De wens om te anticiperen, kan zijn ingegeven door verschillende motieven, zoals erachter komen dat dat de nieuwe regels beter uitpakken of om beter voorbereid te zijn op het komende recht.
Het vaststellen van een PGS is een uitgebreid proces. De PGS wordt opgesteld door een werkgroep en geaccepteerd door een stuurgroep, waarna het Bestuurlijk Omgevingsberaad de PGS formeel vaststelt. Hierna wordt een deel van de PGS geïmplementeerd in het stelsel van de Omgevingswet. Een technische notificatieprocedure in Brussel en een internetconsultatie zijn hierbij belangrijke stappen.
Reden vooruitlopen
Tijdens het implementatietraject kan het voor bedrijfsleven en het bevoegd gezag goed zijn om al te werken met de nieuwe PGS-richtlijn. Voor de veiligheid is het bevorderlijk als de laatste de stand van de techniek / stand van de wetenschap en professionele dienstverlening / BBT Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) wordt toegepast. Het kan kostenefficiënter zijn voor bedrijven om aan de herziene PGS te voldoen. De risicobenadering van de PGS nieuwe stijl bevat duidelijkere aanknopingspunten om gelijkwaardigheid aan te tonen dan bij PGS Oude Stijl het geval was. Vooruitlopend handelen is mogelijk, nadat de PGS is vastgesteld door het Bestuurlijk Omgevingsberaad en gepubliceerd op de website van de PGS-organisatie.
Vooruitlopen kan in 3 situaties
- bij vergunningplichtige milieubelastende activiteiten
- bij milieubelastende activiteiten die niet vergunningplichtig zijn
- bij milieubelastende activiteiten die nog niet in het Besluit activiteiten leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bal) zijn aangewezen
Bij vergunningplichtige milieubelastende activiteiten
Bij het beoordelen van de aanvraag en het verlenen van de vergunning is het afwegingskader van artikel 8.10 uit het Besluit kwaliteit leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bkl) van belang. Dit artikel geeft aan dat rekening gehouden moet worden met de BBT-conclusies en informatiedocumenten, bedoeld in bijlage XVIII, onder A, van het Bkl. Omdat er gesproken wordt over "rekening houden met" kan het bevoegd gezag met motivatie afwijken van de aangewezen informatiedocumenten. Deze stappen zijn ook mogelijk in het geval dat een wijzigings- of revisievergunning wordt aangevraagd, of op initiatief van het bevoegd gezag.
Bij milieubelastende activiteiten die niet vergunningplichtig zijn
De voorschriften van een bestaande PGS-richtlijn die in de bijlage van de Omgevingsregeling Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) zijn opgenomen, blijven het uitgangpunt en moeten worden nageleefd. Als er een nieuwe versie is van een bestaande richtlijn of als er een nieuwe richtlijn is, die nog niet in de bijlage van de Omgevingsregeling is opgenomen, geldt het volgende. In plaats van de voorgeschreven maatregel kan verzocht worden om het treffen van een gelijkwaardige maatregel. De bewijslast van het aantonen van de gelijkwaardigheid ligt bij de initiatiefnemer. Vervolgens wordt de gelijkwaardigheid beoordeeld door het bevoegd gezag. Het toepassen van gelijkwaardige maatregelen is geregeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet. Het gaat om een maatregel waarmee ten minste hetzelfde resultaat wordt bereikt als met de algemene regel. Het Bal biedt voor het bevoegd gezag ook de mogelijkheid om af te wijken van de bepalingen van het Bal. Dit kan in individuele gevallen met maatwerkvoorschriften (artikel 2.13 Bal).
Bij milieubelastende activiteiten die nog niet in het (Bal) zijn aangewezen
De meeste opslagen / installaties zullen functioneel ondersteunende activiteiten bij een milieubelastende activiteit zijn, die onder het Bal valt (bijvoorbeeld opslag- en transportbedrijf). Er kunnen dan maatwerkvoorschriften gesteld worden. Voor bijvoorbeeld fietsenmakers of andere activiteiten die niet onder het Bal vallen, is de bruidsschat van het omgevingsplan relevant. Artikel 22.41 geeft aan dat de bruidsschat van toepassing is op alle milieubelastende activiteiten.
Zowel in het Bal (artikel 2.13) als in de bruidsschat (artikel 22.45) staat een algemene mogelijkheid om met maatwerkvoorschriften af te wijken van en aan te vullen op de algemene regels. De maatwerkvoorschriften kunnen, nadat het Bestuurlijk Omgevingsberaad de PGS heeft vastgesteld, worden opgelegd om nog niet aangewezen PGS-richtlijnen afdwingbaar te maken.
Daarnaast kan de gemeente regels stellen in het omgevingsplan. In die regels kan de gemeente rechtstreeks de inhoudelijke voorschriften van de PGS-richtlijnen voorschrijven of de mogelijkheid bieden tot het stellen van een maatwerkvoorschrift voor een individueel bedrijf met daarin de inhoudelijke voorschriften van de PGS-richtlijnen.
Voor PGS-richtlijnen die gaan over (proces)installaties voor gevaarlijke stoffen kan het zijn dat er nog geen sprake is van een functioneel ondersteunende activiteit. Bij de implementatie van de PGS zal voor zover noodzakelijk voor omgevingsveiligheid het Bal worden herzien. In de tussenliggende periode kan ook in die gevallen aangesloten worden bij de systematiek van maatwerkvoorschriften op grond van de eerdergenoemde artikelen.