Bodem en de bruidsschat
Bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet krijgt de gemeente een aantal regels over het onderwerp bodem in het tijdelijk deel van het omgevingsplan. Waterschappen krijgen regels in het tijdelijk deel van de waterschapsverordening. Op deze pagina leggen we de bodemregels in de bruidsschat uit. Ook staat hier wat een gemeente of waterschap met de bruidsschat kan doen.
Bruidsschat
De bruidsschat Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) is een set aan regels die van het Rijk naar de gemeenten en waterschappen gaan. Deze regels worden automatisch onderdeel van het tijdelijke deel van het omgevingsplan of het tijdelijk deel van de waterschapsverordening. Zo ontstaat er geen beleidsvacuüm. De bruidsschat bevat regels over veel verschillende onderwerpen, waaronder bodem.
Lees meer over de bruidsschat.
Bodemonderwerpen in de bruidsschat
De bruidsschat bevat regels over meerdere bodemonderwerpen. De verschillende bruidsschatregels voor het omgevingsplan staan in onderstaande tabel toegelicht. Het gaat onder andere om regels die komen uit:
- Wet bodembescherming
- Regeling uniforme saneringen
- Besluit lozen buiten inrichtingen
Een overzicht van alle milieuregels uit de bruidsschat en de relatie met de instructieregels uit het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) staat in de tabel bruidsschat en instructieregels Bkl (xlsx, 58 kB).
Naast bruidsschatregels voor het omgevingsplan, zijn er ook bruidsschatregels voor de waterschapsverordening.
Tabel: bruidsschat per onderwerp
Onderwerp |
Relatie met Rijksregels |
Inhoudelijke samenvatting bruidsschat |
---|---|---|
Specifieke zorgplicht (artikel 22.44) |
Aanvulling op specifieke zorgplicht | Zorgplicht Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) voor alle milieubelastende activiteiten die in het omgevingsplan staan en waarvoor geen specifieke zorgplicht in het Bal is geregeld. |
Toelaten bouwen op bodemgevoelige locaties (paragraaf 22.2.7.2) |
Invulling van instructieregel uit het Bkl (Toelaten van een bouwactiviteit op een bodemgevoelige locatie, paragraaf 5.1.4.5.1 Bkl) |
Dit is onderdeel van de vergunningsregels voor bouwen. Zie Overgangsrecht bouwverordening en bruidsschatregels bouwen bodemgevoelig gebouw op een bodemgevoelige locatie. |
Nazorg na saneren (paragraaf 22.3.7.1) |
Invulling van instructieregel uit het Bkl (Nazorg, paragraaf 5.1.4.5.2 Bkl) | Verplichting om het volgende in stand te houden, te onderhouden en/of te vervangen:
|
Kleinschalig graven met een kwaliteit boven de interventiewaarde bodemkwaliteit (paragraaf 22.3.7.2) | Aanvulling op Graven in bodem met een kwaliteit boven interventiewaarde (paragraaf 4.120 Bal) |
De regels gelden bij graven in de landbodem in een omvang die kleiner is dan 25 m3 en voor:
Onder graven valt ook het zeven van grond en tijdelijk uitnemen van grond. De volgende regels gelden:
|
Activiteiten op locaties beschikt ernst-niet spoed (paragraaf 22.3.7.3) | Verbijzondering zorgplicht |
Dit is een aanvullend vangnet voor andere activiteiten dan graven, saneren of bouwen. De gemeente kan via maatwerkregels of een individueel maatwerkvoorschrift regels stellen op die activiteiten. Artikel 22.132 sluit geen enkele activiteit uit in de reikwijdte. Volgens het recht gaat een specifieke regel wel altijd voor op een minder specifieke regel. Voor de activiteiten graven, saneren en bouwen hebben die specifieke regels dus voorrang. Over andere activiteiten op bekende niet-spoed locaties regelen het Bal en omgevingsplan (nog) niet iets specifieks. In die leemte voorziet deze bruidsschatregel. |
