren toegankelijk zijn.
Audio en video beschrijven
Gebruikt u audio of video? Voeg dan altijd een transcript toe. Hiermee kunnen dove, slechthorende, blinde of slechtziende initiatiefnemers de audio of video nalezen.
Voeg het transcript toe als losse tekst en nooit als onderdeel van een video. Dan kan voorleessoftware het namelijk niet oplezen.
Gebruik simpele taal
Initiatiefnemers met een beperking, denk aan doven, slechthorenden of mensen met dyslexie, hebben soms ook moeite met tekst. Gebarentaal bijvoorbeeld heeft namelijk zijn eigen grammatica en woordenschat. Houd rekening met de volgende dingen:
- Schrijf korte zinnen op taalniveau B1.
- Schrijf zinnen in de actieve vorm en tegenwoordige tijd.
- Gebruik geen beeldspraak of gezegden.
Meer informatie
Hulp nodig bij dit onderwerp? U kunt ook de communicatieafdeling of de webbeheerder van uw organisatie vragen u te helpen.