Inspraak bij besluitvorming over het milieu
Bij besluitvormingsprocedures over het milieu informeert het bevoegd gezag vroegtijdig en biedt het de mogelijkheid om vroegtijdig in te spreken. Dit is vastgelegd in de tweede pijler van het Verdrag van Aarhus over inspraak bij besluitvorming over het milieu.
Inhoud pagina
- Inspraak bij projecten, plannen en andere wettelijk instrumenten
- Implementatie Nederlandse regelgeving
- Reikwijdte inspraakverplichting
- Uniforme openbare voorbereidingsprocedure
- Motiveringsplicht
- Het verschil tussen participatie en inspraak
Inspraak bij projecten, plannen en andere wettelijk instrumenten
Inspraak is verplicht bij besluiten over specifieke activiteiten (artikel 6 Verdrag van Aarhus). Ook is het voor overheidsinstanties verplicht inspraak te bevorderen tijdens de voorbereiding van plannen, programma's, beleid, uitvoerende regelingen en wettelijke instrumenten (artikel 7 en 8 Verdrag van Aarhus). Inspraak vindt bij voorkeur vroegtijdig in de procedure plaats, als alle opties nog open staan. Er moet nog geen sprake zijn van een onherroepelijk Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) besluit. Ook moeten de inspraakprocedures redelijke termijnen omvatten.
Bij besluiten wordt iedereen geïnformeerd over:
- de voorgenomen activiteit
- de besluitvormingsprocedure inclusief de mogelijkheden voor inspraak
- of er een milieueffectrapportage wordt doorlopen
Implementatie Nederlandse regelgeving
De inspraakverplichtingen uit het Verdrag van Aarhus zijn grotendeels geïmplementeerd in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Afdeling 3.4 van die wet bevat de uniforme openbare voorbereidingsprocedure. Deze procedure geeft aan wat voor inspraak er minimaal moet worden toegepast. In de Omgevingswet staat wanneer afdeling 3.4 Awb moet worden toegepast. Op deze pagina staat om wat voor soort procedures het gaat: Hoofdlijnen procedures Omgevingswet.
Reikwijdte inspraakverplichting
In de Omgevingswet staat op welke besluiten de uniforme openbare voorbereidingsprocedure van toepassing is. Zie hiervoor ook het schema op de pagina Korte en uitgebreide voorbereidingsprocedure. De uniforme openbare voorbereidingsprocedure geldt voor plannen en programma's waarvoor een milieueffectrapportage van toepassing is (afdeling 16.4 Omgevingswet) en voor verplichte programma's, zoals het gemeentelijk rioleringsprogramma en de programmatische aanpak (als omschreven in paragraaf 3.2.2-3.2.4 Omgevingswet). Aanvullend kan een bestuursorgaan besluiten om de uniforme openbare voorbereidingsprocedure toe te passen op een besluit dat niet onder de reikwijdte valt, maar waar wel sprake kan zijn van aanzienlijke milieugevolgen (artikel 3:10 Awb).
Uniforme openbare voorbereidingsprocedure
Een belangrijk aspect van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure is dat iedereen een zienswijze mag indienen (artikel 16.23, lid 1 Omgevingswet). Iedereen kan schriftelijk, of mondeling, alle opmerkingen, analyses of meningen delen die zij relevant vinden voor een plan of project (artikel 3:15 Awb). Burgers worden vooraf geïnformeerd over het plan of project door een kennisgeving. In de kennisgeving staat op welke manier iemand een zienswijze kan indienen en binnen welke termijn het bevoegd gezag een besluit zal nemen (zie artikel 3:12 Awb). Er zijn ook bepaalde eisen voor de bekendmaking van het ontwerpbesluit, de inhoud van de aankondiging en de relevante informatie. Deze eisen staan in afdeling 3.4 Awb.
Motiveringsplicht
Het bevoegd gezag moet besluiten goed motiveren (artikel 3:46 en 3:47 Awb). Dit betekent dat het bevoegd gezag in de motivering ook ingaat op de resultaten van de inspraak. Het publiek wordt geïnformeerd over het besluit.
Het verschil tussen participatie en inspraak
Participatie is het vroegtijdig betrekken van verschillende partijen bij de besluitvorming over een plan, project of activiteit. Participatie is een pijler onder de Omgevingswet. De Omgevingswet stimuleert participatie van burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en andere bestuursorganen. De Omgevingswet geeft per instrument regels voor participatie.
Participatie is vaak breder en informeler dan inspraak. Inspraak verwijst naar formele inspraakmomenten in wettelijke procedures. Bij inspraak is er sprake van een concreet voornemen, zoals het vaststellen van een vergunning, omgevingsplan of projectbesluit waarbij als verplicht onderdeel in de procedure iedereen kan reageren (zienswijzeprocedure). De inspraakverplichtingen voor omgevingsrechtelijke besluiten komen voort uit het Verdrag van Aarhus.
Onherroepelijk
Bij onherroepelijk:
- is tegen een besluit geen bezwaar en beroep meer mogelijk
- is tegen een besluit geen hoger beroep meer mogelijk, na een uitspraak van de rechter op een beroep