Saneren van de bodem in het zinkassengebied De Kempen (paragraaf 22.3.7.4) | Maatwerkregels bij saneren van de bodem (paragraaf 4.121 van het Bal) |
Dit geldt alleen voor gemeenten in De Kempen op locaties waarbij de verontreiniging is ontstaan door zinkassen. Het gaat om maatwerkregels voor:
De regels zijn vergelijkbaar met de regels uit de categorie Projectgebied De Kempen uit de voormalige Regeling uniforme saneringen. |
Lozen van grondwater bij sanering, uit een onderzoek voorafgaand aan een grondwatersanering of ontwatering op de bodem of het riool (paragraaf 22.3.8.1) | Aanvulling op graven of saneren van de bodem (paragrafen 4.119 t/m 4.121) |
Het lozen van afvalwater afkomstig van graven of saneren, op of in de bodem of op een riool valt onder de milieubelastende activiteiten graven of saneren in het Besluit activiteiten leefomgeving, maar is verder niet gereguleerd in het Bal. Deze lozingen worden onder de Omgevingswet gedecentraliseerd. Die bruidsschatregels gelden voor het lozen op de bodem of in het riool van grondwater afkomstig van:
De regels betekenen het volgende:
|
Installeren gesloten bodemenergiesysteem (artikel 22.260) |
Vergunningplicht bij aanleg gesloten bodemenergie-systemen (paragraaf 4.111 van het Bal) |
De aanleg en het gebruik van een gesloten bodemenergiesysteem is vergunningplichtig als:
Bij de aanvraag van de vergunning moet de initiatiefnemer verschillende gegevens en bescheiden verstrekken. Dit zijn dezelfde gegevens die volgens de algemene regels voor de start van de activiteit verstrekt moeten worden. Voor het verlenen van de vergunning gelden de volgende voorwaarden:
|
Aan de slag met de bruidsschat: behouden, schrappen of aanpassen?
Vanaf het moment van inwerkingtreding van de Omgevingswet, kunnen gemeenten en waterschappen met de bruidsschatbepalingen aan de slag. Ze kunnen de bepalingen van het tijdelijke deel wijzigen en overzetten naar het nieuwe deel van het omgevingsplan en de waterschapsverordening. Dit is uitgelegd op de pagina Achtergrond bruidsschat.
Gemeenten en waterschappen kunnen de regels behouden, schrappen of aanpassen. Hiervoor gelden een aantal voorwaarden. De gemeente moet bijvoorbeeld rekening houden met de instructieregels uit het Bkl die het Rijk aan gemeenten stelt.
Hulpmiddelen voor gemeenten
Om gemeenten te ondersteunen bij het overzetten van de bruidsschatbepalingen zijn diverse hulpmiddelen beschikbaar, waaronder het programma Bodembeheer van de Toekomst. Kijk voor meer informatie bij Voorbereiding bodem in het omgevingsplan.
Bruidsschat omgevingsplan
De 'bruidsschat omgevingsplan' bestaat uit regels die door het Rijk als onderdeel van het Invoeringsbesluit Omgevingswet automatisch zijn toegevoegd aan het tijdelijk deel van het omgevingsplan van alle gemeenten.
Gedurende de overgangsfase (tot eind 2031) gelden de regels van de bruidsschat, zolang de gemeente nog geen eigen regels heeft gesteld.
Zorgplicht
De zorgplicht in de Omgevingswet geldt voor overheden, bedrijven en burgers. De wet kent een algemene zorgplicht, een algemeen verbod en een specifieke zorgplicht.
De algemene zorgplicht houdt in dat zowel overheden, bedrijven als burgers verantwoordelijk zijn voor een veilige en gezonde fysieke leefomgeving.
Het algemeen verbod houdt in dat het verboden is een activiteit te verrichten of na te laten als daardoor aanzienlijke nadelige gevolgen voor de fysieke leefomgeving (dreigen te) ontstaan.
Een specifieke zorgplicht is toegespitst op specifieke activiteiten voor concreet genoemde belangen. Zoals het regelmatig legen van een lekbak.
Lees meer over het begrip zorgplicht in de Omgevingswet.