Webinar 'Ruimte- en productkoeling'

Cookies toestaan?
De video duurt 55 minuten en 13 seconden.
De sprekers zijn Herman Jan Wijnants en Arie van Ballegooijen.
Herman Jan Wijnants: “Welkom allemaal bij het webinar over de ruimte- en productkoeling. Dit is een webinar in een serie van drie van vandaag. Vanochtend ging het over veelgestelde vragen rondom de energiebesparingsplicht. Straks om vier uur kunnen jullie nog het webinar over stoom volgen, maar nu hebben we het webinar over de ruimte- en productkoeling. Naast me zit Arie en die zal zich even aan jullie voorstellen.”
Arie van Ballegooijen: “Iedereen ook namens mij van harte welkom. Mijn naam is Arie van Ballegooijen, ik ben van VBA Inspectie & Advies en ik houd me bezig met energiebesparende onderzoeken zoals EPBD of EED keuringen. Naast mij heb ik Kees Smit van Dalemburgh Inspecties en hij houdt zich ook bezig met dit soort energiebesparende onderzoeken. Hij zit in de green room om vragen te beantwoorden.”
Herman Jan Wijnants: “Zo is dat. Kees is niet in beeld, maar is er wel. Wie ook niet in beeld zijn, maar er ook wel zijn, dat zijn Irma, John en Yorick, die ook in de green room zitten om vragen af te vangen, want jullie kunnen, als jullie dat willen, vragen stellen naar aanleiding van dit webinar. Dat kan op basis van de presentatie die Arie straks gaat geven. Na elk topic nemen we dan even de tijd om de vragen door te nemen. Vragen kunnen ook rechtstreeks beantwoord worden vanuit de green room als ze minder relevant zijn voor het brede publiek. Zijn het ingewikkelde vragen en dat kan natuurlijk ook voorkomen, dan kan het zijn dat ze vanuit de helpdesk later beantwoord worden maar beantwoord zullen ze in ieder geval worden. Dus dat jullie dat alvast weten. Arie, waar gaan we het dit uur over hebben?”
Arie van Ballegooijen: “We hebben genoeg te bespreken, met name over de koudetechniek. Hoe werkt zo'n systeem? Koudetechniek is een complex onderwerp, in het kort, ga ik jullie meenemen om dat te bespreken. Het gaat over de erkende maatregelen. Waar let je op als toezichthouder als je bij een grote koelmachine komt. Aandachtspunten in de praktijk. Er volgt dan een stukje wetgeving koudetechniek.”
Herman Jan Wijnants: “Zo is dat, een heel compleet verhaal vanmiddag. Voordat we dan echt gaan beginnen, willen we starten met een korte poll, als onderdeel van deze eerste introductie. Daar kunnen de mensen die online nu aanwezig zijn, drie antwoorden op geven. Wat is warmte? Een vorm van temperatuur? Een vorm van energie? Of een vorm van geleiding, stroming of straling? Het grappige is temperatuur heeft niemand gekozen. De keuze voor twee en drie gaat redelijk gelijk op. Ik zie nu dat er toch meer voor een vorm van energie gekozen wordt dan een vorm van geleiding, stroming of straling. Er zijn 34 mensen die op dit moment aan de poll deelnemen. Ik wacht nog heel even om te kijken hoeveel mensen uiteindelijk zullen reageren. De teller loopt nog langzaam op, 37 zelfs, maar de meeste stemmen is toch een vorm van energie, 65%, de andere 35% zeggen een vorm van geleiding, stroming of straling.”
Arie van Ballegooijen: “Heel goed, daar ga ik gelijk verder op in, warmte is inderdaad een vorm van energie. We relateren dat vaak aan temperatuur. Het bovenste plaatje ervaren wij als warmte het onderste plaatje ervaren wij als kou. Ik vergelijk het vaak met een sauna van 80 graden. Dat gaat makkelijk. Een bad water van 80 graden, daar stap je niet zomaar in. Dat heeft meer energie in zich. Zolang die moleculen bewegen, kunnen we warmte uit de stof halen. Met lage buitentemperaturen kan een warmtepomp nog functioneren. De andere vormen van net, dus de stroming, geleiding en straling, dat zijn transportvormen van warmte. Daar zijn we mee bezig in de koudetechniek, we willen warmte verplaatsen. Hoe werkt dat? Terug naar de natuurkunde. We doen dat middels condensatie en verdamping, dus we zijn continu bezig om het koudemiddel, om te transformeren van gas naar vloeistof en omgekeerd. Daarmee transporteren we de warmte van binnen naar buiten of omgekeerd. Het verdampingsproces, zeker als je net begint of op een dak loopt bij een koelmachine, dan is imposant om te zien. Wat we doen, dat is identiek aan wat we in een pan water doen. In een pan met water koken we een vloeistof. Datzelfde proces gebeurt ook in een verdamper van een koudemachine, in een koelcel, een slaapkamer, een woonkamer of in een bedrijfsgebouw. Dat doen we door te spelen met druk en temperatuur, we kennen het proces dat water kookt op een temperatuur van 100 graden, geen vast gegeven, we kunnen met die druk gaan spelen, het koken op lage temperaturen. Met een koudemiddel kan het op veel lagere temperaturen koken. Verdampen kost warmte, want in de pan water, het vuur moet aan, om te kunnen verdampen. Condenseren levert warmte op. Condenseren kennen we ook. Als we een koud deksel boven een stoomketel houden, zal het water condenseren op dat koude oppervlak en ontstaan druppels. Het ontstaan van de druppels, dat gebeurt in het buitendeel. Daar komt warmte bij vrij. Wellicht ken je het. Bij een airconditioning blaast daar warme lucht uit. De warmte die binnen opgenomen is en naar buiten wordt afgevoerd. Die verplaatst zich. Ons hele leven weten we al. Pas op: water kookt op 100 graden, ook water kunnen we op verschillende temperaturen laten koken. Zoals de snelkookpan. Als de druk verhoogt zou in het plaatje de lijn naar rechts lopen een hogere kooktemperatuur in de snelkookpan, ook met water, kunnen we spelen met druk en dus een veranderende kooktemperatuur. Dat proces passen we toe in de koudemachine, op het binnendeel nemen we warmte op in het koudemiddel. Daardoor verdampt het en de installateur controleert dat middels zijn drukmeters zowel hoge als lage druk. Op het buitendeel is het soms zichtbaar. Binnen wordt de warmte opgenomen, vervolgens wordt dat aan de buitenlucht afgegeven middels een hoge druk. Er zijn twee drukken in een koudesysteem. Bij technisch verder uitwerken, zijn er vier hoofdcomponenten bij dit proces. De compressor, waardoor de druk verhoogt. De hete koudemiddel gassen gaan naar de condensor. We gaan rechtsom. Warmte wordt afgestaan. Het condenseert tot vloeistof, die vloeistof gaat naar een expansieventiel. Daar vindt die drukdaling plaats en dan kunnen we gaan koken. In dit voorbeeld kookt de vloeistof op -27 graden in die verdamper. Voor verdamping is warmte nodig, zoals bij water. Warmte is nodig om te koken. Hier gebruiken we dus de omgevingslucht om de vloeistof volledig om te