Activiteiten in en bij de Noordzee
Voor een deel van de activiteiten in en bij de Noordzee zijn regels. Die staan in hoofdstuk 7 van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal).
Veel activiteiten
In en bij de Noordzee zijn veel activiteiten. Bedrijven bouwen er bijvoorbeeld windparken of plaatsen mijnbouwinstallaties. Ook leggen bedrijven er kabels en leidingen aan en bouwen ze strandpaviljoens. Daarnaast wordt de zee ook gebruikt om op te varen, in te vissen en om in te zwemmen. Mensen gebruiken het strand om te recreëren. Voor lang niet al deze activiteiten is het nodig om regels te stellen. Voor het grootste deel van de activiteiten is de specifieke zorgplicht voldoende.
Regels in hoofdstuk 7 Bal
In hoofdstuk 7 van het Besluit activiteiten leefomgeving Klik hier voor uitleg over dit begrip (opent in popup) (Bal) staan alle activiteiten in de Noordzee waarvoor regels gelden:
- lozingsactiviteiten op de Noordzee
- beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot de Noordzee
- ontgrondingsactiviteiten op de Noordzee
- beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot een installatie in een waterstaatswerk
- stortingsactiviteiten op de Noordzee
- mijnbouwlocatieactiviteiten in de Noordzee
- wateronttrekkingsactiviteiten in de Noordzee
Bevoegd gezag
De minister van Infrastructuur en Waterstaat is bevoegd gezag voor de meeste activiteiten uit hoofdstuk 7 van het Bal. Hij is bevoegd gezag voor meldingen, maatwerkvoorschriften en gelijkwaardige maatregelen. Daarnaast is hij op grond van artikel 18.2 van de Omgevingswet bevoegd gezag voor de handhaving van de voorschriften uit hoofdstuk 7.
Alleen bij een beperkingengebiedactiviteit met betrekking tot een mijnbouwinstallatie in een waterstaatswerk en een mijnbouwlocatieactiviteit is er een ander bevoegd gezag: de minister van Economische Zaken.
Maatwerkregels
Maatwerkregels zijn niet aan de orde omdat de activiteiten in dit hoofdstuk uitputtend zijn geregeld door het Rijk. Daarom is er geen ruimte voor gemeenten, waterschappen en provincies om aanvullende of afwijkende regels te stellen.
Lozingsactiviteiten op de Noordzee
De regels voor lozingsactiviteiten op de Noordzee staan in hoofdstuk 7 van het Bal. In hoofdstuk 7 staan de volgende paragrafen met inhoudelijke regels:
- paragraaf 7.2.1: regels voor bouwwerken, werken en objecten
- paragraaf 7.2.5: regels voor lozen van huishoudelijk afvalwater
- paragraaf 7.2.6: regels voor het telen en kweken in een oppervlaktewaterlichaam
- paragraaf 7.2.7: regels voor andere lozingen
Voor lozingsactiviteiten op de Noordzee staan de vergunningplichtige gevallen aangewezen in artikel 7.60 van het Bal.
Het Bal bevat een meldingsplicht voor de volgende lozingsactiviteiten op de Noordzee:
- stoffen, water of warmte afkomstig van het bouwen, reinigen, conserveren of slopen van bouwwerken lozen of storten. Dit staat in artikel 7.19 van het Bal
- huishoudelijk afval lozen. Dit staat in artikel 7.50 van het Bal
- het lozen van afvalwater bij het opslaan van uitlogende goederen (artikel 7.61a Bal)
- het lozen van afvalwater afkomstig van het telen of kweken van gewassen in een gebouw (geen kas) (artikel 7.61e Bal)
- het lozen van afvalwater afkomstig van het graven in de bodem (als het lozen minstens 48 uur duurt), het saneren van de bodem en van een grondwatersanering (artikel 7.61i Bal)
Het is verboden deze lozingsactiviteiten te starten zonder dit ten minste 4 weken van tevoren te melden.
Beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot de Noordzee
Activiteiten zoals het bouwen van bouwwerken, werken en objecten in of nabij de Noordzee, grondverzet en windparken in zee, vallen onder de beperkingengebiedactiviteit Noordzee. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor het telen en kweken van zeeorganismen.
Ontgrondingsactiviteiten op de Noordzee
Ontgraven en verplaatsen van grond of baggerspecie in het beperkingengebied Noordzee valt onder 2 activiteiten: het is een beperkingengebiedactiviteit met betrekking tot de Noordzee én een ontgrondingsactiviteit. Toepassen van grond of baggerspecie in de Noordzee is alleen een beperkingengebiedactiviteit.
Beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot een installatie in een waterstaatswerk
Deze activiteit gaat over handelingen in een straal van 500 meter rond mijnbouwinstallaties, windparken, kwekerijen voor zeeorganismen of mosselzaadinvanginstallaties in de Noordzee. Regels voor deze activiteiten staan in paragraaf 7.2.4 van het Bal. Lees meer over de specifieke zorgplicht voor deze activiteit.
Stortingsactiviteiten op de Noordzee
Een stortingsactiviteit op zee kan bestaan uit verschillende handelingen:
- het ontdoen van stoffen door deze vanaf vaartuigen, luchtvaartuigen of op de zeebodem opgerichte werken in de zee te brengen. Hier zijn wel uitzonderingen op. Bijvoorbeeld als een handeling hoort bij het normale gebruik van het (lucht)vaartuig of werk.
- het ontdoen van stoffen door deze op zee te verbranden. Behalve als het verbranden hoort bij het normale gebruik van het (lucht)vaartuig of werk.
- het in zee brengen van stoffen voor mariene geo-engineeringsactiviteiten vanaf vaartuigen, luchtvaartuigen of op de zeebodem opgerichte werken.
- het ontdoen van vaartuigen, luchtvaartuigen of op de zeebodem opgerichte werken.
- stoffen aan boord van een vaartuig of luchtvaartuig nemen met als doel om ze in de zee te brengen of op zee te verbranden.
- stoffen afgeven of opslaan met als doel om ze in de zee te brengen of op zee te verbranden.
Rijksregels
Onder de Omgevingswet geldt voor een stortingsactiviteit op zee een aantal verplichtingen. Ook geldt een specifieke zorgplicht. De regels staan in paragraaf 7.2.8 van het Bal.
Vergunning, beoordelingsregels en voorschriften
Meestal is een vergunning nodig voor een stortingsactiviteit op zee. Voor het beoordelen van de vergunning geldt een aantal algemene beoordelingsregels (artikel 8.84 van het Besluit kwaliteit leefomgeving of Bkl). Bij beoordelingsregels wateractiviteiten staat een toelichting hierop. Daarnaast kan vergunningverlening alleen als de activiteit in overeenstemming is met het Londen-protocol en het Ospar-verdrag (artikel 8.87 van het Bkl).
Vergunningvoorschriften moeten ook in overeenstemming zijn met het Londen-protocol en het Ospar-verdrag (artikel 8.95 van het Bkl). Het bevoegd gezag kan daarnaast nog voorschriften opnemen over de doelen van de wet en over het stoppen van de activiteit.
Mijnbouwlocatieactiviteiten in de Noordzee
De regels voor mijnbouwlocatieactiviteiten in de Noordzee staan in paragraaf 7.2.9 van het Bal. Die regels geven aan wanneer een initiatiefnemer een vergunning moet aanvragen. En welke inhoudelijke regels gelden. Of wanneer een meldplicht of informatieplicht geldt.
Het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl) bevat beoordelingsregels voor het verlenen van de vergunning. Dit staat in artikel 8.5 van het Bkl.
Wateronttrekkingsactiviteiten in de Noordzee
In de praktijk komen wateronttrekkingsactiviteiten uit de Noordzee niet of nauwelijks voor. Voor deze activiteit geldt alleen de specifieke zorgplicht. Deze specifieke zorgplicht houdt in dit geval in dat de initiatiefnemer verplicht is om alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs mogelijk zijn om nadelige gevolgen te voorkomen.
Specifieke zorgplicht lozingen op de Noordzee
De specifieke zorgplicht voor lozingsactiviteiten vanuit een milieubelastende activiteit geldt ook op de Noordzee. De belangen, de reden waarom de wetgever algemene regels stelt voor lozingsactiviteiten in de Noordzee, staan in artikel 7.2 van het Bal.
Vergunningaanvragen en meldingen ontvangen
Overheden ontvangen digitale vergunningaanvragen en meldingen via het Omgevingsloket. Hiervoor sluiten ze aan op het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Lees meer over vergunningaanvragen en meldingen in het DSO.
Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) is één van de 4 algemene maatregelen van bestuur (AMvB's) onder de Omgevingswet. Het Bal bevat regels van het Rijk over activiteiten in de fysieke leefomgeving.