Op deze pagina
Wat u moet weten over de beoordeling van een lozing door een (vergunningplichtige) milieubelastende activiteiten op een rwzi en oppervlaktewater:
Vergunningplichtige activiteiten
Voor een aantal milieubelastende activiteiten geldt een vergunningplicht op basis van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal).
Overheden ontvangen de digitale vergunningaanvragen en meldingen via het Omgevingsloket. Lees meer over vergunningaanvragen en meldingen in het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO).
Decentrale vergunningen
Het waterschap kan in de waterschapsverordening ook andere lozingsactiviteiten vergunningplichtig of meldingsplichtig maken. Zoals een vergunningplicht voor het lozen van grote hoeveelheden afvalwater. Dit zijn decentrale regels. De waterschapsverordening geldt alleen voor regionale wateren, want de activiteiten bij rijkswateren zijn al uitputtend geregeld in het Bal.
Bevoegdheid bij lozingen of milieubelastende activiteiten
Bij het direct brengen van afvalwater van een milieubelastende activiteit op een zuiveringtechnisch is er sprake van een lozingsactiviteit. De beheerder van het zuiveringtechnische werk beoordeelt deze lozingsactiviteit voordat de lozing begint .
Ook is instemming van het dagelijks bestuur nodig, voordat de lozing start. Zie artikel 4.24 van het Omgevingsbesluit (Ob). Daardoor kan zij ook handhaven (zie artikel 13.3, lid 1, van het Ob).
Rol waterbeheerder
Loost het zuiveringtechnische werk op oppervlaktewater dat bij een andere waterbeheerder hoort? Dan controleert die waterbeheerder of de lozing van het zuiveringtechnische werk voldoet aan de gestelde lozingseisen.
Complex bedrijf
Bij een complex bedrijven is een integrale benadering van belang. Paragraaf 16.2.2 van de Omgevingswet bevat daarom een coördinatieregeling om vergunningen te verlenen voor de milieubelastende activiteit en lozingsactiviteit vanuit dezelfde locatie als een complex bedrijf.
Beoordelingsregels omgevingsvergunning
De beoordelingsregels voor de omgevingsvergunning voor een lozingsactiviteit staan in artikel 8.84 en 8.88 van het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl). Deze beoordelingsregels gelden alleen voor een lozingsactiviteit die het Bal als vergunningplichtig aanwijst. De waterschappen (en eventueel provincies) die een vergunningplicht instellen voor lozen, moeten de beoordelingsregels in hun verordening opnemen (artikelen 6.2 en 7.12 van het Bkl).
Activiteit is te verenigen met waterbelangen
Het verlenen van een omgevingsvergunning mag alleen als de lozingsactiviteit te verenigen is met een aantal waterbelangen:
- het voorkomen en waar nodig beperken van overstromingen, wateroverlast en waterschaarste
- het beschermen en verbeteren van de chemische en ecologische kwaliteit van watersystemen. De lozing mag er niet toe leiden dat een waterlichaam dan niet voldoet aan de rijksomgevingswaarden of in toestand achteruit gaat.
- het vervullen van maatschappelijke functies door watersystemen
Het bevoegd gezag moet bij het beoordelen ook rekening houden met de waterbeheerprogramma's, regionale waterprogramma's, stroomgebiedsbeheerplannen, overstromingsrisicobeheerplannen en het nationaal waterprogramma. Dit staat in artikel 8.84 van het Bkl.
Werking zuiveringtechnisch werk niet in gevaar brengen
Als lozing op een zuiveringtechnisch werk plaatsvindt, is een omgevingsvergunning alleen mogelijk als de activiteit (artikel 8.88, eerste lid van het Bkl):
Bij het beoordelen van het brengen van afvalwater op de rwzi kijkt het bevoegde gezag ook naar:
- Is voor de op de rwzi te brengen stoffen een ABM-toets uitgevoerd?
- Is op de afvalwaterstroom een immissietoets uitgevoerd?
In de omgevingsvergunning komen de eisen voor het brengen van het afvalwater op de rwzi te staan. De eisen moeten altijd in overeenstemming zijn met de grootte van de effecten van de activiteit.
Beoordelingsregels voor de milieubelastende activiteit ook van toepassing
Voor een omgevingsvergunning voor een lozingsactiviteit op een oppervlaktewater of een zuiveringtechnisch werk zijn ook de beoordelingsregels van toepassing, die gelden voor de milieubelastende activiteit (artikel 8.88, lid 2 en 3, Bkl). Deze beoordelingsregels gaan over:
- integrale aanpak milieuverontreiniging
- hoog niveau van bescherming van het hele milieu bereiken
- alle passende preventieve maatregelen treffen
- de beste beschikbare technieken (BBT) toepassen
- geen significante milieuverontreiniging veroorzaken
- energie doelmatig gebruiken
- maatregelen tegen ongevallen treffen
- maatregelen bij einde milieubelastende activiteit treffen
- rekening houden met informatiedocumenten voor de bovenstaande punten
- bepalen van beste beschikbare technieken
- rekening houden met het Landelijk afvalbeheerplan
- voldoende afstand tussen een Seveso-inrichting en Natura 2000-gebied. Of andere passende maatregelen nemen om het Natura 2000-gebied te beschermen. Zware ongevallen bij een Seveso-inrichting kunnen namelijk grote gevolgen hebben voor deze gebieden.
Vergunningvoorschriften
Het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) geeft aan waarover het bevoegd gezag vergunningvoorschriften kan opnemen voor een vergunningplichtige lozingsactiviteit in het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal).