Instructieregels stiltegebieden
De provincie moet zorgen dat de omgevingsverordening regels bevat om geluid in aangewezen stiltegebieden te voorkomen of te beperken. Dit zijn meestal instructieregels voor gemeenten over evenwichtige toedeling van functies aan locaties of over direct werkende regels in omgevingsplannen.
Taken van de provincie
De provincie heeft de taak om het geluid in stiltegebieden te voorkomen of te beperken. Deze taak is neergelegd in artikel 2.18, lid 1 van de Omgevingswet. In artikel 7.11 Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) is hiervoor een instructieregel opgenomen.
De provincie:
- wijst stiltegebieden aan in de omgevingsverordening
- neemt regels op in de omgevingsverordening over het voorkomen of beperken van geluid in deze stiltegebieden. Het geluid kan afkomstig zijn van bronnen binnen en buiten dat gebied.
- neemt fysieke maatregelen als deze de taak ondersteunen om het geluid in een stiltegebied te voorkomen of te beperken
Zie ook: Mogelijke en verplichte onderdelen omgevingsverordening.
Beperking van instructieregels artikel 7.11 Bkl
De regels mogen geen betrekking hebben op het voorkomen of beperken van geluidbelasting door het gebruik van ontplofbare stoffen en voorwerpen op een militaire schietbaan of een militair springterrein (artikel 7.11 Bkl). In de praktijk zal de provincie een instructieregel opnemen die bepaalt dat het omgevingsplan geen regels bevat over het geluid van militaire schietbanen of een militair springterrein met betrekking tot stiltegebieden.
Bij de omgevingsverordening (en het omgevingsplan) kunnen ook geen regels gesteld worden over verstoringen door overvliegend luchtverkeer, in het bijzonder reclamevliegtuigen en militaire luchtvaart. Beperkende regels daarvoor staan in de Wet luchtvaart.
Instructieregels of direct werkende regels in omgevingsverordening
De regels in de omgevingsverordening zijn instructieregels voor gemeenten of direct werkende regels. Het Rijk geeft er de voorkeur aan om in de omgevingsverordening een instructieregel aan gemeenten te geven, in plaats van direct werkende regels in de omgevingsverordening. Gemeenten kunnen op basis van de instructieregels direct werkende regels opnemen in het omgevingsplan. Dit bevordert de vindbaarheid van regels voor de burgers.
Regels in het omgevingsplan
De instructieregels in de omgevingsverordening richten zich tot gemeenten om bepaalde regels in het omgevingsplan op te nemen. De provincie mag in de omgevingsverordening instructieregels opnemen voor gemeenten op grond van artikel 2.22 van de Omgevingswet. Deze instructieregels hebben betrekking op:
- een toedeling van functies en/of
- direct werkende regels in het omgevingsplan voor het beschermen van stiltegebieden
Instructieregels voor functietoedeling in of in de nabijheid van stiltegebieden
De provincie legt de locatie van stiltegebieden vast in de omgevingsverordening. Via instructieregels bepaalt de provincie dat voor deze locatie een beschermende (neven)functie in het omgevingsplan wordt opgenomen. De instructieregels van de provincie die gelden voor die locatie hoeven in het algemeen niet tot een uitputtende functietoedeling in het omgevingsplan te leiden.
Deze instructieregels kunnen invloed hebben op het toedelen van functies in of in de nabijheid van stiltegebieden. Denk aan luidruchtige of verkeersaantrekkende bedrijven, recreatiebedrijven, toeristische attracties, kartbanen, schietterreinen in de open lucht of hondenpensions/-kennels. De gemeente neemt dus in het omgevingsplan op dat dergelijke functies niet zijn toegestaan op een bepaalde locatie.
Direct werkende regels in het omgevingsplan
De instructieregels van de provincie kunnen ook bepalen dat het omgevingsplan direct werkende regels bevat. Deze regels hebben betrekking op het gebruik van bepaalde lawaaiige toestellen of geluidoverlast veroorzakende activiteiten, evenementen en lawaaisporten. Denk aan muziekfestivals, crossen met motoren en auto's, autorally's en modelvliegen.
De directe regels in het omgevingsplan kunnen zich richten op burgers en bedrijven. Het omgevingsplan bevat dan dus regels over het toelaten van een activiteit in of nabij een stiltegebied. Een voorbeeld van een direct werkende regel is een verbod van motorvoertuigen in een stiltegebied. Maar er kunnen ook bijvoorbeeld regels gelden over de bedrijfstijden, de bedrijfsvoering of het geluid. De regels over het geluid omvatten waarden of andere regels.
Direct werkende regels in de omgevingsverordening
Ook in de omgevingsverordening kunnen regels staan die zich rechtstreeks richten tot burgers en bedrijven als dat doeltreffender en doelmatiger is dan het stellen van instructieregels. Meestal worden dergelijke regels echter opgenomen in het omgevingsplan, het centrale instrument voor de toedeling van functies aan locaties. Dit heeft als voordeel dat burgers en bedrijven regels die van toepassing zijn op hun perceel zoveel mogelijk op één plek kunnen terugvinden. Deze werkwijze vergroot de toegankelijkheid van de regels en bevordert de samenhang van gemeentelijke en provinciale regels.
Stiltegebieden en stille gebieden
De stiltegebieden die op deze pagina zijn besproken, liggen in het algemeen in landelijk gebied. In de Omgevingswet komt ook de term 'stil gebied' voor. Deze komt voort uit de Europese Richtlijn omgevingslawaai. De term wordt gebruikt door bestuursorganisaties die geluidsbelastingkaarten en actieplannen geluid opstellen.
Het begrip 'stille gebieden' omvat:
- de stiltegebieden die zijn aangewezen in omgevingsverordening
- gebieden die als stil gebied zijn aangewezen in een omgevingsplan
- gebieden waarin de fysieke leefomgeving in verband met geluid bijzondere bescherming behoeft. Bijvoorbeeld stille hofjes tussen de bebouwing of een afgeschermd park.
Bestuursorganen die een actieplan opstellen, beschrijven in het actieplan geluid hoe zij de stille gebieden beschermen tegen een toename van geluid.
Begrip: Omgevingsverordening
De omgevingsverordening bevat alle provinciale regels voor de fysieke leefomgeving. Dit kunnen regels zijn over activiteiten. Bijvoorbeeld regels over activiteiten in natuurgebieden. In uitzonderlijke gevallen kan de provincie ook regels stellen over de toedeling van functies aan locaties.
Lees meer over de omgevingsverordening.
Begrip: Instructieregel
De instructieregel is een bindende regel voor bestuursorganen over:
- de uitvoering van bepaalde taken, of
- de inhoud van bepaalde te nemen besluiten (bijvoorbeeld programma’s, omgevingsplannen, vergunningen)
Lees meer over de instructieregel.
Begrip: Omgevingsplan
Het omgevingsplan bevat alle regels over de fysieke leefomgeving die de gemeente stelt binnen haar grondgebied. Per gemeente is er 1 omgevingsplan.
Lees meer over het omgevingsplan.