zetten van vloeistof naar gas. Er is een kringloop gecreëerd waarmee warmte van binnen naar buiten getransporteerd wordt. Bijvoorbeeld de koelkast, als we klein beginnen. Iets wat we vanuit ons dagelijks leven kennen. Aan de achterkant van de koelkast de compressor, dat zwarte potje daaronder. Aan de achterkant een zwart rek, dat is de condensor die de productwarmte afvoert aan de buitenlucht. Vervolgens de druk verlagen. In de verdamper warmte opname uit de producten. Dus hier zie je weer dat koelproces, zoals zich dat ook plaatsvindt in de koelkast, wat wij kennen. Staan we op een dak bij een ondernemer met zo'n koelmachine, dan lijkt dat heel spannend, in principe zien we de hoofdcomponenten zoals in de koelkast. De compressor, dat groene onderdeel. Vervolgens leiden we die hete gassen naar de luchtgekoelde condensor in dit voorbeeld, daar wordt warmte afgegeven en condenseert dat koudemiddel gas tot vloeistof. Dat gaat naar het expansieventiel. Hier gaan we middels water, zoals we hier zien, koelt het water terug en dat gaan we dan het gebouw in leiden, dat is dus een hele grote koelkast. Een warmtepomp horen we tegenwoordig steeds meer over. Een warmtepomp lijkt een heel spannend systeem, maar hier gebeurt hetzelfde als in de koelmachine. Weer de hoofdcomponenten, dus een compressor die leidt de hete gassen uit het component aan de rechterkant, de condensor. Daar worden die koudemiddel gassen gecondenseerd tot vloeistof. Warmte komt vrij en dat geven we af aan het water. Dit wordt gebruikt om het gebouw te verwarmen. Vervolgens gaat de koudemiddel vloeistof via de onderzijde en het filter droger richting het elektronisch expansieventiel. Daar verlaagt de druk, waardoor we warmte kunnen gaan opnemen uit het water uit het gebouw oftewel we gaan gekoeld water maken, om het eenvoudig te zeggen. Dat gebeurt in de verdamper, het achterste onderdeel. Samengevat, het koelproces bestaat uit vier hoofdcomponenten. Dat is belangrijk, om als toezichthouder te kijken naar de hoofdcomponenten in de machine. Vaak zijn dit soort grote koelmachines opengewerkt. Je ziet de compressor en de condensor. Die hoofdcomponenten zijn makkelijk te herkennen en dat is goed om dat voor jezelf op een rijtje te zetten. In de toekomst herken je componenten en wordt het eenvoudiger. We hebben de compressor voor de drukverhoging. De condensor zal de warmte afgeven aan de buitenlucht. Het expansieventiel zorgt voor drukverlaging. De verdamper gaat warmte opnemen, zolang tot de geconditioneerde ruimte of het proces wat gekoeld moet worden op temperatuur is. Je ziet heel kort samengevat: koudetechniek is het spelen met drukken, waardoor met het koudemiddel warmte verplaatst. Dat is wat we doen. Normaliter duurt een cursus één jaar. Hier in enkele sheets. Dat gaat het om een stukje herkenning.”
Herman Jan Wijnants: “Dit is de essentie van die vier onderdelen die de basis vormen van het systeem van koeling. In wat voor vorm dan ook. Die vier onderdelen maken altijd onderdeel uit van het systeem, die moeten ergens zijn in het gebouw, meestal in de technische ruimte of op het dak. Ik zie nog geen vragen. Tot zover is het duidelijk. Ik heb een scherm naast me, waar ik kan kijken of er vragen zijn. Zijn er geen vragen, dan kunnen we doorgaan naar het volgende onderwerp en dat is de EML.”
Arie van Ballegooijen: “Klopt. Dan nu de erkende maatregelen, we hebben net het basisprincipe van de koudetechniek gezien. Hoe te toetsen in de praktijk? We kennen ondertussen de drie hoofdgroepen dus we hebben de gebouwmaatregelen, de maatregelen met betrekking tot faciliteiten en de procesmaatregelen. Een aantal van die onderdelen, die gebruiken wij in de koudetechniek of die moeten we toetsen in ieder geval als toezichthouder of inspecteur, met verschillende soorten keuringen. Belangrijk daarvan is het EBS, het automatische energieregistratiesysteem. Is daar een link met koudetechniek? Wel degelijk, een groot deel van het energieverbruik in kantooromgeving alleen koeling wordt gebruikt, zo'n 50% als ook de vorming erbij is geïntegreerd en wel 80, 90% als het ook met het proces te maken heeft. Die koudetechniek heeft een grote invloed in die gebouwde omgeving. Controleer als toezichthouder in ieder geval of EBS aanwezig is. Als het aanwezig is, wordt het gebruikt en ook juist gebruikt. Wordt die data geanalyseerd? Wordt er gekeken hoeveel energie gaat er naar de koelmachines toe? Vandaar dat erbij staat: controle op deelsystemen met name de grootverbruikers als koelmachines, je wil weten hoeveel energie ze verbruiken. Regelmatig bij warmtepompen is er soms een elektrische back-up. Bij niet monitoren en een automatische elektrische back-up, verstook je veel energie, terwijl je het niet in de gaten hebt. Dat stukje begrijpen wat er in een gebouw gebeurd, is erg belangrijk. Vandaar dat deze maatregel erg belangrijk is.”
Herman Jan Wijnants: “Dat betekent dus ook dat bedrijf ook die meters zo moet hebben ingesteld dat je dat apart kan meten.”
Arie van Ballegooijen: “Juist. Je krijgt deelregistratie om dat inzicht te krijgen.”
Herman Jan Wijnants: “Die moet je als toezichthouder ook kunnen zien en herkennen.”
Arie van Ballegooijen: “Dat zijn deelmeters, vaak op leidingen. Het aantal joules wordt gemeten. Er zijn inderdaad mogelijkheden voor. Dan de maatregel GC1. Dat gaat om ruimteverwarming, met name gericht op gasketels, maar ik vind dit toch een belangrijke in lijn met de koeltechniek, we werken vaker met warmtepompen, dit is een belangrijk onderdeel. Dit is belangrijk, altijd veel winst te halen. Door te kijken naar kloktijden, daar haal je al veel energiebesparing uit, vaak wordt er vanuit gewoonte iets ingeregeld. Na een feestje, draait de installatie vrijdagavond tot twaalf uur door of draait zelfs 24/7. Dat zijn dingen, dat is laag fruit en de kostenbesparing is enorm. Een voorbeeld uit de praktijk waarbij de ondernemer dacht dat de installatie uitgeschakeld werd. De foto toont de uitschakelmomenten en het enige wat daar wordt uitgeschakeld is de optimalisatie, dus de units, luchtbalanskast 1 en 2 gaan niet uit, maar draaien door. Als je dat doorrekent, zit je op een besparing van bijna 100.000 euro per jaar en dat zie ik echt geregeld dat we dit soort besparingen naar boven halen. Wel belangrijk om echt door te vragen, want vaak weet men het niet. Toevallig was ik gisteren op een locatie, daar werd gezegd: nooit uitleg gehad, ik weet niet hoe dat werkt. Ga jezelf daarin verdiepen en dan kom je daar toch uit. Zeker interessant, een belangrijke maatregel.”
