Een gezonde berm zorgt voor een veilig wegdek
Rijkswaterstaat zorgt voor een groot deel van de snelwegen, tunnels, rivieren en bruggen in Nederland. Dat ze gaten in de weg repareren of verouderde viaducten een opknapbeurt geven, weet bijna iedereen. Maar dat Rijkswaterstaat een van de grootste natuurbeheerders van Nederland is, is minder bekend.
Henk Kiks is adviseur groen bij Rijkswaterstaat in de regio West-Nederland Noord en vertelt wat hier allemaal bij komt kijken.
Stevige ondergrond door planten
Rijkswaterstaat beheert en onderhoudt ruim 18.000 ha aan bermen langs de snelweg. Deze bermen zijn niet alleen belangrijk voor veilige wegen, maar deze zijn ook het leefgebied van een heleboel wilde planten en, kleine, dieren.
Kiks: ‘Wist je dat een gezonde berm, met verschillende soorten planten en insecten, zorgt voor een veiliger wegdek? Dat zit namelijk zo,' legt Kiks uit: ‘Al die verschillende planten zorgen voor een stevige ondergrond.'
'De wortels houden de grond vast. Als deze er niet zouden zijn, spoelt de grond weg. Dit kan ervoor zorgen dat de wegfundering verzakt en er gaten in het asfalt komen. Dat is ook waarom we na een ongeluk ook de berm inspecteren en, als dat nodig is, weer nieuw gras of andere planten aanplanten.’
Kijken met een groene bril
Volgens Kiks staat in zijn werk veiligheid op de weg voorop, maar kijkt hij zoveel mogelijk met een ‘groene bril’. ‘De weg is de infrastructuur voor mensen en de berm is dat voor flora en fauna. Daar moeten we rekening mee houden.'
'We voorkomen onveilige situaties door takken en struiken te snoeien die het zicht op de weg blokkeren. Tegelijkertijd kunnen we niet ergens gaan maaien waar, bijvoorbeeld, eenden aan het broeden zijn.’
Voor er gemaaid wordt, komt er eerst een zogenaamde schouw om te controleren of er beschermde dier- of plantsoorten in het gebied zijn. ‘Zo kijken we wat er allemaal in het gebied aanwezig is. In de meeste gebieden hebben we een maaironde per jaar.'
'Op sommige plekken doen we dat in het voorjaar en op andere plekken juist in het najaar. Die in het najaar is de minst spannende, maar in juni is de kans aanwezig dat je op broedende vogels en bloeiende planten stuit.'
'Dan moeten we eromheen maaien of uitstellen tot de jonge vogels weg zijn. En beschermde flora haar zaden heeft kunnen verspreiden. Als het gebied na de schouw wordt vrijgegeven gaan we aan de slag.’
Voorkomen dat dieren de weg oplopen
In andere gebieden moet Rijkswaterstaat vaker maaien, vanwege de veiligheid. Kiks: ‘Dat is om bermbranden te voorkomen. Iets anders dat we ook doen voor de veiligheid is plaatsen van hekken langs de weg waar dat nodig is. Zo voorkomen we dat er ganzen of andere dieren de weg op wandelen en ongelukken veroorzaken.’
Snelweg is ook leefgebied van dieren
Kiks vertelt dat het helaas niet altijd te voorkomen is dat dieren worden aangereden. ‘We kunnen niet alles afzetten met hekken, het is ook het leefgebied van de dieren. Maar die dode dieren op de snelweg trekken wel weer roofvogels, zoals uilen aan. Zo’n dood dier is een makkelijke prooi, een soort McDonalds voor roofdieren. De uilen gaan zitten wachten op de hectometerpaaltjes en pikken hun prooi van de weg.'
'Hier kun je als bestuurder erg van schrikken. Of je hebt ineens, tok, een uil op je vooruit. Dit is gevaarlijk.’ Om dat te voorkomen plaatst Rijkswaterstaat nu uilenrollen om ervoor te zorgen dat de roofvogels niet meer op de paaltjes terecht kunnen.
Kiks: ‘Dit zijn kunststofrollen die draaien als een uil erop neerstrijkt. Nu gaan ze niet meer op die paaltjes zitten.’
Het werk gebeurt vooral ’s nachts
Veel van het groenwerk gebeurt ’s nachts om hinder zoveel te beperken. Maar soms wordt de vluchtstrook afgezet en geldt er een snelheidsbeperking. Kiks: ‘Zeker als je de 1e m van de berm maait. De aannemers moeten hun werk zo veilig mogelijk kunnen doen.'
'Vaak valt het werk niet eens op. Het gaat pas opvallen als het niet zou gebeuren, dat takken zo laag over de weg hangen dat je borden niet meer kunt lezen. Dat soort situaties proberen wij te voorkomen.’
Bron: Rijkswaterstaat