Bodemvoorschriften kleiduivenbaan (paragraaf 4.61 Bal)

Wanneer de regels van toepassing zijn

In de hoofdstukken 3 en 4 van het Bal staat of de regels van toepassing zijn. De regels gelden als:

• uw activiteit onder het toepassingsbereik van paragraaf 4.61 valt, en
• uw activiteit onder paragraaf 3.9.3 Schietbaan valt

Eindonderzoek bodem en bodembeschermende voorzieningen

Artikel 4.707 Bal wijst de modules eindonderzoek bodem en bodembeschermende voorzieningen aan.

Bodembeschermende voorziening

Wordt er met hagelpatronen geschoten die bodembedreigende stoffen bevatten? Of gebruikt men kleiduiven met stoffen in een hogere concentratie dan in tabel 4.709? Dan is een aaneengesloten bodemvoorziening noodzakelijk.

U kunt tabel 4.709 raadplegen via de geconsolideerde tekst Besluit activiteiten leefomgeving (pdf, 4.9 MB).

Een aaneengesloten bodemvoorziening voor een kleiduivenbaan kan bestaan uit een geheel of gedeeltelijke verharding van de schietbaan zoals kunstgras, stelconplaten of asfalt. Zo kunnen de patronen en de brokstukken van de kleiduiven worden opgeruimd.

Langs de aaneengesloten bodemvoorziening zijn er vangnetten of schermen als delen van lood- of zinkpatronen of kleiduiven met een hogere concentratie dan in tabel 4.709 hierbuiten kunnen komen. Dit betekent dat de schietbaan binnen de vangnetten of schermen een aaneengesloten bodemvoorziening moet hebben.

Schieten met lood- of zinkhagelpatronen

Tijdens het schieten met lood- of zinkhagelpatronen komen bodembedreigende stoffen vrij. Om bodemverontreiniging door deze stoffen te beperken vindt het schieten met lood- of zinkhagelpatronen plaats boven een schietbaan met een aaneengesloten bodemvoorziening. Door de vangnetten/schermen kunnen de patronen niet buiten de schietbaan terechtkomen.

Schieten met hagelpatronen van ijzer, staal of bismut

Hagelpatronen van ijzer, staal of bismut zijn niet bodembedreigend. Daardoor hoeft de schietbaan bij het schieten van deze patronen geen bodembeschermende voorziening te hebben.

Kleiduiven

Wanneer er kleiduiven worden gebruikt of voorhanden zijn met stoffen in een hogere concentratie dan in tabel 4.709, moet de schietbaan een aaneengesloten bodemvoorziening hebben.

In tabel 1 staat of een aaneengesloten bodemvoorziening nodig is of niet.

Reden waarom schieten met lood- of zinkpatronen nu wel mogelijk is

Het schieten op kleiduiven met lood- of zinkhagelpatronen was in het verleden verboden, tenzij de minister een ontheffing had verleend. Bijvoorbeeld aan topsporters voor het kleiduivenschieten op een specifieke kleiduivenbaan. Daarnaast was het gebruik van kleiduiven die bepaalde concentraties van bepaalde gevaarlijke stoffen bevatten verboden. Deze regeling bood geen bescherming van de bodem. Het was namelijk nog steeds mogelijk boven een onbeschermde bodem te schieten met lood- of zinkhagelpatronen. Bovendien was er geen zekerheid dat op de lange termijn deze sport op olympisch niveau bleef voortbestaan in Nederland.

Er is dan ook aansluiting gezocht bij de wijze waarop andere buitenschietbanen gereguleerd zijn. Dit betekent dat er geen verbod meer geldt op de stoffen die in patronen en kleiduiven verwerkt zijn, als voorgeschreven maatregelen ter bescherming van de bodem worden getroffen. Die maatregelen moeten bestaan uit een aaneengesloten bodemvoorziening, eventueel in combinatie met vangnetten of schermen conform het Bal.

Let op: er gelden ook andere voorschriften

Naast veiligheidsvoorschriften gelden ook andere voorschriften. Deze vindt u op de pagina Inhoudelijke regels kleiduivenbaan.