Herman Jan Wijnants: “Zeker en voor ondernemers is het vaak, geen verstand van, dus laat maar. Als ze iemand zouden inhuren om hier kritisch naar te kijken, verdienen ze het geld zeker terug.”
Arie van Ballegooijen: “Inderdaad, ja. Soms vragen ze: waarom moet deze keuring? Ik vraag vaak: waarom niet? Zeker met dit soort besparingen.”
Herman Jan Wijnants: “Je zult het meer tegenkomen dat het wel het geval is dan dat het inderdaad top is ingeregeld.”
Arie van Ballegooijen: “Zeker, ja. Als toezichthouder is dat een belangrijke maatregel. De maatregel GC2: pas naast de bestaande verwarmingsketel een warmtepomp toe. De voorwaarde is: minimaal 70 kilowatt verwarmingsvermogen. Het derde punt vind ik een belangrijke: voldoende capaciteit op het elektriciteitsnet. Toevallig hoorde ik laatst een verhaal, alles was al helemaal ingeregeld en berekend. Plannen waren gemaakt en werd de vergunning ingediend bij de netbeheerder. Er was geen ruimte op het netwerk.”
Herman Jan Wijnants: “Zo.”
Arie van Ballegooijen: “Belangrijk om als toezichthouder mee te nemen. Vraag altijd naar de plannen van de eigenaar, gaan ze isoleren in twee, drie jaar, heb je geen 100 kilowatt warmtepomp nodig, maar misschien maar een 60 of 70 kilowatt.
Herman Jan Wijnants: “Natuurlijk. Daar komen we straks ook nog op terug.”
Arie van Ballegooijen: “Hieronder staan een aantal vuistregels en dan de laatste sheet, geven we de links naar dit soort berekeningen. Dan kunnen mensen altijd even kijken hoe je dat kan terugrekenen. Dan de procesmaatregelen: toepassing van een warmtepomp bij verwarming van procesbaden. Bij aanvoertemperaturen vanaf 80 graden, dat zijn de hoog temperatuur systemen, kan je voorzien van een warmtepomp, let altijd op de huidige stand van de techniek, nog niet alle warmtepompen kunnen tot dit soort temperaturen opstoken of ze hebben een hele lage aanvoertemperatuur nodig. Een CO₂ installatie kan prima naar 80, 90 graden, maar heeft wel een koude aanvoer nodig. Soms zijn er technische randvoorwaarden, dat is als toezichthouder belangrijk om deze regels in de gaten te houden.”
Herman Jan Wijnants: “Zo is dat.”
Arie van Ballegooijen: “Dit kom je in de praktijk tegen, een voorbeeld hoe het wel hoort, dus we zien een aantal compressoren die warme lucht afvoeren en via een rooster aanvoeren. Via het dak wordt de warme lucht afgevoerd. Soms wordt dit soort apparatuur in een ruimte geplaatst waar een split systeem wordt opgehangen om de warmte weg te koelen. Dus altijd goed om dit soort hoog producerende apparatuur, die veel warmte opleveren, te controleren of dat anders gekoeld kan worden. Makkelijk zichtbaar, snel te zien als toezichthouder.”
Herman Jan Wijnants: “Anders ben je een beetje raar bezig, om eerst warmte te maken en dan vervolgens weer af te koelen.”
Arie van Ballegooijen: “Het gebeurt, dus een belangrijke maatregel. Restwarmte, heel belangrijk, zeker bij de grotere installaties, industriële installaties met continu koeling. Hier weer de vier hoofdcomponenten: de verdamper van 270 kilowatt, een compressor, een condensor en een expansieventiel. Hier is een persgaskoeler ertussen geplaatst om in ieder geval een deel van die restwarmte, we produceren hier 350 kilowatt aan warmte continu, vervolgens via de buitenlucht afgevoerd. Waarom de restwarmte niet gebruiken? Dat kan middels persgaskoelers. Hier het rekenvoorbeeld. Ik heb niet helemaal uitgewerkt, wel de samenvatting in dit voorbeeld. Met die 350 kilowatt vermogen, wat geproduceerd wordt, kunnen we 12.000 kuub gas per jaar besparen door de restwarmte af te vangen. Hoe te controleren als toezichthouder? Het is lastige materie. Fabrikanten willen geen aanvullende apparatuur, er zitten weer randvoorwaarden aan vast. Als je op het dak veel van deze plaatjes ziet, van draaikoelers of condensors. Als je dat soort apparatuur ziet, vraag altijd aan die ondernemer: wat doen jullie met de restwarmte? Kan je het nuttig aanwenden? Wat voor plannen zijn ervoor? Er is veel geld mee te besparen. Dat zie je aan het rekenvoorbeeld.”
Herman Jan Wijnants: “Een behoorlijke hoeveelheid gas.”
Arie van Ballegooijen: “Die je produceert voor de koude, maar die warmte krijg je er gratis bij. Die kun je nuttig aanwenden. Datacenters, ook een belangrijke procesmaatregel. Vanuit de praktijk kom ik vaak tegen dat alle ICT mannen laag willen koelen. Iets vanuit het verleden erin gebakken, dat blijft erin zitten. ASHRAE, een samenwerkende organisatie in de airconditioning en luchtbehandelingstechniek die zeggen: bovengrens mag 27 graden zijn. We hoeven niet op 18 graden te koelen en sterker, het lage koelen is juist erg slecht, als er een deur opengaat op een warme dag en je hebt alles op strak 18 graden, krijg je condensatie op je apparatuur.”
Herman Jan Wijnants: “Daar wordt het niet beter van.”
Arie van Ballegooijen: “De apparatuur die nu geproduceerd wordt, kan tegen hogere temperaturen. Het is altijd goed om dit na te kijken, makkelijk te controleren in je ronde.”
Herman Jan Wijnants: “Datacenters staan nu sowieso natuurlijk een beetje onder vergrootglas. Dit is voor hun een die natuurlijk heel makkelijk toepasbaar is.”
