Toepassingsbereik instructieregels over geluidgevoelig gebouw
In het Besluit kwaliteit leefomgeving is bepaald welke gebruiksfunctie ervoor zorgt dat een gebouw als geluidgevoelig is aangemerkt. De instructieregels zijn van toepassing op deze geluidgevoelige gebouwen.
Situaties waarbij bevoegd gezag instructieregels toepast
De instructieregels van paragraaf 5.1.4.2 'Geluid door activiteiten' en paragraaf 5.1.4.2a 'Geluid door wegen, spoorwegen en industrieterreinen' van het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) zijn van toepassing op het:
- toelaten van een als geluidgevoelig aangemerkt gebouw bij een activiteit op een locatie of in een geluidaandachtsgebied Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup)
- toelaten van een weg, spoorweg, industrieterrein of activiteit bij een als geluidgevoelig aangemerkt gebouw
Toelaten kan ook een aanpassing zijn van bestaande regels in het omgevingsplan, zoals het wijzigen van het beschermingsniveau, het bouwvlak of de toegelaten weg.
Het bevoegd gezag past de regels toe bij het vaststellen van een omgevingsplan, omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit of een projectbesluit.
Als geluidgevoelig aangemerkt gebouw
De toegelaten gebruiksfunctie van een gebouw bepaalt of het als geluidgevoelig is aangemerkt. Een geluidgevoelig gebouw is een gebouw of een gedeelte van gebouw (Bijlage 1 Bkl):
- met een woonfunctie (woningen, verzorgingshuizen, woonwagens en woonschepen)
- met een onderwijsfunctie
- voor kinderopvang met bedden
- voor gezondheidszorg met bedden
Uitzonderingen toepassen instructieregels
Op toelaten van een tijdelijk geluidgevoelig gebouw dat het omgevingsplan voor niet meer dan 10 jaar bij een activiteit (artikel 5.55 lid 2 onder c Bkl) of in een geluidaandachtsgebied (artikel 5.78 lid 2 Bkl) is alleen de centrale instructieregel over de aanvaardbaarheid van geluid van toepassing. Dit geldt ook voor toelaten van een activiteit bij een tijdelijk geluidgevoelige gebouw (artikel 5.55 lid 2 onder c Bkl).
Op de volgende als geluidgevoelig aangemerkte gebouwen zijn geen instructieregels van toepassing:
- geluidgevoelig gebouw op een industrieterrein met geluidproductieplafonds (artikel 5.55, lid 2, onder a Bkl en artikel 3.18, lid 3, onder a Bkl).
- geluid op een niet-geluidgevoelige gevel van een geluidgevoelig gebouw (artikel 5.55, lid 2, onder b Bkl, artikel 5.78i, lid 2 Bkl, artikel 5.78ae, lid 2, onder c Bkl, artikel 5.78ah, lid 2 Bkl en artikel 3.18, lid 3, onder b Bkl).
- geluid door een weg, spoorweg of industrieterrein op een tijdelijk geluidgevoelig gebouw dat voor niet meer dan 10 jaar is toegelaten (artikel 3.18 lid 4 Bkl en artikel 5.78 lid 2 Bkl)
Bij het vaststellen van een omgevingsplan of een projectbesluit zorgt het bevoegd gezag ook voor deze gebouwen voor een evenwichtige toedeling van functies aan locaties.
Waar de waarden gelden
Het omgevingsplan bepaalt dat de waarden van toepassing zijn (artikel 5.60 Bkl en artikel 5.78, lid 3 Bkl):
- op een geluidgevoelig gebouw:
- op de gevel, als het gaat om een aanwezig geluidgevoelig gebouw
- op de locatie waar een gevel mag komen, als het gaat om een nieuw te bouwen geluidgevoelig gebouw
- op een woonschip of woonwagen, op de begrenzing van de locatie voor het plaatsen van dat woonschip of die woonwagen
- in het geval van een binnenwaarde, in een geluidgevoelige ruimte
De waarden die in het omgevingsplan zijn opgenomen, gelden niet op één specifieke gevel of locatie. De waarden gelden op alle gevels van het (te realiseren) geluidgevoelige gebouw.
Paragraaf 8.2.3.2 'Geluid' van de Omgevingsregeling regelt op welk punt op de gevel het geluid wordt bepaald.
Informatie over werking instructieregels geluid
Instructieregels over toelaten van:
- De meeste activiteiten
- 1 of 2 windturbines
- Windpark
- Civiele buitenschietbaan
- Militaire buitenschietbaan of springterrein
- Een of meerdere evenementen
- Activiteit in omgevingstype (zoals openbare buitenruimte, industrieterrein of stiltegebied)
- Geluidbron met geluidproductieplafonds
- Lokale (spoor)weg
- Geluidgevoelig gebouw bij activiteit
- Geluidgevoelig gebouw in geluidaandachtsgebied
Informatie over beoordelen gevolgen fysieke leefomgeving
Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl)
Het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) is een van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet.
Geluidaandachtsgebied
Geluidaandachtsgebied als bedoeld in artikel 3.20, Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl). Deze begripsbepaling staat in bijlage I, Bkl.
Uitleg
Een geluidaandachtsgebied is het gebied langs een weg, spoorweg of rond industrieterrein waar het geluid hoger kan zijn dan de standaardwaarde (artikel 3.20 Bkl). Voor het bepalen van de omvang van het geluidaandachtsgebied gelden de regels uit bijlage IVc van de Omgevingsregeling. Bij een lokale (spoor)weg is het geluidaandachtsgebied tot een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip begrenst door een vaste afstanden (artikel 17.5 Omgevingsregeling).
Meer informatie is te lezen op de pagina Geluidaandachtsgebied.