Arie van Ballegooijen: “Een snelle maatregel. Met name de utiliteit zie je dat steeds meer racks leeg raken, meer gaat naar de cloud toe. Deze racks moeten afgedicht worden, geen onnodige koeling nodig. Ook weer een vrij eenvoudige maatregel. In de praktijk in een serverruimte, dit is een kleine serverruimte, aan de bovenkant zit een dakvenster. Een serverruimte moet gesloten zijn. Geen zonlicht, geen daglicht, zeker geen zonlichttoetreding zijn, koeling is onnodig. Een makkelijke maatregel en te zien in je ronde door het gebouw. Dan komen we op de appendages, koel- en vriesleidingen. Ik maai het gras weg voor mijn voeten.”
Herman Jan Wijnants: “Voor vanmiddag, precies, maar goed.”
Arie van Ballegooijen: “Deze maatregelen zijn in de koudetechniek belangrijk. Het thermografisch plaatje toont dat de leiding een temperatuur meet van 15 graden oftewel er is praktisch geen isolatie meer, geen isolerende werking meer. De controle als toezichthouder? Je hebt niet altijd een warmtebeeldcamera bij je. Dat is weer vrij eenvoudig te zien, je ziet het aan de leidingen, ook op de foto. Die isolatie moet strak zijn. Als die isolatie aangetast wordt, gaat dit krimpen en ontstaan vervormingen in die leiding. De isolerende werking is weg en het gevaar is als er lucht bijkomt, krijg je corrosie op de metalen leidingen, dan zijn de herstelkosten nog duurder. Als toezichthouder weer makkelijk te controleren.”
Herman Jan Wijnants: “Heel zichtbaar.”
Arie van Ballegooijen: “Voor de split systemen, een airconditioning binnen en buiten op het dak. Die worden vaak voorzien van koeltechnische leidingen, waar een bepaalde isolatie omheen zit, die op de langere duur verweren. Vogels eten de isolatie eraf, deze stukken koeltechnische leidingen liggen bloot op het dak. Slechte zaak, zeker als je gaat verwarmen. Dan ben je alleen een dak aan het verwarmen en binnen duurt het veel langer voordat de ruimte op temperatuur is, je bent onnodig energie aan het verkwisten.”
Herman Jan Wijnants: “Een schoolvoorbeeld hoe het niet moet.”
Arie van Ballegooijen: “Een duidelijk voorbeeld. Dit zien we geregeld, belangrijk om aandacht voor te hebben.”
Herman Jan Wijnants: “Kijken weinig mensen op het dak.”
Arie van Ballegooijen: “Dat zou je zeggen. Dan gaan we richting DBO maatregelen. Misschien vragen tussendoor.”
Herman Jan Wijnants: “Er zijn twee vragen binnengekomen. De eerste is: kan de lage benodigde aanvoertemperatuur van de CO₂ warmtepomp die net werden genoemd, nog toegelicht worden?”
Arie van Ballegooijen: “Een CO₂ warmtepomp heeft die lage aanvoertemperatuur nodig voor een goed rendement. Als die temperatuur laag is in de gaskoeler, Wat technisch, in een CO₂ installatie werk je met een gaskoeler. Het water stroomt hier doorheen, wat opgestookt moet worden. Als het temperatuursverschil heel erg groot is, geeft dit het hoogste rendement. De CO₂ warmtepomp zal prima werken bij de hogere aanvoertemperaturen, maar dan zakt dat rendement in elkaar. Dan heb je een rendement van 1 op 2, nog steeds beter als een gasketel, je haalt geen rendement van 1 op 4.”
Herman Jan Wijnants: “Wat ook mogelijk is als de aanvoertemperatuur laag genoeg is.”
Arie van Ballegooijen: “Daar zit wat verschil in.”
Herman Jan Wijnants: “Is dat dan iets wat je als toezichthouder kan navragen of wordt dat ergens gemonitord?”
Arie van Ballegooijen: “Dan is het gewoon de vraag: wat voor soort proces is hier gaande? Wat is de aanvoertemperatuur hiervan? Als deze temperatuur wat te laag is, is een CO₂ warmtepomp een prima oplossing. Als deze hoog, kan het ook, alleen met een lager rendement.”
Herman Jan Wijnants: “Is het dan een dure oplossing daarmee of is de CO₂ warmtepomp niet heel veel duurder dan een reguliere warmtepomp?”
Arie van Ballegooijen: “De CO₂ warmtepomp is iets duurder als een gewone warmtepomp, maar wel een stuk duurder als een gasketel. De terugverdientijd zit op vijf, zes jaar, je gaat 'm sowieso terugverdienen. Interessant. Altijd een interessante optie.”
Herman Jan Wijnants: “Zeker, ja. Maar wil je 'm echt effectief maken, moet je zorgen dat de aanvoertemperatuur laag genoeg is.”
Arie van Ballegooijen: “Ja, inderdaad.”
Herman Jan Wijnants: “Dan de tweede vraag: bij compressoren merken we dat installateurs het niet eens zijn met de maatregel om koude buitenlucht aan te zuigen. Ze hebben dus een andere visie dan de ingenieurs die de maatregel hebben opgevoerd. Hoe kunnen we ontkrachten dat onder meer vochtigheid moet worden afgevangen?”
Arie van Ballegooijen: “Vochtigheid. Die vraag is me niet helemaal duidelijk, we hebben altijd koude aanvoerlucht nodig in de condensor. De vraag is onduidelijk. In de condensor is koude lucht nodig om de warmte kwijt te raken. De functie van de condensor is warmte afvoeren. Ik laat straks nog DBO maatregelen zien. Dan zie je wat er gebeurt als dat niet gebeurt. We hebben een lage aanvoertemperatuur nodig. Het gaat mis als condensors of buitenmiddelen binnen worden geplaatst zonder voldoende aanvoeren van verse lucht, dat geeft hoge druk storing.”
Herman Jan Wijnants: “Ja, precies. Dat is ook geen optie.”
Arie van Ballegooijen: “Ik weet niet of de vraag voldoende is beantwoord.”
Herman Jan Wijnants: “Dan de ingenieurs die de maatregelen hebben opgevoerd. Dat weet ik dan ook niet even.”
Arie van Ballegooijen: “Anders zou diegene het via de mail kunnen verduidelijken.”
Herman Jan Wijnants: “De vraag is van Hendrie, dus als die wil, dan kunnen we de mail even opslaan en dan kunnen we daar later we nog even op terugkomen of hem even telefonisch benaderen.”
Arie van Ballegooijen: “Zeker.”
Herman Jan Wijnants: “Er is nog een andere vraag binnengekomen. Is er een makkelijke manier om een condensor druk regeling waar te nemen?”
Arie van Ballegooijen: “Er is een maatregel vanuit de vorige erkende maatregel, stond er inderdaad in, is er een condensor druk regeling opgenomen. Dan moet je wel wat, een opsplitsing in oudere en nieuwe systemen. In nieuwe systemen zit dat standaard in het buitendeel, dus systemen vanaf 2010, 2015. Dat is standaard met een condensor druk regeling. In oudere systemen wordt dat standaard niet opgenomen. Dan moet je de tekeningen induiken om dat te achterhalen. Als toezichthouder best complex. Deze zijn niet altijd voorradig of beschikbaar, dus wat complexer. De vraag aan de ondernemer: wat hebben jullie hieraan gedaan?”
Herman Jan Wijnants: “Ja, precies, want dan zit die verborgen in de hele installatie. Is dat waardoor dat moeilijk te onderscheiden is?”
Arie van Ballegooijen: “Nu zijn het gelijkspanningsmotoren, die kunnen veel beter afregelen. De oude motoren hadden drie toerentallen, dat was hoog, midden, laag. De nieuwe motoren werken op gelijkspanning die kunnen in een veel breder gebied afregelen, standaard al in de software meegenomen. Vandaar een veel groter temperatuurbereik tegenwoordig. Dus om die reden.”
Herman Jan Wijnants: “Ze blijven binnenkomen, dus ik heb er nog eentje voor je. Met betrekking tot de warmteterugwinning van de condensor, een vraag: kan globaal aan de hand van het elektrisch vermogen van de koel compressor motor, het thermisch vermogen van de condensor bepaald worden?”
Arie van Ballegooijen: “We hebben zo’n beetje een verhouding van 1 op 4 tussen compressor en condensor vermogen, dus dat is een factor 4. Op het typeplaatje zijn dit soort gegevens terug te vinden, laat ik zo een plaatje van zien.”
Herman Jan Wijnants: “Kom je straks nog even op terug. Goede vragen. Dat waren ze even voor nu, denk ik. Dan gaan we door. Dan gaan we naar de DBO.”
Arie van Ballegooijen: “Dit zijn voorbeelden vanuit de praktijk, waar je tegenaan loopt. Hier koeltechnische leidingen waar isolatie op den duur verteerd, in een slechtere conditie raakt. De rechterleiding toont dat als die op de beugel gaat zakken en het wordt continu warm en koud, ofwel uitzetten en krimpen, dan gaat die leiding invreten in die beugel, we hebben een koperleiding op een stalen beugel. Er is dan koudemiddel lekkage. Zo'n heel leiding tracé zal naarmate de isolatie slechter wordt, wat gaan inzakken en dan krijg je dit plaatje, waardoor die koeltechnische leiding op de unit drukt. De vibratie zorgt voor verder trillen en weer koudemiddel lekkage. Koudemiddel lekkage is een groot probleem in de koudetechniek. Dat gebeurt regelmatig, mede door dit soort zaken. Heel mooi, omdat je dit goed kan waarnemen, dus zeker als toezichthouder kan je dat ook goed zien.”
Herman Jan Wijnants: “Daar komen we straks ook nog op terug, maar dat heeft best wel een grote impact.”
Arie van Ballegooijen: “Dit is de achterzijde van de condensor. In de inleiding over de werking van die koelmachines, noemde ik dat de condensor heeft als functie om de warmte af te voeren. Dit plaatje toont dat dit hier minder goed gaat lukken en het gevolg is dat de condensortemperatuur gaat stijgen, want hij kan zijn warmte niet kwijt. Eén graad temperatuurstijging, staat niet in de sheet, dus even noteren, geeft 2,5% rendementsverlies. Dat is een belangrijke.”
Herman Jan Wijnants: “Dus als je dit niet goed schoonmaakt, dan ben je ook een dief van je eigen portemonnee.”
Arie van Ballegooijen: “Zeker.”
Herman Jan Wijnants: “De effectiviteit van je apparaat daalt. Dit is hier helemaal duidelijk."
Arie van Ballegooijen: “Helemaal duidelijk. Soort astmatische patiënt, die krijgt bijna geen lucht meer, heel belangrijk om deze zaken, ook als toezichthouder waar te nemen bij dit soort koelers, die liggen vaak plat op het dak. Even bukken en kijken, hoe ziet die condensor eruit?”
Herman Jan Wijnants: “Ja, want ik bedoel, dit is geen plaatje die je voor deze webinar hebt gemaakt.”
Arie van Ballegooijen: “Ik heb het niet expres zo vervuild.”
Herman Jan Wijnants: “Nee, precies.”
Arie van Ballegooijen: “Dit is de praktijk.”
Herman Jan Wijnants: “Je kunt dit in de praktijk tegenkomen.”
Arie van Ballegooijen: “Komen we vaak tegen.”
Herman Jan Wijnants: “Dat is natuurlijk ongelooflijk, want als je het een keer schoonmaakt.”
Arie van Ballegooijen: “Zaken die in het jaarlijks onderhoud moeten worden gedaan, een taak van de installateur als het in een vervuilde omgeving staat, dan misschien tweejaarlijks.”
Herman Jan Wijnants: “Dit heb je zo terugverdiend.”
Arie van Ballegooijen: “Soms zie ik noodgrepen. Hier zien we de onderkant van de koelmachine, aan de bovenzijde zie je de condensor. Nummer 1 en 2, zijn de compressoren daar achteraan, daar zie je zo'n Gardena sproeier staan.”
Herman Jan Wijnants: “Links bovenin zie je die.”
Arie van Ballegooijen: “Die wordt als een soort extra nood koeling gebruikt. Omdat de condensor te klein geselecteerd is, redt die dit niet qua capaciteit op hele warme dagen. Die hebben we toch steeds vaker. Die condensor is te klein geselecteerd. Als noodgreep gaan ze dan zo'n tuinsproeier plaatsen. Thuis zit je al met water besparen hier staat dit de hele dag aan.”
Herman Jan Wijnants: “Dan gaan de hectoliters erdoorheen.”
Arie van Ballegooijen: “Hier is iets in het ontwerp mis gegaan. Het kan vervuiling zijn, dat er onvoldoende onderhoud is en dat ze als noodgreep deze sproeier gaan neerzetten. Een keer de condensor goed reinigen met speciale reinigingsmiddelen kan zorgen dat die het weer redt op warme dagen.”
Herman Jan Wijnants: “Dit is een teken van iets dat niet in de haak is.”
Arie van Ballegooijen: “Als je dit ziet als toezichthouder, weet je: hier is iets niet goed. Kortsluiting van lucht zien we regelmatig in kantoorgebouwen, bij je ronde door het gebouw, let op de uitstroomopeningen van deze binnendelen. Dit is een cassette model. Die blaast aan vier zijden gekoelde of warme lucht uit.”
Herman Jan Wijnants: “Dat is een beetje die in het midden zit, dat grote vierkant.”
Arie van Ballegooijen: “Hij zit vrij strak tegen die muur aan. Als die gaat koelen, blaast 'ie koude lucht tegen de muur aan en zuigt gelijk via het aanzuigfilter, in het midden van de unit, weer koude lucht aan. Kortom kortsluiting van lucht. Denkend dat 'ie op temperatuur is, stopt de unit, pendelt de hele dag, je krijgt je ruimte niet op temperatuur. Vervolgens ook veel klachten, want degene die daaronder zit, krijgt continu de koude luchtstroom. Dan ontstaan daar klachten, ze gaan het afplakken je komt in situaties terecht, de koelmachine staat de hele dag aan. Het rendement is slecht. Ofwel samengevat, als jij je ronde doet over dat dak en door het gebouw met de ondernemer, kijk goed naar de vervuiling van condensors, verdampers. Vrij makkelijk te zien altijd. Zijn er in het kantoorgebouw roosters afgeplakt, ofwel een verkeerde luchtverdeling in het gebouw of zijn er temperatuurklachten? Vraag dat niet aan willekeurige gebruikers in het pand, dan word je een soort psycholoog omdat iedereen klachten krijgt, vraag dat aan de gebouwbeheerder, aan de ondernemers dat kan zijn door koudemiddel tekort. Continu draaiend met te weinig koudemiddel, draait de installatie niet goed. Allerlei klachten in het gebouw en de hele dag energieverbruik om niks.”
Herman Jan Wijnants: “Wat zien we op het plaatje nu?”
Arie van Ballegooijen: “Een geval van koudemiddel tekort, een ingevroren leiding en een handwarme leiding aan de andere kant. Dit kan je als toezichthouder ook weer makkelijk zien op het dak. Normaliter moeten beiden in de condens staan. De temperatuur is dan tussen 0 en 5 graden ofwel al het condens slaat neer op dat soort leidingen dat is hier duidelijk niet zo. Belangrijke tip: de toestand van de technische ruimte, hoe ziet deze ruimte eruit? Als daar al veel mis is, veel opslag van vuil en van spullen, veel vervuiling, is dat meestal wel een plaatje voor de rest van de installaties. Dus dat is altijd belangrijk om daarnaar te kijken.”
Herman Jan Wijnants: “Ja, precies. Het geeft al meteen een beeld van hoe ze omgaan met de installaties. Dat is natuurlijk waar je binnenkomt, maar als dat al een zooitje is, dan weet je, de rest is niet heel veel beter.”
Arie van Ballegooijen: “Vaak een vertaling naar de rest van de installaties.”
Herman Jan Wijnants: “Precies, ja, dus dat is een hele simpele.”
Arie van Ballegooijen: “Inderdaad, ja. Gewoon op het oog. Dat kun je zo zien.”
Herman Jan Wijnants: “Ja, precies. Ik zie nog geen vragen over dit onderdeel, DBO binnenkomen. Dus dan kunnen we door naar de wetgeving.”
Arie van Ballegooijen: “Een stukje wetgeving. Drie belangrijke stukken wetgeving in de ruimte- en productkoeling. Met name de F-gassenverordening, die is nieuw, die bestond al en die is nu herzien. Nog strikter geworden. Dat is goed, daar kom ik op terug. De EPBD wetgeving en de PED wetgeving. Allemaal betrekking op koelmachines.”
Herman Jan Wijnants: “De PED staat voor?”
Arie van Ballegooijen: “Dat is de Pressure Equipment Directive. Oftewel warenwetbesluit drukapparatuur, dus ieder apparaat waar druk op staat, die valt onder deze richtlijn.”
Herman Jan Wijnants: “Ook perslucht bijvoorbeeld?”
Arie van Ballegooijen: “Los van meer dan op een gesloten toestel.”
Herman Jan Wijnants: “Ja, precies.”
Arie van Ballegooijen: “Dus wel de compressor zelf, afzijdig aan het systeem. Dan gelijk een vraag daarover.”
Herman Jan Wijnants: “De poll. Zo is het. aan het werk, want we hadden het net al over, dat als je zo'n systeem hebt er koudemiddel ontsnapt, heeft dat wel een grote impact. Hoe groot is die impact? Daarom hebben we de vraag geïntroduceerd. Als je dus één kilo koudemiddel en in dit geval is dat de R-404A, die werd in het verleden veel gebruikt, gaf je voorafgaand al aan. Als dat weglekt, wat betekent dat dan? Drie opties: dat heeft geen invloed, want dit koudemiddel tast ozonlaag niet aan, heeft dezelfde invloed als één maand autorijden of heeft dezelfde invloed als anderhalf jaar autorijden. Mensen hebben al aangegeven waar zij denken dat het antwoord ligt. Er is één iemand, die zegt van: geen invloed, een derde die zegt: één maand en twee derde zegt: anderhalf jaar.”
Arie van Ballegooijen: “Het is die laatste optie. Anderhalf jaar autorijden. We werken met CO₂ equivalenten, oftewel, als één kilo CO₂ ontsnapt, staat het gelijk aan één kilo CO₂. als we daar één kilo van laten ontsnappen, de beeldvorming: één kilo 404, dat zou gebruikt worden in een slaapkamer. Een kleine airconditioning thuis, dan zit daar 0,8 tot 1 kilo koudemiddel in, 404 is een zwaar gas. Dat blijft heel lang voortbestaan in de atmosfeer. Dat staat gelijk aan bijna 4.000 kilo CO₂, ofwel één kilo laten ontsnappen staat gelijk aan 4.000 kilo CO₂-uitstoot.”
Herman Jan Wijnants: “Dat is echt enorm.”
Arie van Ballegooijen: “Dat is enorm, ja. met de uitstoot van een auto, dan betekent dit ruim anderhalf jaar met een auto rondrijden, want een gemiddelde Nederlandse auto stoot 2.400 kilo CO₂ uit als je 20.000 kilometer per jaar rijdt. Die impact van dat koudemiddel verlies is groot, om die reden wordt ook de F-gassenverordening herzien, waarbij we nog strikter beleid krijgen. We zitten in een terugfaseerschema, daar zaten we al in, wordt ook goed in gehandhaafd en de markt volgt dat goed op. Dat gebeurt door marktwerking. Dus de prijzen van de hoog GWP gassen, zoals je dat noemt, die wordt steeds hoger en de andere kant op, richting natuurlijke koudemiddelen of laag GWP gassen, wordt de prijs lager. Marktwerking geeft deze verschuiving.”
Herman Jan Wijnants: “Dat is iets wat wereldwijd gebeurd?”
Arie van Ballegooijen: “Alleen in Europa. Wij zijn daar heel druk mee. Mensen zeggen: in Amerika en China doen ze er niks aan, niet helemaal waar, ook daar zijn ze daarmee bezig. Alleen die zitten in een langzamer schema als dat wij zitten.”
Herman Jan Wijnants: “Gelukkig ook daar, langzaam maar zeker.”
Arie van Ballegooijen: “Zeker, ja.”
Herman Jan Wijnants: “Gelukkig maar.”
Arie van Ballegooijen: “In Europa, want het eerste antwoord over de ozonlaag aantasting. Dat beeld leeft ook nog weleens dat die koudemiddelen de ozonlaag aantasten. In Europa is dat vanaf 2015 al verboden. Wij hebben al vanaf 2015 een totaalverbod op ozonlaag aantastende koudemiddelen. Gebruiken mag nog wel. Als je een installatie op een dak tegenkomt waar R-22, dat is zo'n gas die de ozonlaag aantast, als je R-22 tegenkomt, mag die blijven draaien, zodra koeltechnische handelingen nodig zijn een compressor vervangen, zelfs het onderhoud, dat mag niet meer, dan moet die vervangen worden.”
Herman Jan Wijnants: “Het apparaat moet weg, alleen koelmiddel vervangen kan niet?”
Arie van Ballegooijen: “Dit soort systemen zijn al een jaar of 15 oud, dus die zijn ook wel aan vervanging toe. Toen deze wetgeving net actief was, hadden we te maken met drop-ins, een ander koudemiddel gebruikt, waardoor ze toch konden door draaien. Destijds waren daar mogelijkheden voor. Die installaties zijn zo oud, die moeten vervangen worden. Wat betekent de F-gassenverordening in de praktijk, je loopt je ronde. Hoe ga je dat controleren? Dat is best lastig. In Nederland is de F-assenverordening vertaald naar een BRL-100, de bedrijfsrichtlijnen, bedrijfscertificering en de persoonscertificering, dus dat is de BRL-200. Jij gaat ook niet vragen: laat al je papieren maar eens zien, daar heb je geen tijd voor, een makkelijke manier om te controleren of er voldaan wordt aan de wet, is om te kijken of er kenplaten op die machine aanwezig zijn. Als de gemiddelde politieagent een auto ziet rondrijden zonder kenplaten, word je gestopt. Dat geldt ook voor die koelmachine. Die is ook voorzien van een eigen identificatie en die moet op de unit geplakt zitten. Dat zal ik zo laten zien. Makkelijk te controleren, want als je die ronde doet, dan zit er een typeplaat op van de fabrikant zelf en een kenplaat. Ook een logboek moet op locatie aanwezig zijn. Makkelijk op te vragen: laat mij het logboek maar zien. Is het jaarlijks onderhoud en lekdichtsheidscontrole uitgevoerd? Dat soort zaken moeten op locatie aanwezig zijn. Die lekdichtheidscontrole is ook een wettelijke verplichting.”
Herman Jan Wijnants: “Die staan dus vermeld in het logboek? Ja, dan kun je dat meteen controleren.”
Arie van Ballegooijen: “Daar zit een register in daar wordt jaarlijks of zelfs tweejaarlijks bij grote machines, aangegeven dat de lekdichtheidscontrole is gedaan. Die kenplaat ziet er dus zo uit. Dat is een geplakte sticker met coderingen erop. Dat is dan de hoeveelheid koudemiddel en de GWP zwaarte wordt aangegeven. Je kan als toezichthouder heel makkelijk controleren of de installateur dit allemaal netjes heeft geregistreerd.”
Herman Jan Wijnants: “Dat GWP is een indicatie voor hoeveel CO₂ equivalenten die koelvloeistof dan eigenlijk representeert?”
Arie van Ballegooijen: “Klopt, ja. Dat is wel een belangrijk punt, want het is pas van toepassing vanaf vijf ton CO₂ equivalent. Dan is die logboek en kenplaat plichtig. Kleine split systemen zijn vaak niet logboek plichtig, dat is een twee kilowatt unit, die in een gemiddelde slaapkamer of woonkamer hangt. Die heeft geen logboek plicht, de grotere installaties vanaf 5 ton CO₂ equivalent, het aantal kilo’s vermenigvuldigd met de zwaarte van het gas, bepaalt of die onder dit soort controles valt. Tegenwoordig zien we ook steeds vaker digitale logboeken, dus dan wordt er een QR-code op de unit geplakt.”
Herman Jan Wijnants: “Oh ja.”
Arie van Ballegooijen: “Ook handig als je dat ziet, maak een foto en je kan altijd achteraf even controleren of alles ingevuld is. Daarnaast hebben ook de EPBD keuring. We hebben vanuit de bouw de EPBD richtlijnen, we hebben ook de reguliere keuringen. Ook daar persoonscertificering en bedrijfscertificering, daar is de ondergrens: 70 kilowatt koel- of verwarmingsvermogen. Er wordt ook een gebouwcontrole gedaan volgens een EPBD checklist. Er vindt weer een afmelding plaats in een register, er wordt een rapportage van gemaakt, inclusief de besparende maatregelen.”
Herman Jan Wijnants: “Oh ja.”
Arie van Ballegooijen: “Veel van de foto's die ik net liet zien, komen vanuit dat soort EPBD onderzoeken. Daar valt veel te besparen. Deze keuring vindt periodiek plaats om de vijf jaar voor de koeling en om de vier jaar voor de verwarming, jammer dat dit niet samen loopt, maar dat zijn punten voor verbetering.”
Herman Jan Wijnants: “Ja, als ze iedere vier jaar allebei doen, dan is het ook goed.”
Arie van Ballegooijen: “Een voorbeeld van de typeplaat van de fabrikant. Daar is het vermogen te vinden, dus 70 kilowatt ondergrens met ook de link naar het EPBD keuring portaal en het SCIOS portaal waar de afmeldingen plaatsvinden. Dan hebben we nog de PED wetgeving, ook belangrijk, omdat dit veiligheid betreft. Installatie moet bij aanvang gecontroleerd worden door een inspecteur. Dit kan steekproefsgewijs. Bij grotere installaties moet de inspecteur aanwezig zijn. Voor de toezichthouder lastig om achteraf te controleren, vraag het eens op bij ondernemers: voldoe je aan de PED en wat heeft 'ie ervoor gedaan?”
Herman Jan Wijnants: “Dan hadden we nog tenslotte de tips. Je had een aantal dingen verzameld, waarvan je zegt van: dit is wel handig als een toezichthouder hier rekening mee houdt, want dit zijn dingetjes die je makkelijk kan doen. Je hebt er een aantal genoemd. Je hebt nog even een rijtje gemaakt.”
Arie van Ballegooijen: “Ja, klopt. Naast de erkende maatregel is altijd belangrijk: de toekomstvisie van de ondernemer. Stukje bewustwording. Ik liet net zien over die serverruimtes. Het kan zijn dat een groot deel naar de cloud is gegaan en dat ze veel minder koelcapaciteit nodig hebben. Soms merk je ook doordat er zoveel apparatuur verplaatst is dat de airconditioning niet aan hoeft. Als er een vervangingsmoment komt, moet er nog wel een airco geplaatst worden of kunnen we zonder. Deze alternatieven zijn altijd belangrijk. Is die ondernemer daarvan op de hoogte, vaak wordt er vanuit gewoonte één op één gewisseld, soms niet nodig. Restwarmte, wat genoemd werd. Een stuk bewustwording. Niet altijd direct een aanpassing, met toekomstige vervanging is het slim om dit genoemd te hebben. Let op, ik produceer heel veel koude, kan ik die restwarmte ook gebruiken? Belangrijk punt. De overstap naar natuurlijke koudemiddelen, mede door de F-gassenverordening is er een verschuiving van de chemische koudemiddelen naar natuurlijke middelen, ammoniak, CO₂ en brandbare koudemiddelen. Dat is ook wel een hele belangrijke, zeker ook in het werkveld. Als jij je ronde doet door het gebouw, nooit alleen een ammoniakinstallatie betreden, nooit alleen een CO₂-installatie betreden zonder detectie. Dat zijn koudemiddelen die goed voor milieu zijn, maar heel slecht voor de mens, zonder de juiste maatregel. Een voorbeeld wat er misgegaan is met een propaaninstallatie. Er waren onderhoudswerkzaamheden. Een vonkje vrijgekomen en grote ontploffing tot gevolg, met twee zwaargewonden, ook buiten deze container een aantal zwaargewonden, dus ook zeker als toezichthouder is het belangrijk als je dit soort installaties tegenkomt, denk altijd aan je eigen veiligheid en zorg voor persoonlijke detectie dat je aangemeld bent, alle veiligheidsvoorwaarden in acht nemen.”
Herman Jan Wijnants: “Dit wil niemand.”
Arie van Ballegooijen: “Dit is het verschil of je thuiskomt, dus dat is belangrijk met dit soort koudemiddelen. Een andere interessante tip is het handboek van RVO. Die hebben een handboek gemaakt met samenvatting van alle keuringseisen, die komt op bij heel veel verschillende installaties. Perslucht, de koelinstallaties zoals we net besproken hebben. Iedere component heeft wel bepaalde keuringseisen daarin. Dat handboek Samenvatten keuringseisen wordt jaarlijks bijgehouden, daar staan van 43 verschillende soorten installaties alle eisen genoemd, ook van Sertum wordt ook een wetboek, een handleiding jaarlijks uitgeven. Dat is een betaalde versie, Daar staat alle wet- en regelgeving, die van toepassing is in onze sector. Ook een belangrijke, naast het dreigen met de stok, zoals dat heet, zijn er ook subsidiemogelijkheden, de ondernemer kan kijken naar bepaalde subsidieregelingen. RVO geeft daar ook via nieuwsbrieven informatie over. Altijd goed om je in te schrijven voor zo’n nieuwsbrief en dit soort informatie bij te houden. DUMAVA-regeling bijvoorbeeld, een potje wat ieder jaar weer wordt vrijgegeven, ook snel op, maar het is wel een maatregel om maatschappelijk vastgoed verder te verduurzamen.”
Herman Jan Wijnants: “Ja, precies ja, dus dat is ook een soort extra handreiking naar de ondernemer toe.”
Arie van Ballegooijen: “Uiteindelijk de Trias Energetica. Een bekend verhaal voor iedereen. De vier hoofdpunten, ik vind het ook belangrijk om onderhoud en vervanging mee te nemen. Bij een vervanging, werd vanuit het verleden alles één op één vervangen. Grote gasketels in verzorgingshuizen. Misschien kunnen we overgaan op vier kleinere systemen, een cascade opstelling. Dat is veel interessanter als één grote machine en één grote machine als back-up. Met vier kleine systeempjes, ben je veel duurzamer bezig.”
Herman Jan Wijnants: “Ja, precies.”
Arie van Ballegooijen: “En ook nog beter voor de betrouwbaarheid. Dus bij onderhoud en vervanging is het erg belangrijk om die Trias Energetica altijd te onthouden. Hierbij alle linkjes die we gedurende deze presentatie hebben besproken.”
Herman Jan Wijnants: “Heel handig, kan iedereen de referentie terugzoeken, mochten ze daar inderdaad behoefte aan hebben. Ik kijk of er aanvullende vragen zijn binnengekomen, ik denk dat de meeste zijn afgevangen in de green room, dus ik zie geen extra vragen meer, volgens mij kunnen we het hier voor nu even bij laten. We hebben ook bijna één uur vol gepraat, dus dat is ook zeker voldoende. Heel informatief. Volgens mij heel goed om hier kennis van te nemen, want je ziet dat er heel veel mogelijkheden zijn om hier nog extra energie op te besparen.”
Arie van Ballegooijen: “Ja, zeker. Soms is het ook echt laaghangend fruit. Heel makkelijk om dingen te zien, ook zelfs als beginnend toezichthouder, dus bepaalde vervuiling van de condensor, isolatie van leidingen, zaken die je redelijk makkelijk kan herkennen.”
Herman Jan Wijnants: “Zo is het.”
Arie van Ballegooijen: “De eerste keer bij koelmachine, is het overweldigend, grote machines, dus het lijkt spannend, er zit regeltechniek achter, maar door je er wat verder in te verdiepen en die hoofdcomponenten te zoeken, word je daar steeds meer eigen in en herken je steeds meer dingen.”
Herman Jan Wijnants: “Ja, precies dus ook gewoon door het te doen, maar af en toe nog eens een keer deze webinar terug te kijken, kan de toezichthouder langzaam maar zeker het zich wel redelijk eigen maken.”
Arie van Ballegooijen: “Zeker, ja.”
Herman Jan Wijnants: “Arie, dank je wel en Kees in de green room, natuurlijk ook bedankt voor het afvangen van de eerste vragen. Dan wil ik de mensen die online mee hebben gekeken graag bedanken voor hun aandacht. Er is nog de mogelijkheid om je op te geven voor het webinar stoom om vier uur straks. We verwijzen ook graag naar de pagina's op iplo.nl voor additionele informatie over dit onderwerp. Wat ook goed is om nog aan te geven, is dat jullie op de website iplo.nl ook nog kunnen aanmelden voor de bijeenkomst op 6 juni, dan is er weer een netwerkbijeenkomst in de middag en in de ochtend is er dan nog een bijeenkomst over de informatieplicht. Daar is een groep toezichthouders die daar met elkaar informatie uitwisselt, dus als je wil, kun je daar de hele dag voor uit trekken, voor alleen de netwerkbijeenkomst, kom je alleen de middag. Voor nu in ieder geval dank hopelijk tot straks. Arie, nogmaals dank voor je heldere presentatie.”
Arie van Ballegooijen: “Graag gedaan.”
Herman Jan Wijnants: “Dank jullie wel.”
Arie van Ballegooijen: “Succes ermee.”
Herman Jan Wijnants: “Dank je.”
Meer informatie over webinars over energiebesparing
Het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO) organiseert in samenwerking met het ministerie van Klimaat en Groene Groei en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties diverse webinars met uitleg over de plicht tot verduurzaming van energiegebruik. Ook de onderwerpen waarmee toezicht en handhaving op deze plicht mee te maken krijgt komen aan bod.
Het IPLO biedt de volgende webinars aan:
- Algemene webinars (uitleg over definitieve wetgeving en over veelgestelde vragen aan de helpdesk van het IPLO)
- Technische webinars (uitleg over technieken die energietoezichthouders tegenkomen bij hun controles op de energiebesparingsplicht)